Voorpagina Spiritualiteit

Lord of the hearts – part I

Space Invaders

Ik kan me de bewuste dag nog goed herinneren. Ik was toen een brugpieper van amper 1,50 m lang en werd elke dag gedwongen zo’n 20 à 30 kg op mijn rug naar school te sjouwen. Alsof zo’n last nog niet genoeg was voor een twaalfjarige, werd ik bij de geschiedenisles geconfronteerd met een groot levensvraagstuk.

Ik had een geschiedenisleraar met een wijze uitstraling en een mooie grijze baard. Hij was tevens uitgesproken atheïst en maakte zo af en toe van de gelegenheid gebruik om de gelovige brugpiepers onder ons eens flink wakker te schudden. Het was ongeveer deze spreuk die de aarde onder mijn voeten deed beven:

"God bestaat niet,…want we zijn in de ruimte en op de maan geweest, maar we hebben Hem niet gevonden."

Ik moest even slikken en mijn verstand leek voor een moment te bezwijken. Meent zo’n gestudeerde intelligente man dat nou echt? Is het geloof in God met zo’n simpel argument te weerleggen?

Abdel reageerde snel van achteren: "Dat is logisch meneer, want niemand kan God zien."

"Aha", reageerde mijn leraar, "..maar wat je nu doet, is het godsbeeld aanpassen aan de realiteit. Het idee van een onzichtbare God is pas later ontstaan in de geschiedenis, nadat was gebleken dat het geloof in de oude goden die in de hemel (ruimte?) leefden, onhoudbaar was."

Dit moment heeft me nog jaren aan het twijfelen gebracht. Op een gegeven moment, nadat ik de hectiek van de pubertijd had overleefd, werd het tijd de feiten eens voor mezelf op een rijtje te zetten.

De argumenten

Ik kwam erachter dat atheïsten in twee kampen te verdelen zijn. Je hebt de positief-atheïsten en negatief-atheïsten. De eersten claimen dat er positieve argumenten tegen God’s bestaan te leveren zijn. Dit was in feite de positie die mijn geschiedenis leraar in nam. Volgens hem levert de geschiedenis het bewijs dat de mens God schiep, in plaats van andersom. Het Godsbeeld ontwikkelde zich naarmate de wetenschap en filosofie zich ontwikkelden totdat men op een punt kwam dat men een transcendente God had gecreëerd wiens aanwezigheid men niet kon bewijzen noch falsificeren.

De tegenargumenten die ik later ontdekte:

  1. ‘The genetical fallacy‘: Dat is een klassieke drogreden. De denkfout zit hem in het aan elkaar gelijkstellen van oorsprong en waarheid. Het feit dat een idee een dubieuze oorsprong heeft zegt niets over het waarheidsgehalte. Stel dat inderdaad de mens God in de loop van de geschiedenis verzonnen heeft of het Godsbeeld heeft bijgesteld dan kan het nog steeds zo zijn dat deze God bestaat.
  2. Stel dat het Godsbeeld inderdaad evolueerde, dan is dit niet in strijd met het beeld van God in de Koran. De profeten waren volgens de Koran namelijk uitzonderingen in hun zuivere geloof. Iedere keer dat een profeet zijn volk verliet, keerden zij weer terug naar polytheïsme. Het is ook voor een moslim geen verrassing dat in de geschiedenis polytheïsme de regel is en monotheïsme de uitzondering.

Het kwaad en God

Met alle ellende in het nieuws van alle dag was er ook een ander positief argument tegen God dat ik vaak hoorde: het probleem van het kwaad ofwel het probleem van het lijden. Dit is een klassiek filosofisch probleem dat ca. 300 jaar voor Christus door de Griekse denker Epicurus werd geformuleerd.

  • Er bestaat lijden, dus God is ofwel niet in staat, ofwel niet van zins het op te heffen;
  • Als God het kwaad niet kán opheffen is hij niet almachtig;
  • Als hij het niet wíl opheffen is hij kwaadaardig.

Later is dit probleem door tal van andere filosofen geherformuleerd.

Theodicee

Een poging tot het oplossen van het probleem van het kwaad heet een Theodicee. Ik ontdekte dat in tegenstelling tot het Christendom dit probleem nooit veel impact heeft gehad of veel reacties heeft uitgelokt bij moslimtheologen. De Islam heeft in tegenstelling tot het Christendom een positief beeld van de mens. Deze is zonder zondes geboren. De mens moet dankbaar zijn in voor- en tegenspoed en het is in de islamitische traditie ongepast om God verwijten te maken. De hand moet altijd in eigen boezem gestoken worden, al lijkt de situatie nog zo onrechtvaardig.

Volgens een hadith (overlevering) is het de plicht van een moslim om onrecht ongedaan te maken, en als dit onmogelijk is, dan dit verbaal af te keuren en als dat ook onmogelijk is dan tenminste een afkeuring met het hart.

Volgens de Koran vroegen de engelen aan God waarom Hij de mens schiep wetende dat deze veel bloed zou vergieten. God antwoordde daarop: "Ik weet wat jullie niet weten." De Koran geeft verder niet één reden maar vele redenen voor het bestaan van kwaad in de wereld. Van straf tot beproeving tot zuivering tot een middel om meer nederigheid en barmhartigheid in de mens te kweken.

Volgens de Duitse filosoof Leibniz is de wereld per definitie niet perfect, omdat deze geschapen is. Wat geschapen is, is immers niet God en alleen God is perfect. God heeft volgens hem de best mogelijke wereld geschapen.

Volgens Leibniz bestaan er 3 vormen van kwaad in de wereld, die elk hun reden hebben en niet tegenstrijdig zijn met een Almachtige Alwetende Genadevolle God:

  1. Fysisch kwaad om de mens te beschermen. Pijnprikkels bijvoorbeeld bij verbranding hebben als doel je bewust te maken van het gevaar om een verandering in je gedrag te bewerkstelligen.
  2. Moreel kwaad. Dit is een natuurlijk gevolg van de vrije wil van de mens. Als de mens niet de mogelijkheid had kwaad te verrichten bij zichzelf of zijn medemens dan zou de vrije wil van de mens niet compleet zijn.
  3. Metafysisch kwaad. Deze zou bij de imperfecte wereld horen.

Volgens de dichter en mysticus Roemi is kwaad een noodzakelijk onderdeel van de wereld als contrast op al het mooie in de wereld. Door dichter bij God te komen overstijg je de dualiteit van relatief goed en kwaad op de wereld. God is Absoluut Goed en kwaad is slechts de afwezigheid van het goede zoals duisternis de afwezigheid van licht is. Volgens de Indiase moslimfilosoof Iqbal is kwaad in de wereld noodzakelijk voor de spirituele groei. Zoals een vogel last heeft van luchtweerstand, zo heeft deze de luchtweerstand ook nodig om überhaupt te kunnen vliegen.

Terwijl menig atheïst zich afvraagt of God niet met wat minder kwaad genoegen kan nemen om dezelfde hoeveelheid goeds te laten bereiken, spreekt de realiteit haar eigen waarheid. De realiteit is dat het kwaad in de wereld mensen niet te veel is, zodat ze massaal tot ongeloof en wanhoop overgaan, maar juist tot meer geloof, hoop en samenwerking.

Volgens een verhaal veroordeelde een groep rabbijnen tijdens de Tweede Wereldoorlog in een concentratiekamp God tot schuldige voor de ellende waarin het Joodse volk verkeerde. Toen de zon opkwam zei de opperrabbijn tegen de anderen: "Het is nu tijd voor het ochtendgebed…"

Wordt vervolgd…

Kamel Essabane is het stilste jongetje van de klas dat toch begon te praten en zijn klasgenoten soms hard aan het lachen wist te maken. Hij overwon zijn angsten en maakte van praten voor groepen zijn beroep. Doordeweeks loopt hij met de pet op van docent islamitische godsdienst rond op een hogeschool en voorziet hij tevens diverse scholen van advies als onderwijsbegeleider identiteit en levensbeschouwing. Ook vertelt hij soms filosofische verhalen aan het Fahm Instituut. Af en toe plaatst hij vanachter zijn laptop in alle stilte een ernstige tekst op het net. Misschien dat iemand het leest.

Lees andere stukken van Kamel