Op zoek naar zekere kennis ging de Franse filosoof René Descartes (1596-1650) over tot een voor zijn tijd radicaal middel: methodologische twijfel. Zijn filosofie zou tot een breekpunt in de westerse filosofie leiden. Het doel van zijn gedachte-experiment was een fundament voor zekere kennis vinden waarop alle overige kennis gefundeerd kon worden. Descartes begon zijn experiment met het twijfelen aan alles wat betwijfeld kon worden. In dit experiment kwam hij tot de conclusie dat al onze voorstellingen, zowel onze zintuiglijke waarnemingen als onze gedachten betwijfelbaar zijn.
Zintuiglijk waarnemingen en onze redeneringen zijn onbetrouwbaar omdat (1) ze ons kunnen bedriegen (bijv. gezichtsbedrog, denkfouten), (2) we geen onderscheid kunnen maken tussen een droomwereld (matrix) en werkelijkheid en (3) een demon ons zou kunnen misleiden (misschien zijn we een brein in een vat dat misleid wordt?).
In zijn gedachte-experiment twijfelde hij aan de wereld, aan zijn lichaam en aan logische en wiskundige waarheden. Hij kwam echter tot de conclusie dat er één zelfevidente waarheid is waar men niet aan kan twijfelen. Men kan niet twijfelen dat er iets is dat twijfelt! In het Latijn: Cogito ergo sum. ‘Ik denk, dus ik besta’. Hiermee toonde hij ook aan dat het bestaan van de ziel een zelfevidente aanname is. Immers, wie is degene die ontkent een ziel te zijn?
Is de methodologische twijfel een origineel idee van Descartes? Als we onze eurocentrische geschiedenisboeken moeten geloven wel. De waarheid is dat Al-Ghazali Descartes 500 jaar vóór was en wellicht heeft Descartes het experiment van hem gekopieerd. Of misschien heeft hij het idee van de komische Hodja Nasreddine afgekeken?
Hieronder volgt een anekdote van de Turkse komische en legendarische Hodja Nasredine (ook wel bekend als mullah Nasreddine). Het verhaal klopt in de details denk ik niet met het origineel, maar dat kan ook niet anders. Het is namelijk aan mij overgeleverd in het engels (door de controversiele indiase goeroe Osho) door middel van kabel TV en heeft zich vervolgens in mijn geheugen gemengd met mijn fantasie. Maar wat maakt het ook uit? Is de essentie van het verhaal niet het belangrijkste?
Enfin, het verhaal gaat als volgt.
Hodja Nasreddin zat weer eens flink op te scheppen over hoe goed hij voor andere mensen was. Dit deed hij in het plaatselijke café in het bijzijn van zijn vrienden. Zijn vrienden hadden genoeg van de mooie praatjes en daagden de Hodja een keer uit. "Allemaal leuk een aardig die verhalen, maar je hebt ons nog NOOIT uitgenodigd voor een etentje bij jou. Niet één keer!" Hodja Nasreddin voelt zich in zijn eer aangetast. Hij bedenkt dat de beste verdediging de aanval is. Hodja Nasreddin: "Hoe durven jullie? Weet je wat? Ik zal meteen laten zien hoe gastvrij ik ben, ik nodig jullie allen direct uit. Nu bij mij thuis voor een etentje. Ja, nu meteen, ik meen het!"
Nasreddine dacht weg te kunnen komen met een staaltje blufpoker. Hij verwachtte dat zijn vrienden zouden terugschrikken en het aanbod af zouden slaan. Maar helaas… ze gaan op het aanbod in! Er staan plotseling 20 mensen in het café op om op de uitnodiging in te gaan. Nasreddine schrikt zich een hoedje maar laat niets merken. "Akkoord, loop maar achter me aan mijn beste vrienden. Jullie zullen een fantastische avond hebben en heerlijk te eten krijgen!" Onderweg naar huis kan hij zichzelf wel voor zijn kop slaan en probeert een smoes te verzinnen om eronder uit te komen. Maar het lukt maar niet, hij kan niets verzinnen om hiermee weg te komen.
Eenmaal aangekomen voor zijn huis vraagt hij de gasten of ze even 2 minuten kunnen wachten voor de deur "zodat ik mijn vrouw kan inlichten". Eenmaal binnen doet Nasreddine de deur meteen achter hem dicht en rent paniekerig naar zijn vrouw. "Help me! Ik heb iets stoms gedaan!" Hij legt het probleem uit aan zijn vrouw en vraagt of ze hem kan helpen door even snel wat voor 20 man te koken. Vrouw: "Dat gaat niet. Ten eerste heb je jezelf in de problemen gewerkt door op te scheppen en ten tweede hebben we niet genoeg eten in huis voor 20 man!" Nassredin weet het niet meer. "Wat moet ik doen, wat moet ik doen, wat moet ik doen!!!??? Help me nou!" Vrouw: "Ga gewoon naar buiten en leg ze eerlijk uit dat je hebt gebluft en bied je excuses aan. Of vraag of ze een andere keer willen komen".
Nasreddine: "Nee, dat zou echt een afgang voor me zijn. ik weet iets beters. Zeg eens, hou je van me?" Vrouw: "Ja, natuurlijk. Waarom?" Nasreddine: "Wil je me helpen? Dit is echt belangrijk voor me…" Vrouw: "Natuurlijk, maar ik heb al gezegd dat ik je niet kan helpen." Nasreddine: "Jawel….ik heb een plan….luister goed. Ga alsjeblieft naar buiten en vraag ze wat ze aan het doen zijn. Als ze naar me vragen ontken je glashard dat je me hebt gezien en dat ik niet thuis ben. Verzoek ze vervolgens om weg te gaan voor ons huis. Zeg dat ze je storen en dat je het niet prettig vindt als ze voor ons huis hangen. Ik ken mijn vrienden, ze zullen zich schamen voor een vrouw en snel vertrekken." Vrouw:"…hmm.. ok vooruit…"
Vervolgens doet de vrouw van Nasreddine precies wat hij gevraagd heeft. Ondertussen volgt Nasreddine het verloop vanachter het raam op de bovenste verdieping van zijn huis. Hij ziet zijn vrouw naar buiten komen en met de menigte praten. Vrouw: "Waarom staan jullie daar? Wachten jullie soms op iemand?" Vrienden van Nasreddine: "Ja, we zijn uitgenodigd door uw man. Hij zou na een paar minuten terugkomen en ons binnen laten. We komen voor een etentje." Vrouw: "O, Nasreddine bedoelen jullie? O, die is er niet hoor. Hij is niet thuis." Vrienden: "Hij is echt een paar minuten geleden naar binnen gegaan. We weten zeker dat hij thuis is. We zijn met 20 getuigen hier." Vrouw: "Nee hij is er niet. Als hij thuis was zou ik het toch wel weten? Jullie storen mij…weten jullie dat?" Vrienden: "Euh, Mevrouw, met alle respect maar we zijn met 20 getuigen. We weten echt 100% zeker dat hij thuis is. Wilt u ons alstublieft naar binnen laten zodat we het zelf kunnen zien? We geloven u pas als u ons naar binnen hebt gelaten zodat we het zelf kunnen zien. Nasreddine heeft ons wat belooft. Hij liegt toch niet?" Vrouw: "Sorry maar ik ken mijn huis goed genoeg en als ik zeg dat hij er niet is dan is hij er niet". Vrienden: "Waarom laat u ons niet binnen. We geloven u niet. We willen zien of hij er echt niet is. Zien is geloven!"
Nasreddine ziet van de bovenste verdieping met lede ogen aan hoe het uit de hand dreigt te lopen. Zijn mooie plan dreigt in een drama te eindigen. Zijn vrienden nemen geen genoegen met het antwoord van zijn vrouw en willen naar binnen stormen. Op een gegeven moment probeert één van zijn vrienden zijn vrouw bij de voordeur opzij te duwen. Op dat moment verliest Nasreddine zijn zelfbeheersing: "Stelletje asocialen! Durven jullie wel met z’n allen tegen één vrouw? Hebben jullie geen respect? Waarom geloven jullie haar niet? Is het onmogelijk dat hij echt niet thuis is? Is het niet mogelijk dat jullie hem weliswaar hebben zien binnen gaan maar dat hij ondertussen via de achterdeur weer is weggegaan? Is dat niet mogelijk? Waar halen jullie het lef vandaan? Schaam jullie!"
Zoals Descartes zei: "Ik denk, dus ik besta!" zo zegt Nasreddin "ik ontken, dus ik ben er!". Soms is een ontkenning een bevestiging, soms zeg je met "nee!" "JAAAAAAAAAAAAAAA!".
56 Reacties op "De Ziel & de Hodja"
Filosofie is soms een variant op het voor baby’s nooit saaie spelletje KIEKEBOE !
http://nl.wikipedia.org/wiki/Kiekeboe_(spel)
Leve de twijfel: zonder de twijfel geen gedachte, zonder gedachten geen dilemma’s en zonder dilemma’s geen mooie verhalen!
Interessante vergelijking, er wordt wel cruciale informatie niet vermeld. Al-Ghazali stopte als snel met twijfelen.
Beide geleerden, Al-Ghazali en Descartes, onderzochten of, als de eigen zintuigen al gecorrigeerd kondem worden door de menselijke rede, er een nog mechanisme kon zijn dan de ratio, de menselijke rede.
Al-Ghazali concentreerde zich op de droom: als dromen zo realistisch zijn kan onze waarneming of perceptie van de realiteit dan ook slechts een droom zijn?
In zijn poging tot het beschrijven van een alternatieve werkelijkheid schrijft Al-Ghazali dat hij niet slaagde aangezien al zijn kennis was nedergedaald: ‘of a light which God Most High cast into my breast.’
Descartes daarintegen concludeerde dat alle dromen manifestaties van de realiteit zijn. Vervolgens betwijfelt hij zelfs de realiteit en zijn eigen religie.
Descartes beschrijft God als oplichter en concludeert dat de menselijke rede overal zijn oorsprong kan vinden, behalve in God. De werkelijkheid bestaat uit voorstellingen in het denken.
Wie weet wat Al Ghazali had geschreven als hij, net als Descartes, zijn werken in destijds de Nederlanden had kunnen schrijven en publiceren?
Zou Al Ghazali dan ook de filosofie van Aristoteles hebben verworpen en gesteld dat echte kennis alleen op wiskunde gebaseerd kan zijn?
aan #3 anoniem
Zeer interessante kantekeningen bij het voorafgaande.
Ik weet (te) weinig van Al-Ghazali. Wat de twijfel van Descartes betreft, die had ook zeer duidelijke grenzen. In het begin van zijn “Discours de la Méthode”, neemt hij met een redeneertruc meteen het bestaan van God aan. Verder is hij altijd een trouw katholiek gebleven, ook al leefde hij vele jaren in de iets meer tolerante Nederlanden. Degene die in zekere zin zijn opvolger was en zich ook tegen hem afzette, Spinoza, was wel echt kritisch, tegenover de geopenbaarde godsdienst, tegenover de bijbel, etc., al was hij wel zo voorzichtig dat in boeken op te schrijven die volgens zijn wens pas posthuum gedrukt mochten worden.
Een interessante vraag is of er in de moslimwereld na Al-Ghazali ook een pendant van Spinoza is geweest.
Dat is zeker zo, en Descartes was zeker geen atheist, maar wel een katholiek met hier en daar agnostische trekjes.
Het wezenlijke verschil tussen Al-Ghazali en Descartes is misschien wel dat Descartes realiteit gedeelteljk verklaarde vanuit de goedheid van God en Al-Ghazali vanuit de almacht: ‘of a light which God Most High cast into my breast.’
Als je dan het volgende leest op Wikipedia krijgt het artikel ook een ander perspectief:
‘Al-Ghazali die wel het ‘Zegel der filosofen’ wordt genoemd, heeft met zijn bekendste werk “De verwarring der filosofen” (‘Tahafut al falasifa’), dat wordt beschouwd als een keerpunt in de Islamitische filosofie, de stagnatie en relatieve achteruitgang in de Islam ingeleid. In dit werk wordt door Al-Ghazali de causaliteit (wetten van oorzaak en gevolg) als onjuist verklaart, alles wat er gebeurt geschiedt door de wil en de hand van God en causaliteit is slechts schijn, onderzoek ernaar is verspilling van intellect. Alle intellect dient aangewend te worden om de goddelijke wetten, de Sharia, uit de Koran en Hadith af te leiden en het is zonde om intellect te verspillen aan onderzoek van de natuur.’
Proost
In de Islaam is het precies andersom, twijfel = kufr(1).
Zo zal je zien dat degenen die zich te ver gaan verdiepen in filosofie en het vervolgens willen gaan verenigen of mixen met de fundamenten van de Islaam, zij contstant in “kufriyyaat”(2) vallen.
Wa Allaahu Musta’aan(3)
1: Ongeloof
2: Zaken die ongeloof inhouden
3: En Allaah is Degene bij wie hulp wordt gezocht.
aan #6 Abu Hudayfa
Dit is kort, maar heel geleerd. Hier kunnen we verder mee…
Peter B. “Een interessante vraag is of er in de moslimwereld na Al-Ghazali ook een pendant van Spinoza is geweest”.
Aboe Bakr-al-Razi (geboren in 845) wordt gezien als de grootste medicus en vrijdenker in de islamitische geschiedenis. Het onafhankelijke denken wordt volgens hem alleen maar belemmerd door de geopenbaarde religies. “Hoe kan iemand filosofisch denken als hij gelooft in zulke oudewijvenverhalen die van tegenspraken, hardnekkige onwetendheid en dogmatisme aan elkaar hangen?” Bovendien vindt hij goddelijke openbaring overbodig voor de bevrijding van de ziel. Een atheïst was hij zeker niet. Ook Ibn-al Raawandi (830-910) verklaarde religieuze openbaring voor overbodig.
(bron: Islamitische filosofie – Een geschiedenis, Michiel Leezenberg).
Het is daarom een raadsel waarom mensen denken dat de Verlichting een typisch europese uitvinding is waar de moslim wereld nooit aan toe is gekomen.
Volgens mij heeft #6 Abu Hudayfa een belangrijk punt. Twijfel is verboden in de Koran. Mijn eigen idee is dat de islamitische wereld zich om die reden niet kan ontwikkelen. Het drama in een notendop. Mede dankzij Spinoza ontstond in West-Europa een traditie waarbij de autoriteit van de Bijbel in twijfel mocht worden getrokken.
“Is de methodologische twijfel een origineel idee van Descartes? Als we onze eurocentrische geschiedenisboeken moeten geloven wel. De waarheid is dat Al-Ghazali Descartes 500 jaar vóór was en wellicht heeft Descartes het experiment van hem gekopieerd.”
Who cares?
Dat is nu evolutie. Variatie, selectie, retentie en schaarsheid van middelen! De schaarsheid van middelen (allah is de baas) heeft dus Al-Ghazali de das omgedaan.
Of descartes het zelf verzonnen heeft (variatie) of gekopieerd (selectie) in ieder geval is het met en na hem aanvaard (retentie) en waren er in Europa meerdere middelen dan god en de bijbel alleen. Evolutie ontbrak in de Islamitische wereld en was het succes van de westerse!
Mvg
Simon,
Volgens mij moet je “van god los” kunnen redeneren om het belang van de ratio hoger te zien dan door openbaring gevormde dogma’s. Verlichtingsdenken is volgens mij niet Europees of moslims, Spinoza redeneerde niet joods, Descartes redeneerde niet katoliek, ik ken de filosofie van Al-Ghazali verder niet, maar als hij verlicht denker was, dan kan hij niet islamitisch hebben geredeneerd.
Durf te denken! Dat kan volgens mij niet als je je vast houdt aan geopenbaarde dogma’s, dan is de angst te groot om in conflict te komen met je schepper. Wat volgens mij verder niet wegneemt dat je best een gelovig mens kunt zijn. Al-Ghazali mag dan moslim zijn geweest, zijn moslim zijn kan dan niet de oorsprong zijn van verlichtingsdenken, als hij dat tenminste deed.
Verlichtingsdenken is volgens mij een eigenschap van mensen die buiten de kaders van hun religie kunnen denken.
groet,
Herman
Heel lang geleden heb ik dat gelezen en bestudeerd, Descartes en andere filosofen. En alhamdullilah ben ik nu moslima geworden elke dag dank ik Allah dat Hij mij tot de Islam en de waarheid heeft geleid.
aan 12 Anoniem
Daar ben ik ook heel blij om.
aan *8 Simon
Dank voor je opmerking. Ik zal nog reageren, maar heb even geen tijd.
Herman, Al-Ghazali lijkt inderdaad eerder de dogmatiek ingeluid te hebben als ik het verhaal hier lees:
http://nl.wikipedia.org/wiki/Al-Ghazali
Filosofie toeredeneren naar Gods wetten zoals vastgelegd in Koran, Hadith en Sjaria lijkt mij een vorm van zuivere dogmatiek. Maar er zijn moslims geweest die wel degelijk buiten de oevers van het gebruikelijke denken zijn getreden. Al zullen die door de orthodoxie niet als moslims worden gezien. Opvallend genoeg worden ze weer wel vaak genoemd als grote denkers en wetenschappers uit de bloeitijd van de Islam door diezelfde orthodoxie.
@ Simon
“Filosofie toeredeneren naar Gods wetten zoals vastgelegd in Koran, Hadith en Sjaria lijkt mij een vorm van zuivere dogmatiek”
Het lijkt mij eerder omgekeerd: een ondogmatisch creatief denkproces. Als daar dan vervolgens leringen uit ontstaan die als autoriteit erkend worden en waar niet van afgeweken mag worden is er sprake van dogmatiek.
Tja Piet, daar zijn we het dan oneens. Ik hoor tot op de dag van vandaag dat of het nu om embryologie gaat of mensenrechten moslims de bronnen als uitgangspunt nemen. Iets is alleen maar waar als het via die bronnen valt uit te leggen of goed te keuren. Alsof het denken sindsdien geen nieuwe inzichten kent. Daar is dan ook weinig creatiefs uit voortgekomen.
We zijn het volgens mij niet oneens Simon. Mijn opmerking sloeg op het denken en werken van Al-Ghazali zelf. Dat hij wellicht de basis heeft gelegd voor de stagnatie in het Islamitisch denken over natuur en God is een andere kwestie. Ik vraag me wel af of een individu zoveel invloed toegeschreven kan worden. Ik begin wel steeds meer te denken dat -naast geopolitieke, sociaal-culturele en historische factoren- een deel van het probleem inderdaad in de aard en opbouw van de Koran zelf is gelegen. De Bijbel is wat dat betreft veel grilliger en heeft veel meer tegenstrijdigheden waardoor de Bijbel zich minder leent voor eenduidige interpretatie of algemene consensus.
Piet, de Islam kent het dogma van de ongeschapen Koran waarmee het tot absolute eeuwige waarheid is verheven. Dat je er qua interpretatie alle kanten mee uitkan is eigen aan veel religies maar het woord is in de Koran wel het woord van God. Het christendom kent ook zijn vreemde dogma’s zoals de vereenzelviging van Christus met het Goddelijke via het dogma van de drie-eenheid. Maar over het leven van Jezus is zo weinig met zekerheid bekend dat zelfs filmregisseur Paul Verhoeven recent zij biografie heeft kunnen schrijven(“Jezus van Nazareth. Een realistisch portret”). Dat zijn levenswandel zo inspirerend kan blijven is wellicht juist te danken aan het weinige dat historisch met zekerheid over hem te zeggen valt. Immers, niets is zo dodelijk en verstikkend als DE waarheid.
aan #19 Simon
” de Islam kent het dogma van de ongeschapen Koran”
Er is een interessant gevolg van dit dogma. Talen ontwikkelingen zich in de loop der tijd uit andere talen. Aangezien de Koran in het Arabisch geschreven is betekent dat het Arabisch hierop een uitzondering vormt; het heeft altijd onveranderd bestaan, met hier en daar wat aan het Syrisch ontleende woorden die modern onderzoek er in heeft aangetroffen.
@ Simon
“Piet, de Islam kent het dogma van de ongeschapen Koran waarmee het tot absolute eeuwige waarheid is verheven.”
Dat is waar. Aan de andere kant hoeft dat dogma niet te leiden tot dogmatisch denken. Het vergt zeker een creatieve intellectuele inspanning om de openbaring van die zogenoemde ‘absolute waarheid’ vervolgens naar de maatstaven en waarden en normen van de huidige tijd te transformeren, maar dat betekent niet dat het niet gebeurt of dat het onmogelijk is. Toch ben ik het met je eens dat hier de crux zit van de stagnatie in het ‘islamitisch denken’. Ik denk dat iedere religie daar in meer of mindere mate mee gepreoccupeerd is. Het christendom heeft zo bijv. haar apocriefen welke niet opgenomen zijn in de canon van de Bijbel. Daarnaast zijn er altijd de dissidente denkers die in de geschiedenisboeken weggelaten worden. Ik heb echter moeite met het problematiseren van orthodoxe uitgangspunten omdat ik weet dat binnen iedere orthodoxie ook vrijzinnige mensen actief zijn. Zo werd mijn moeder na de echtscheiding met mijn vader verstoten als organist door verschillende kerken maar op een gegeven moment hartelijk opgenomen door een vrijzinnige homoseksuele pastoor binnen een katholieke gemeenschap. Ik ben in ieder geval blij dat ik de waarheid niet in pacht heb. Ben overigens benieuwd naar Kamals reactie op deze discussie.
Met vriendelijke groet,
Piet
aan #21 Pier
“Aan de andere kant hoeft dat dogma niet te leiden tot dogmatisch denken.”
Dogmatisch of niet, het niet geloven in het eeuwig geschapen zijn van de Koran leidde er toe dat de Egyptische Koranprofessor Nasr Abu Zayd uit Egypte vluchtte naar Nederland
@ Anoniem,
Ik ontken ook niet dat er een probleem is. De vraag is volgens mij hoe je dit probleem bespreekbaar moet maken zonder te vervallen in een zij-wij dialoog. Suggesties?
#22
Ken je de hoogleraar Norman Finkelstijn? Het uitspreken van zijn vrije mening leidde ertoe dat Norman Finkelstijn een vaste aanstelling aan de universiteit waar hij al doceerde, geweigerd werd. Niet alleen dat, men probeerde de man mentaal kapot te maken. Het niet geloven in het sprookje van het zionisme was kennelijk genoeg reden om de man het leven- op zijn zachtst gezegd- erg lastig te maken.
Komt dit misschien niet een beetje op hetzelfde neer? In jouw voorbeeld ga je uit van zuiver religieuze motieven, maar hoe weet jij eigenlijk zo zeker of aan die beslissing enkel zuiver religieuze motieven ten grondslag liggen? Ik geloof daar namelijk niets van! Net zo goed als ik niet geloof dat aan het ontslag van Norman Finkelstijn enkel ideologische motieven ten grondslag zouden liggen.
@ 24 , ik ken er nog zo een, Ilan Pappe.
Vergat nog te zeggen dat die meen ik ook met de dood werd bedreigt evenals zijn gezin.
@ Ina,
Inderdaad, dat klopt! Ook een schandalig verhaal! Het probleem dat ik overigens heb met alle kritiek op de Islam tegenwoordig, is het gebrek aan zelfreflectie. Ons seculiere sociaal/economische systeem is weliswaar iets om trots op te zijn en waar we voor moeten blijven vechten. Aan de ander kant vallen er sociaal/maatschappelijk gezien heel veel mensen uit de boot met alle gevolgen van dien. Ik geloof niet in de mythe dat vroeger alles beter was, maar ik denk wel dat veel verworvenheden van de seculiere maatschappij een schaduwzijde hebben waar niet of weinig over gesproken wordt in onze samenleving. Het is makkelijker om de pijlen- van vaak ongedefinieerde ongenoegens- op de ”˜buitenstaander’ te richten. Ik vind het opvallend hoe ook deze discussie weer- over de vraag of de genoemde methodologische twijfel, een origineel idee van Descartes was of niet- lijkt te moeten verzanden in een stellingenkwestie over het zogenaamde vrije Westen versus de Islam.
aan #24 Piet
Er is toch wel een verschil. Finkelstein (niet Finkelstijn, dat zou een Nederlandse naam zijn) woont nog steeds in zijn eigen land. Ook heeft geen Amerikaanse rechtbank een scheiding over zijn huwelijk uitgesproken omdat hij de verkeerde opvattingen had.
aan anoniem,
Het is inderdaad Finkelstein en verschillen zullen er altijd zijn, maar het principe komt op hetzelfde neer. Toch betwijfel ik het idee dat, het niet geloven in de ongeschapen Koran, de reden en enige reden zou zijn dat de beste man moest vluchten en dat de oorzaak hiervan dus in de Koran gelegen is. Dat is te simpel!
aan #29 Piet
In ieder geval was het de belangrijkste reden en dat is wat mij betreft genoeg.
#20 Anoniem: een leuk voorbeeld hoe een dogma tot onzinnige wetenschappelijke gevolgtrekkingen kan leiden is dat.
#23 Piet, Abu Zayd verhaald er zelf over in zijn boekje “Leven met de Islam”. Hij keert wel eens terug naar het Midden Oosten en gaat in gesprek met jongeren die hij fundamentalistisch gelovig noemt. Veel gelovigen in het Midden Oosten vinden het interessant met hem in debat te gaan. Ook als ze het niets met hem eens zijn. Ze zeggen bijvoorbeeld … ‘we zijn het niet met u eens maar u heeft zich altijd verre van de macht gehouden en dat respecteren we’ (Abu Zayd heeft zich vaak uitgesproken tegen de dictatoriale machten in het Midden Oosten).
In Egypte is de dialoog nog steeds niet mogelijk en lijkt sprake van een juridische verstrengeling van de onderdrukkende dictatuur en religieuze instellingen.
aan #32 Simon
“In Egypte is de dialoog nog steeds niet mogelijk en lijkt sprake van een juridische verstrengeling van de onderdrukkende dictatuur en religieuze instellingen.”
Dat klopt. Het bewind van Mubarak houdt de Moslimbroeders, de belangrijkste politieke groepering, die waarschijnlijk bij vrije verkiezingen de grootste partij zouden worden, politiek in bedwang door telkens groepjes leden daarvan te arresteren en ze dan wat later weer vrij telaten. Tegelijkertijd wordt hen alle sociale macht gelaten. Ze beheersen de meeste professionele organisaties, van artsen, advocaten, etc., studentenverenigingen.
Beste Abu Hudayfa,
When Abraham said: “Show me, Lord, how You will raise the dead, ” He replied: “Have you no faith?” He said “Yes, but just to reassure my heart.”
Jouw logica volgend: Twijfel = Kufr dan moet je concluderen dat Abraham in dit Koranvers ook kufr begaat?
Met vriendelijke groeten,
Mohammed Boubkari
Beste Luitjes,
Ik heb nu even geen tijd om te reageren maar heb wel de volgende vragen:
1)Heeft iemand ooit een boek gelezen van al-ghazali ( in vertaling mag ook)?
2)Heeft iemand hier enige kennis van wat de filosofische vraagstukken waren in het 12e eeuwse Bagdad of daar het één en andere over gelezen?
3)Is iemand hier op de hoogte van wat al-Ghazali heeft betekend voor de wereld van vandaag de dag door zijn aanval op aanname van eerdere filosofen te beginnen bij Aristotles dat de aarde eeuwig en ongeschapen was?
4)Begrijpt iemand hier dat op een bepaald punt de ratio geen antwoorden meer heeft en dat niet op alle wezensvragen een rationeel antwoord mogelijk is?
5)Begrijpt iemand dat deze uitspraak:
‘of a light which God Most High cast into my breast.’
Geen dogmatische uitspraak is nog iets met dogma’s te maken heeft maar een uitspraak is van iemand die na een spirituele crisis en zoektocht zijn geloof terug vindt?
Vergelijkbaar met die van Blaise Pascal:
God van Abraham, God van Isaak, God van Jakob. Niet de God van filosofen en geleerden. Zekerheid. Zekerheid. Gevoel. Vreugde. Vrede. God van ‘Jezus Christus
6) Is iemand hier op de hoogte van het hele verhaal van Nasr Abu Zaid en hoe het zover gekomen is dat hij Egypte heeft moeten verlaten en hoe het zover gekomen is dat dit kon gebeuren in Egypte?
Met vriendelijke groeten,
Mohammed Boubkari
aan #8 Simon
Hier toch even mijn in #14 beloofde reactie.
Het is interessant om iemand als Spinoza te vergelijken met sceptische Moslimfilosofen als Abu Bakr al-Razi en Ibn-al-Rawanda. Daarbij moet je echter ook op de verschillen letten.
Om te beginnen, Spinoza leefde ongeveer 800 jaar later dan de genoemde Moslim filosofen. Abu Bakr al-Razi was meer medicus dan filosoof. De door Kamal genoemde Nasreddin Hodja leefde later, in de dertiende eeuw en was meer een rondtrekkende moralist, iemand zoals de Griekse filosoof Diogenes, van wie in de oudheid ook allerlei aardige verhalen werden verteld, vaak weer via Arabische vertalingen bewaard gebleven, maar die zelf geen teksten heeft nagelaten.
Ik denk dat het moeilijk is om te zeggen in hoeverre Spinoza of Descartes ideeen hebben ontleend aan deze eerdere sceptische Moslimfilosofen, maar het is heel goed mogelijk omdat in hun tijd in Europa al heel veel vertalingen van Arabische teksten circuleerden. Spinoza en Bayle, en later Voltaire en veel anderen hadden een grote belangstelling voor de Islam, die volgens hen in veel opzichten superieur aan het Christendom was. Er werd in die tijd van uit West Europa ook veel naar de Moslimlanden gereisd, door diplomaten en kooplieden. De vader en een oom van Spinoza dreven handel met Marokko en Egypte.
Beide groepen hadden wortels die veel verder teruggaan, namelijk naar sceptische filosofen van de Klassieke Oudheid, zoals Epicurus en Lucretius, goed bekend in Oost en West.
Maar hoe dan ook, de Moslimwereld heeft veel eerder kritische filsofie gekend dan Europa. Dus in dat opzicht, wat mij betreft, 1-0 voor de Moslimwereld.
Dit alles kun je lezen in allerlei boeken; met “onze Eurocentrische boeken” valt het tegenwoordig wel mee:
Jonathan Israel: “Enlightenment Contested”, 2006, p. 614-637, het tweede deel, tot dusver, van zijn serie magistrale boeken over de Verlichting. Schitterend, voor de liefhebbers….
Sarah Stroumsma: “Freethinkers of Medieval Islam”, 1999. Een gezaghebbend boek dat ik zelf nog niet gezien heb.
Michiel Leezenberg: “Islamitische filosofie: Een geschiedenis”, 2001, door jou genoemd.
Dan helaas in het Frans:
Dominique Urvoy:”Les Penseurs Libres Dans L’Islam Classique”, 2003. Genoemd door Leezenberg als een standaardwerk
Malek Chebel: “L’Islam et la Raison:, le combat des idées”, 2005. Vind ik zeer goed.
Als je naar de bovengenoemde filosofen kijkt, enerzijds Spinoza, anderzijds Abu Bakr-al-Razi en Ibn al-Rawanda, dan zie je grote overeenkomsten, in hun ideeen en ook in de felle kritiek waaraan ze in hun omgeving bloot stonden. Maar de rol die ze tenslotte hebben gespeeld in de ontwikkeling van het menselijke denken is zeer verschillend.
Spinoza stond aan het begin van een beweging die ondanks zware tegenstand in een periode van drie en een halve eeuw de Europese wereld in sociale, politieke en religieuze opzichten volkomen veranderd heeft. Die ontwikkeling kan je de Verlichting noemen. Aan die Verlichting hebben we allemaal deel. De principes van gewetensvrijheid, vrijheid van meningsuiting, wezenlijke gelijkheid van de mensen, van man en vrouw, democratie, die voor het eerst op algemene rationele gronden door Spinoza en zijn opvolgers systematisch zijn geformuleerd, hebben we allemaal aanvaard, ook al wordt er voortdurend zwaar tegen gezondigd.
Ze zijn door de Moslims zelf eeuwenlang zo goed als vergeten. Ze hebben geen blijvende invloed binnen de Moslimwereld gehad. Ze mogen dan misschien aan de bron hebben gestaan van een latere ontwikkeling in Europa, maar ze hebben geen blijvende invloed gehad binnen hun eigen culturele wereld. Een tot nu toe durende stagnatie is het gevolg geweest.
Het is vervelend en flauw om steeds maar te zeggen dat de Islam geen Verlichting heeft gekend, of dat er nog een Verlichting in de Islam moet komen, maar als je dat toch zou willen zeggen zou je er dit mee kunnen bedoelen.
Dat neemt niet weg dat deze vroege Islamitische filosofen de vertegenwoordigers zijn van een glorietijd van de Islamwereld en dat, als men nu in die wereld zo graag naar vroegere tijden terug wil, men zich misschien meer met de bestudering van hun werk zou kunnen bezig houden, in plaats van steeds weer met de daden van de Metgezellen van de Profeet, van wie veel minder met enige zekerheid bekend is, of met de boven alles geprezen Rechtgeleide Kaliefen, vechtersbazen uit de Arabische woestijn, drie van de vier vermoord.
aan #8 Simon
Kleine correctie om misverstanden te voorkomen:
“Ze zijn door de Moslims zelf eeuwenlang zo goed als vergeten. Ze hebben geen blijvende invloed binnen de Moslimwereld gehad.”
Ik bedoel hier met “Ze” sceptische Islamitische filosofen als Abu Bakr-al-Razi en Ibn-al-Rawanda.
aan # 34 Mohammed
Dat vind ik wel een goeie….
Mohammed,
Je betoog komt ten dele een beetje als retorische vraag over dus ik ga niet op alles in. Het is wel interessant dat je Pascal noemt want ik heb hem eens gelezen en zag hem als iemand die via de rationaliteit het geloof tracht te benaderen hetgeen volgens mij in laatste instantie onmogelijk is. Maar boeiend om te lezen vond ik het wel. Omdat Al-Ghazali van de andere kant komt en causaliteit schijn noemt en onderzoek ernaar verspilling van intellect begint hij waar Pascal eindigt. Van Al-Ghazali heb ik echter geen werken gelezen. Maar ik betwijfel of ik zijn opvattingen anders zou verstaan als ik zou weten dat hij zijn geloof heeft terug gevonden. Toen ik Pascal las had ik het idee dat hij zijn geloof nooit is kwijt geraakt en dat kleurt zijn betoog. Maar wat mij boeide was zijn methodiek.
Ten aanzien van je laatste vraag heb ik in ieder geval het antwoord gelezen van Aby Zayd zelf omdat hij er over geschreven heeft. Hij ziet als aanstichter Abd as-Saboer Sjahien die in zijn vrijdagpreek en in de media de campagne op gang bracht. Hij is door hem een communistische en atheitische professor genoemd. Daarna verschenen karikaturen waarin hij met een dolk de Koran doorboorde en escaleerde de zaak. Vervolgens kwamen er moordbedreigingen. En mensen die via een vreemde wet zijn huwelijk lieten ontbinden (de ultieme vernedering). Hij kon alleen weer samenleven met zijn vrouw als hij van zijn geschiften afstand zou nemen. Toen was de maat voor hem wel vol.
Abu Zayd zegt:Ik heb steeds verklaard dat ik een gelovig moslim ben.Er is een overlevering dat de profeet ooit een man ter verantwoording riep die een andere man had gedood. De gedode man was van het geloof afgevallen, was zijn verdediging. De profeet was woedend en zei: ‘Heb je zijn hart geopend en onderzocht?’
aan #35 Mohammed
Ik wou dat ik de tijd had om al deze zeer interessante vragen te beantwoorden. Toch maar een paar korte notities, waar je niet veel aan zult hebben, maar waarmee ik misschien mijn bewondering voor je brede belangstelling kan tonen.
“1) Heeft iemand ooit een boek gelezen van al-ghazali ( in vertaling mag ook)?”
Helaas nog niet.
“2) Heeft iemand hier enige kennis van wat de filosofische vraagstukken waren in het 12e eeuwse Bagdad of daar het één en andere over gelezen?”
Ik iets, maar dan vooral over de vertalingsarbeid, die geloof ik al iets eerder in Baghdad is begonnen, niet over de inhoud van de daar beoefende filosofie. Dat is geen kwestie van gebrek aan belangstelling, maar gebrek aan tijd met daarbij de voortdurende noodzaak bij het lezen prioriteiten te stellen.
“3)Is iemand hier op de hoogte van wat al-Ghazali heeft betekend voor de wereld van vandaag de dag door zijn aanval op aanname van eerdere filosofen te beginnen bij Aristotles dat de aarde eeuwig en ongeschapen was?”
Ik niet, ook weer helaas, want het lijkt me heel interessant.
“4)Begrijpt iemand hier dat op een bepaald punt de ratio geen antwoorden meer heeft en dat niet op alle wezensvragen een rationeel antwoord mogelijk is?”
Ja, dat begrijp ik en besef ik goed. Maar als op een bepaald punt de ratio, gesteund door intuitie en gevoel, geen antwoord meer heeft, wat dan? Een openbaring door een heilig boek of door een profeet? In het gezelschap van Spinoza vind ik dat een schijnoplossing.
“5)Begrijpt iemand dat deze uitspraak:
‘of a light which God Most High cast into my breast.’ ………, etc.”
Begrijpen doe ik die uitspraak niet, maar ik zal het zeker niet als onzin verwoÔ
aan #35 Mohammed
Er is iets misgegaan.
Het einde is niet goed doorgekomen. Dit maal wel, hoop ik:
5)Begrijpt iemand dat deze uitspraak:
‘of a light which God Most High cast into my breast.’ ………, etc.”
Begrijpen doe ik die uitspraak niet, maar ik zal het zeker niet als onzin verwerpen. Pascal was in ieder geval een groot en diepzinnig, maar ook zeer gecompliceerd mens, die ik zeer bewonder, niet alleen als geniaal wiskundige of als schitterend stylist. Als voorbeeld voor me zelf kan ik hem toch niet zien.
“6) Is iemand hier op de hoogte van het hele verhaal van Nasr Abu Zaid en hoe het zover gekomen is dat hij Egypte heeft moeten verlaten en hoe het zover gekomen is dat dit kon gebeuren in Egypte?”
Er is ontzettend veel heel precies en voor het merendeel betrouwbaar materiaal over deze kwestie te vinden, als je goed zoekt. Ik heb veel ergens in de krochten van mijn harde schijf opgeborgen, maar het ontbreekt me nu aan tijd om dit bij elkaar te zoeken.
Peter B “Ze zijn door de Moslims zelf eeuwenlang zo goed als vergeten. Ze hebben geen blijvende invloed binnen de Moslimwereld gehad”.
Toch wordt hun tijd ook door hedendaagse moslims als bloeitijd van de Islam gezien. Dat zat mede in de diversiteit in het wetenschappelijk en theologische debat. In die zin zijn ze niet vergeten. Je zou wel kunnen zeggen dat de diversiteit die de kalief toeliet op gronden van ‘verdeel en heers’ over religieuze groeperingen deze bloeitijd in het denken stimuleerde. Ook hebben fundamentalistische moslims het liever over de medicus al-Razi dan over de filosoof/theoloog. Maar dat komt wellicht omdat ze maar al te goed weten wat hij dacht :)
“Abu Bakr al-Razi was meer medicus dan filosoof”. Dat kan je achteraf stellen omdat hij invloedrijker bleek als medicus maar het ademt ook een hokjesgeest die toen niet in de wetenschap bestond.
aan #42 Simon
“Abu Bakr al-Razi was meer medicus dan filosoof”
Ik ben het op dit punt wel een beetje met je eens, al blijft het zo dat hij toch vooral op wat wij medische wetenschap noemen bekend is geworden.
Dat wij nu een veel meer gedetailleerde indeling van menselijke kennis gebruiken is niet, of niet alleen, een kwestie van ‘hokjesgeest’, maar is het gevolg van de enorme ontwikkeling in de breedte en in de diepte die de wetenschap heeft doorgemaakt. Die maakt een meer nauwkeuriger indeling naar inhoud en methodologie noodzakelijk, ook al brengt dat het gevaar van tunnelvisie met zich mee.
De bloeitijd van de Islamitische beschaving is iets waar alle Moslims, terecht, trots op zijn. Tegelijkertijd is die trots een beetje gemakkelijk, want ze gaat vaak niet samen met een grote concrete belangstelling voor wat er in feite gedaan is.
Ik heb daar in #46 van “Ambrosia Arabica” wat gezegd, en na de tegenwerping van Mohammed in #91 van die zelfde serie, daar nog als repliek iets meer over gezegd in #35 van “De koffiebonen van Hadji Baba Budan”.
De laatste jaren komt daar gelukkig verandering in,door het historisch onderzoek en de boeken van zeer competente geleerden afkomstig uit de Moslimwereld, hoewel vaak om wat voor reden dan ook vaak in het Westen werkzaam. Ik heb Mohammed beloofd nog met een lijstje van ‘geimmigreerde’, in het Westen zeer succesvolle ondrzoekers te geven.
Maar ik beloof zo veel….
#Peter, mijn commentaar ‘hokjesgeest’ sloeg uiteraard niet op de hedendaagse wetenschapsbeoefening.
De bloeitijd van de Islam kan men inderdaad trots op zijn met de kanttekening dat een bepaalde islamitische stroming toen door dictatoriaal bestuur niet de overhand kon krijgen. Als je het – misschien een beetje populistisch – vergelijkt met de denkers uit de huidige tijd dan had Aby Zayd toen meer ruimte gekregen in het debat zonder dat zijn huwelijk ontbonden zou worden. Wat dat betreft is er helaas bepaald geen vooruitgang geboekt.
Al-Ghazali wordt hierboven erg tekort gedaan door sommige mensen. Al-Ghazali was naast filosoof ook wiskundige en theoloog. Hij wordt vaak de grootste islamitische theoloog genoemd. Hij verwierp niet de hele filosofie zoals vaak wordt beweerd. Na zijn spirituele crisis en verlichting binnen soefistische kringen bleef hij filosofie doceren aan de universiteit van Bagdad. Hij was wel kritisch tov filosofen die onkritisch griekse filosofische ideeen omarmden om daarmee de islamitische theologie te begrijpen of zelfs te verwerpen.
In Europa duurde het nog erg lang voordat men uberhaput aristoteles ontdekte om nog later veel aristoteliaanse ideeen (in bijv. ethiek en metafysica) te bekritiseren en verwerpen.
Al-Ghazali (in het westen bekend als Algazel) was echt een genie. Niet alleen was hij Descartes voor maar ook Hume en Kant.
Het duurde nog eeuwen voordat na Descartes Hume de causaliteit verwierp. Hume zei ook dat causaliteit een illusie is. Het duurde nog later voordat een Kant tot het inzicht kwam dat het metafysische niet kenbaar is met de rede en dat de reden is dat alle godsbewijzen gedoemd zijn te falen.
Ondertussen ontstond met descartes die na twijfel van de rede weer terugviel op de rede, het dualisme en liep de westerse filosofie in een doodlopend spoor..of beter gezegd in een blijvend dillema spoor. In deze context volgenden veel christelijke filosofen en theologen. Zij omarmden een rationele theologie… “natural theology”..waarin zij allerlei rationele godsbewijzen omarmden. Daarmee maakten zij het christendom kwetsbaar voor aanvallen van rationalisten die in de supremacy van de rede geloofden. Terwijl allang evident was dat geloof vooral veel met het hart en intuitie te maken heeft zoals Al-Ghazali veel eerder ontdekte. Ook Pascal was een rationalist. Al-Ghazali groeide daar uit, hij heeft met zijn erkenning dat godsbewijzen God altijd tekort doen de islamitische theologie een andere kant op doen gaan. Al-Ghazali was alles behalve een dogmaticus. Lees zijn werken, hij legt alles uit met argumenten en gaat zelfs zo ver om over de symboliek in rituelen uit te wijden. Hij verenigde de mystieke dimensies van het soefisme met beperkte aristoteliaanse logica en de traditionele islamitische theologie. Als je zijn leven bestudeert ontdek je dat hij de ‘vleesgeworden’ brug tussen het verstand en hart was, tussen de filosofen en de mystici (sufi’s). Hij werd “hujjat al islam” genoemd: bewijs van de islam. En er werd over hem gezegd dat als nog er een profeet na Profeet Mohammed was geweest hij het zeker geweest zou zijn…
aan #45 Passant
“In Europa duurde het nog erg lang voordat men uberhaput aristoteles ontdekte”
Dat is niet waar. Ook na de ineenstorting van het West-Romeinse Rijk rond 400 AD bleven de werken van Aristoteles in iedr geval bewaard in enkele kloosters, op Sicilie en op de Mont Saint-Michel in Frankrijk. Daar werden die werken bestudeerd door monniken die Grieks konden lezen. De meesten van die werken werden toen ook in het Latijn vertaald, al voor de via het Arabisch vertaalde edities rond 1100 uit Toledo in West-Europa arriveerden.
Zie hiervoor het helaas nog niet uit het Frans vertaalde boek:
Sylvain Gouguenheim
Aristote au Mont Saint-Michel.
Les racines grecques de l’Europe chrétienne
Seuil 2008
In je interessante overzicht mis ik de grootste Europese filosoof na Descartes, namelijk Spinoza. Hij staat aan de wieg van een nieuwe kritische manier van denken die de grondslag is geworden van wat men de Verlichting noemt. Descartes twijfelde dan wel aan van alles, maar via een redeneertruc sloot hij direct twijfel aan het bestaan van God uit en bleef hij een brave Katholieke Christen. Spinoza ging verder en was op een veel fundamentelere manier kritisch, tegenover het toenmalige kerkelijke gezag en de daarbij behorende sterk hierarchische maatschappij, tegenover het gezag van de Bijbel, tegenover het Christelijke Godsbeeld. Daarbij bepleitte hij vrijheid van meningsuiting, democratie, gelijkheid van mensen. Het grootste deel van zijn werk kon tijdens zijn leven niet worden gepubliceerd, zelf niet in de relatief tolerante Nederlandse Republiek, maar het circuleerde in de vorm van manuscripten in geheel Europa en veroorzaakte grote verontwaardiging, omdat men het zag als een aanval op geloof en goede zeden. Veel mensen nu zien het als een bevrijding uit een beperkte en bekrompen denkwereld….
Er zijn in de Moslimwereld allerlei belangrijke paralelle figuren van de grote Europese filosofen aan te wijzen, ook vaak grote voorgangers. Vanaf Descartes en na hem Spinoza zijn die er helaas niet meer geweest. In plaats van filosofen kwamen er theologen die alleen nog maar eindeloze commentaren op en uitwerkingen van vaststaande heilige geschriften schreven.
Al Ghazali moest inderdaad niets hebben van de Griekse filosofen zoals Plato, Socrates en Aristoteles. Hij beschouwde ze als ongelovigen die gevaarlijk waren voor het Islamitisch geloof. Dat is de Moslimwereld duur te staan gekomen….
Dit weekend stond er een interessant artikel van Michiel Leezenberg in de krant waarin hij wijst op de joods-islamitische roots van het denken van Spinoza. Hij geeft in een artikel dat verwijst naar Spinoza’s biograaf Steven Nadler aan dat deze roots wat verontachtzaamd zijn. Wat betreft de joodse tradities geeft hij aan dat er wat betreft de onsterfelijkheid van de ziel geen eenduidige dogma’s bestonden maar dat het in het 17e eeuwse Amsterdam een heet hangijzer werd die leidde tot de verbanning van Spinoza. Hij wijst op joods middeleeuwse denkers als Maimonides en Gersonides die Spinoza beinvloed hebben en op hun beurt sterk beinvloed zijn door Averroes (Ibn Roesjd). Ook al-Farabi wordt genoemd. Citaat: “Voor het huidige publieke debat is het wellicht ontnuchterend te weten dat de West-Europese Verlichting, zoals belichaamd in Spinoza, onmiskenbaar sporen van de islamitische filosofische traditie in zich draagt”. bron: NRC boekenbijlage 3 oktober 2008.
aan #47 Simon
Ik heb het door jou genoemde artikel van Michiel Leezenberg gelezen, evenals een aantal van zijn eerdere stukken.
Michiel Leezenberg heeft een prachtig boek over de geschiedenis van de Arabische filosofie geschreven. Door zijn grote kennis van en liefde voor de Arabische c.q. Moslimwereld is hij soms geneigd slechte zaken in die wereld goed te praten en goede dingen te overdrijven.
Om de een of andere reden heeft dat tot gevolg dat hij het niet zo begrepen heetf op Spinoza als ‘boegbeeld’ van de Europese Verlichting en al helemaal niet op Jonathan Israel, op dit moment de belangrijkste internationale Spinoza-expert, die in zijn werk Spinoza nadrukkelijk als beginpunt van die Verlichting behandelt.
Er is de laatste jaren nogal wat geschreven over de twee boeken die Israel over de Verlichting en de rol daarin van Spinoza heeft geschreven, “The Radical Enlightenment” (ook in het Nederlands vertaald) en “Enlightenment Contested”.
Arnold Heumakers in de NRC:
“Israel beoogt niets minder dan een revisie van het gangbare beeld van de Verlichting. Deze ambitieuze inzet maakt zijn boek, dat alleen al vanwege enorme eruditie die eruit speekt bewondering afdwingt, ook nog tot een spannende onderneming.”
Bas Heine, ook in de NRC:
“Enlightenment Contested is opnieuw een duizelingwekkende onderneming, een omvangrijke en oneindig gedetailleerde heroverweging van de oorsprong van ,,onze moderniteit.”
Wiep van Bunge, door het in #47 aangegeven artikel door Leezenberg als “Nederlandse Spinozaspecialist” aangeduid, zegt in een voordracht die hij in Januari van dit jaar heeeft gehouden:
“in het monumentale boek van Jonathan Israel, Radical Enlightenment uit 2001, waarop inmiddels ook een vervolg is verschenen, getiteld Enlightenment Contested (2006)…”
en
“Velen van u zullen het boek Radical Enlightenment van Jonathan Israel inmiddels op zijn minst hebben doorgebladerd, misschien ook het vervolg, Enlightenment Contested, maar om die boeken en de stelling die ze uitdragen op waarde te kunnen schatten, moet je je, denk ik, wel goed realiseren hoe revolutionair, hoe radicaal dit boek zelf is.”
Zie:
http://www.filosofielab.nl/wp-content/uploads/2008/02/wiep-van-bunge.doc
Vorig jaar op 10 augustus schreef Leezenberg ook in een recensie over de twee boeken van Israel. De titel van zijn stuk was:
“De Spinoza-code Heldenverering doet de Verlichting geen recht”
met als ondertitel:
“Jonathan Israel en de versimpelde Verlichting”
Het was niet zozeer zijn argumenten maar vooral de smalende toon die hij bezigde, alsof hij een slecht geschreven scriptie beoordeelde, met zinnen als:
“Nederlandse dag- en weekbladjournalisten buitelden dan ook over elkaar in hun loftuitingen”
“dezelfde thrillerachtige kwaliteiten als De Da Vinci code of De Naam van de Roos:”
“Dubieuzer nog is Israels veel boudere stelling”
“een boodschappenlijstje van acht criteria”
“Eén knieval voor de politieke correctheid maakt hij wel.”
“Daarmee dreigt Israel te vervallen in wat de Britten Whig history noemen: een ahistorische visie”
Wim Klever, de andere door Leezenberg genoemde “Nederlandse Spinozaspecialist” maakt in een reactie in de NRC van 24 augustus 2007 korte metten met het verhaal van Leezenberg. Hij zegt o.a.:
“Waar tot nu toe alle historici in gebreke waren gebleven en reeksen frappante onderzoeksresultaten van een hele generatie Spinoza-onderzoekers verwaarloosden, was het de reeds als historicus befaamde Jonathan Israel die het grote belang ervan inzag, zelf het speurwerk in teksten en archieven aanzienlijk opvoerde en de collectief bereikte inzichten meesterlijk presenteerde in kloeke boekdelen, die Spinoza met een overvloed van materiaal aantoonbaar verheffen tot de stichter en inspirator van de moderne tijd, waar niemand omheen kon en waar de hele 18de eeuw van profiteerde.”
en
“Men moet wel hoog te paard zitten om de auteur van de fenomenaal geleerde werken als Radical Enlightenment (2001) en Enlightenment Contested (2006) te durven aanwrijven dat hij zijn visie vooral aannemelijk maakt door een imposant vertoon van belezenheid. Profanerend acht ik ook de aantijging van recensent Michiel Leezenberg (Boeken, 10-08-07) dat in Israels schets de populatie van filosofen uit good guys en bad guys bestaat, alsof zijn betoog zich niet verheft boven het niveau van een predikant. Dat zijn boeken door een overdaad aan nieuwe gegevens door de echte studiosus met ingehouden adem wordt gelezen, rechtvaardigt nog niet de vergelijking met de Da Vinci Code of andere thrillers. Even ongepast is het om Israels zorgvuldig uitgewerkte lijst van criteria voor radicale Verlichting denigrerend weg te zetten als een boodschappenlijstje.”
Mensen als Van Bunge en Klever zeggen niet dat het geen Israel zegt de laatste waarheid is of dat er geen kritiek op mogelijk is. Integendeel; zij zelf komen met serieuze kritiek. Maar ze vinden wel dat Israel in de loop van een tiental jaren een aardverschuiving in het Spinoza-onderzoek heeft te weeg gebracht. Zij zien zijn werk als basis en uitgangspunt van verdere discussie over dit onderwerp.
Dan nog een opmerking:
Je zegt:
“Hij [Leezenberg] wijst op joods middeleeuwse denkers als Maimonides en Gersonides die Spinoza beinvloed hebben en op hun beurt sterk beinvloed zijn door Averroes (Ibn Roesjd). Ook al-Farabi wordt genoemd. Citaat: “Voor het huidige publieke debat is het wellicht ontnuchterend te weten dat de West-Europese Verlichting, zoals belichaamd in Spinoza, onmiskenbaar sporen van de islamitische filosofische traditie in zich draagt”.”
Klever zegt hierover:
“Spinoza heeft expliciet verklaard dat voor hem het gezag van Aristoteles weinig waarde (had) en dat hij de opvattingen van Mozes Maimonides inzake de beginselen van Schriftverklaring zonder meer als schadelijk, nutteloos, en absurd afwees.”
Om dan Spinoza via Maimonides met Ibn Rushd en andere Islamitische filosofen te verbinden, is ver gezocht, om het maar eens voorzichtig te zeggen.
Leezenberg laat het bovengenoemde citaat in zijn artikel van 3 oktober j.l.nog volgen door:
“Zinnebeeld daarvan is het exemplaar van Ibn Tufayls “Het leven van Haij Ebu`Jokdan” dat in de Bibliotheca Hermetica tentoongesteld is. Volgens sommige berichten is de Nederlandse vertaling van deze beroemde islamitische filosofische roman gemaakt door Spinoza’s boezemvriend Johannes Bouwmeester, op verzoek van Spinoza zelf.”
Als dat al waar is zegt het toch niet zo veel over in hoeverre Spinoza door dat werk werd beinvloed. Na de grote vertaalactiveiten vanuit het Arabisch in de middeleeuwen in Europa was er een tweede golf van vertalingen in de zeventiende eeuw. Vertalingen uit het Arabisch waren zeer verspreid. Wat vertalingen in omgekeerde richtingen betreft, die waren er niet.In de zeventiende eeuw werden in Europa aan verschilende universiteiten leerstoelen in het Arabisch ingesteld. Leerstoelen in het Latijn of in andere Westerse talen waren er in die tijd en ook veel later in de Islamitische wereld niet. Maar dit terzijde.
Peter B.,
Je zegt dat Griekse werken (in dit geval Aristoteles) bewaard en bestudeerd zijn gebleven in Frankrijk. En ook dat vertaalde edities vervolgens via Toledo West-Europa binnenkwamen.
Klopt het dat er nog een derde bron was, waaruit wij kennis van de Grieken hebben? Het oost-romeinse rijk?
Zijn die werken bewaard gebleven in Constantinopel? Ik meen me te herinneren van geschiedenislessen dat wetenschappers uit Constantinopel na 1453 de boot hebben genomen naar Italie, en daar de Renaissance zijn gestart. Wat weet jij, in het kort, hiervan? Ik vraag me af of de vertalingen in het Arabisch echt nodig waren geweest voor de “herontdekking”. Bedankt. Met vriendelijke groet, Thijs
Peter B. “Om dan Spinoza via Maimonides met Ibn Rushd en andere Islamitische filosofen te verbinden, is ver gezocht, om het maar eens voorzichtig te zeggen”.
Ik zou mij meer in de materie moeten verdiepen om er iets zinnigs over te kunnen zeggen. Maar filosofen die voortbouwen op het denken van een voorganger accepteren bijna nooit diens denken volledig. Maar blijkbaar zijn we niet de eersten die hierover van gedachten wisselen gezien de discussie hier tussen Wim Klever en Stan Verdult.
http://spinoza.blogse.nl/log/steven-nadler-in-filosofie-magazine.html
aan 49 Thijs, #50 Simon
Ik moet even een dag of zo iets anders doen, maar daarna zal ik graag op jullie stukken reageren,
#51 anoniem = Peter B.
aan #49 thijs
Ik moet vooropstellen dat ik een geinteresseerde leek ben, geen historicus. Ik zal niettemin proberen je vraag te beantwoorden met behulp van hetgeen ik zo uit allerlei boeken bij elkaar gelezen heb.
Het vertalen, zowel van West naar Oost als andersom, heeft in verschillende golven plaats gehad.
De eerste golf werd gevormd door het op grote schaal vertalen van antieke Griekse geschriften in het Arabisch. Dat gebeurde tussen de achtste en tiende eeuw in Bagdad, onder de Abbassiedenkaliefen en werd gestimuleerd door of gebeurde in opdracht van de kalief en hooggeplaatste personen, waarschijnlijk om politieke redenen. De feitelijke vertalers waren in hoofdzaak Syrische Christenen, die in die periode ook nog de meerderheid van de bevolking uitmaakten. Merkwaardig genoeg was er daarbij alleen belangstelling voor Griekse filosofie en Griekse wetenschap, vooral wiskunde en astronomie, met daarbij inbegrepen astrologie. Er was geen interesse in de Griekse tragedie- of geschiedsschrijvers en ook niet in Homerus. Het gezaghebbende, zeer gedetailleerde maar niet erg leesbare boek over deze vertalingsgolf is Dimitri Gutas “Greek Thought, Arab Science (1998)”.
Op basis van deze vertaalde Griekse werken ontwikkelden de Arabieren, zoals bekend, een schitterende beschaving waarvan het hoogtepunt tussen de tiende en de dertiende eeuw lag. Daarbij moet worden opgemerkt dat ze de Griekse filosofie en wetenschap niet alleen voor ons bewaarden – sommige Griekse geschriften kennen we nu alleen nog uit Arabische vertalingen — maar ook in belangrijke mate uitbreidden en verder ontwikkelden.
Ondertusen stonden de zaken er buiten de Moslimwereld minder florissant bij. In het Christelijke Byzantium, opvolger van het Oost-Romeinse rijk, was er nog steeds een hoge maar toch ook stagnerende beschaving. In het Westen was er na het ineenstorten van het West-Romeinse Rijk en na de grote volksverhuizingen rond de vierde ne vijfde eeuw vooral chaos. In de daarop volgende eeuwen krabbelden men daar langzaam uit op. In de elfde eeuw, die men meestal tot de vroege MIddeleeuwen rekent, begon men interesse te krijgen in het antieke verleden. Dit antieke verleden was nooit helemaal vergeten. Het uit de Romeinse tijd stammende Latijn was de ‘lingua franca’ van de intellectuelen, wat in die periode vooral monniken in kloosters en wereldlijke religieuzen betkenden. In een recent boek, Sylvain Gouguenheim “Aristote au Mont-Saint-Michel : Les racines grecques de l’Europe chrétienne”, wordt betoogd dat ook Griekse werken hier en daar bewaard waren gebleven, zoals in Sicilie en in Frankrijk in het klooster op Mont-Saint-Michel en dat er monniken waren die Grieks konden lezen en die Griekse werken, zoals bijvoorbeeld die van Aristoteles, in het Latijn vertaalden. Er waren ook steeds contacten gebleven met Byzantium, vooral vanuit Italie.
Hoe dan ook, in de elfde eeuw was West-Europa rijp voor een tweede vertalingsgolf, nu vanuit de Arabische wereld naar het Westen. In Spanje was in 1085 Toledo door de Christelijke koning Alfons VI Toledo op de Moslims heroverd. In Toledo, een tijdlang onder een zeer tolerant regime, waar Christenen,Joden en Moslims vreedzaam samenleefden — in het latere Spanje was dat helaas niet meer zo, maar dit ter zijde — vond nu die tweede vertalingsgolf plaats, nu vanuit het Arabisch naar het Latijn. In dit geval werd het meeste vertaalwerk gedaan door Joden. Vertaald werden op de eerste plaats de Arabische versies van Griekse werken en iets later ook oorspronkelijk Arabische werken; denk aan Ibn Rushd (Averroes), die voor West Europa de belangrijkste Aristoteles commentator werd, van groot belang voor de opbloei van de Middeleeuwse Scholastieke filosofie.
Kort samen gevat kan je zeggen dat die vertalingen ui het Arabisch voor de Westerse wetenschap zeer belangrijk geweest zijn, vooral echter ook als stimulus om zelf naar de oorspronkelijke Girekse werken te gaan zoeken.
Dit alles leidde tot een grote opbloei van wetenschap en cultuur in Europa, die uitmondde in Renaissance, boekdrukkunst, Verlichting, wetenschappelijke revolutie, en nog veel later industriële revolutie. Ondertussen was men, gestimuleerd door de vertalingen uit het Arabisch op zoek gegaan naar de oorspronkelijke Griekse manuscripten. Die kwamen vooramelijk langs verschillende kanalen uit Byzantium. De kruistochten droegen bij. Zo was er de vierde kruistocht. Het doel daarvan was het Heilige Land; men kwam echter niet verder dan het Christelijke Constaninopel, dat in 1204 uitgeplunderd en verwoest werd. Het einde van Byzantium als bron van Griekse werken kwam veel later, in 1543, toen Constaninopel door de Ottomaanse Turken werd ingenomen. En inderdaad, zoals jij zegt, betekende dat de vlucht naar Italie van vele Byzantijnse geleerden, met meename van Griekse manuscripten.
In de zestiende en zeventiende eeuw was er nog een derde wat kleienere maar toch niet onbelangrijke vertalingsgolf in Europa, namelijk van oorspronkelijke Arabische werken in Europese talen. Men ontwikkelde in die tijd een grote belangstelling in de Islam en de Arabische wereld. Aan verschillende Europese universiteiten werden leerstoelen Arabisch gesteld, zoals in Leiden in 1613.
Na zeg 1500 raakte Europa in wetenschappelijk opzicht steeds meer voor op de Arabische wereld.
Je zou verwacht hebben dat er daarom een nog een vertalingsgolf zou hebben plaats gehad, één waarin de werken van zeg Kepler, Copernicus, Galileo.Huygens en Newton in het Arabisch vertaald zouden zijn geworden. Zo’n vertalingsgolf heeft niet plaats gehad.
aan #50 Simon
In de eerste plaats dank voor de interessante website die je in notitie aangaf, een website die weer verder leidde tot andere ook interessante sites.
“Maar filosofen die voortbouwen op het denken van een voorganger accepteren bijna nooit diens denken volledig.”
Dar heb je gelijk in Het eerste (en zo wat het enige) werk van Spinoza dat tijdens zijn leven gepubliceerd wrd ging over Descartes en zijn filosofie. En inderdaad, daarin bouwde hij voort op Descartes en nam tegelijkertijd flink afstand van hem.
“Maar blijkbaar zijn we niet de eersten die hierover van gedachten wisselen gezien de discussie hier tussen Wim Klever en Stan Verdult.”
Stan Verdult is ook een geinteresseerde leek. net als ik. Bovendien zo te zien iemand met een brede belangstelling en belezenheid. Maar in een discussie over Spinoza lijkt hij me toch geen partij tegenover Win Klever, een ‘professional’, een internationaal gerespecteerde Spinoza-kenner.
@53, Peter B. Bedankt. 1453, maar inderdaad nog altijd meer dan 100 jaar na Petrarca en Dante. Renaissance was dus al begonnen ver voor de val van Constantinopel.
aan #55 thijs
Ja, dat klopt