Voorpagina Islam

Zekerheid en/of twijfel?

"A(lif), L(aam), M(iem). Dat is het boek waaraan geen twijfel is, een leidraad voor de gelovigen die geloven in het niet-zichtbare, (…)" – Koran 2:1

"Twijfel is oncomfortabel, zekerheid is belachelijk" – Voltaire

Vaak wordt beweerd dat het geloof in een absolute waarheid de mens star, dogmatisch en arrogant maakt. De mens die claimt de absolute waarheid te bezitten hoeft echter geen gevaar te zijn voor anderen. Er zijn een hoop kluizenaren, zwaar gereformeerden en anderen in dit land die doordrongen zijn van hun eigen gelijk en de zondige levenswijzen of denkwijzen van hun medemens verafschuwen. Desondanks doen ze hun ‘zondige’ medemens geen vlieg kwaad. Veel ruimte voor discussies met zulke mensen is er echter niet, omdat ze absolutistisch zijn en niet open staan voor andere ideeën.

Haaks tegenover de absolutist staat de scepticus en de relativist. Deze twijfelen en relativeren over alles en nog wat en nemen geen duidelijke positie in. Waarheid bestaat niet zeggen zij. En als deze wel bestaat dan is deze voor ons onkenbaar.

Tegenwoordig wordt de religieuze mens vaak afgeschilderd als de ultieme absolutist die zijn waarheid wil opdringen aan anderen en de niet-religieuze mens wordt vaak afgeschilderd als de nuchtere wijze die alles durft te bekritiseren, zelfs zichzelf.

Is deze tweedeling terecht?

Het is waar dat in veel religieuze kringen het geloof in eigen gelijk domineert. Echter seculiere kringen doen hier vaak niet voor onder. Hoe vaak heb ik niet gehoord uit de mond van atheïsten dat ze met de zekerheid vergelijkbaar aan die van een pastoor of imam tijdens hun wekelijkse preek, verklaarden dat ze er heilig van overtuigd zijn dat God niet bestaat.

Ik durf echter te beweren dat het tegen de geest van de wereldgodsdiensten is om een arrogante houding aan te nemen met betrekking tot de waarheid. In de Islam is de Waarheid (Al-Haq) een van de 99 namen van Allah. Hij is de Waarheid. Iemand die claimt zelf de Waarheid te zijn of te hebben doet aan de grootste zonde die er bestaat: shirk (deelgenoten toekennen aan God). Men kan wel een relatieve waarheid hebben, maar deze is altijd slechts een zwakke afspiegeling van de Absolute Waarheid, God.

Neem de boven geciteerde verzen uit de Koran. Het gaat hier om de eerste twee verzen van het heilige boek die na het openingshoofdstuk komen. Als je over het eerste vers heen leest, zou je tot de conclusie kunnen komen dat hier een absolutistische claim wordt gemaakt. Dit boek is duidelijk en er is geen ruimte voor twijfel. Echter, in de traditie van 1400 jaar Koran-exegese is er niet 1 Korangeleerde geweest die de betekenis van de lettercombinatie A, L, M kon uitleggen in het eerste vers. De enkele Koranexegeten die wel een poging deden het mysterie achter deze letters te ontrafelen, moesten toegeven dat het slechts mogelijke uitleggen zijn waarover getwijfeld kan worden.

Een ander voorbeeld is te vinden in het leven van de Profeet Mohammed (vzmh). Als Profeet was hij zelfkritisch, hij overlegde met andere stervelingen en veranderde soms van mening na advies van anderen gehoord te hebben. Hij vroeg God meerdere malen per dag om vergeving terwijl hij de zekere overtuiging van zijn eindbestemming, het paradijs, ook had. Toen hij tenslotte Mekka in een vreedzame mars bevrijdde van de tirannie, ging hij niet als arrogante leider met opgeheven hoofd de stad in, maar als een nederige dienaar en met een gebogen hoofd.

Deze voorbeelden geven misschien wel het paradoxale van het leven weer. Het hebben van zekere overtuigingen en het hebben van twijfels gaan hand in hand. Ik heb het dan over gezonde twijfel, want het is waar dat te veel twijfel ongezond is en tot een gebrek aan zelfvertrouwen en wanhoop kan leiden. Echter, gezonde twijfels houden een mens scherp en kritisch en doen een mens groeien.

De mens heeft verantwoordelijkheden gekregen en is bevoorrecht met bepaalde eigenschappen, zoals de mogelijkheid om kennis op te doen.

De mens moet zich echter geen god wanen, want alleen God is de Waarheid, niets gebeurt zonder God’s wil (insha’Allah) en uiteindelijk is het "Allahu-a’lem" – God weet het beter!

Kamel Essabane is het stilste jongetje van de klas dat toch begon te praten en zijn klasgenoten soms hard aan het lachen wist te maken. Hij overwon zijn angsten en maakte van praten voor groepen zijn beroep. Doordeweeks loopt hij met de pet op van docent islamitische godsdienst rond op een hogeschool en voorziet hij tevens diverse scholen van advies als onderwijsbegeleider identiteit en levensbeschouwing. Ook vertelt hij soms filosofische verhalen aan het Fahm Instituut. Af en toe plaatst hij vanachter zijn laptop in alle stilte een ernstige tekst op het net. Misschien dat iemand het leest.

Lees andere stukken van Kamel