Voorpagina Geschiedenis

Seyidi Ali Reis

Seyidi Ali Reis werd in het jaar 1498 geboren te Istanbul in de wijk Galata in een familie afkomstig uit Sinop die carrière hadden gemaakt in de Ottomaanse marine. Zowel zijn grootvader ten tijde van Sultan Mehmed II de Veroveraar (de veroveraar van Constantinopel) als zijn vader daarna hadden de leiding over het arsenaal van de Ottomaanse marine in de Gouden Hoorn. Zijn vader had ook nog gevaren en het commando gevoerd op een marineschip. Seyidi Ali Reis trad in de voetsporen van zijn grootvader en vader en monsterde ook aan bij de marine.

Hij maakte al snel carrière in de marine en bracht het tot Reis commandant van een schip of meerdere schepen (van het Arabische râïs letterlijk hoofd van..). Seyidi Ali Reis nam deel aan bijna alle grote expedities die de Ottomaanse marine in de eerste helft van de zestiende eeuw ondernam. Zo naam hij deel aan de verovering van Rhodos in 1522, de zeeslag bij Preveza (Ionische Zee) in 1538 waar hij het commando voerde over een deel van de vloot, de verovering van Tripoli in 1551 op de Maltezer Orde.

In het jaar 1552 werd hij de door Sultan Süleyman I de Prachtlievende benoemd tot commandant van de Ottomaanse vloot in de Indische Oceaan met de missie om een smaldeel van 15 galeien in Basra naar het hoofdkwartier in Suez te zeilen. Een missie waar een ervaren kapitein als Seyidi Ali Reis zijn hand niet voor omdraaide. Wat volgde was echter geen rustige zeiltocht van enkele maanden rondom het Arabische schiereiland maar een reis van meer dan twee jaar.

Na de Perzische golf te zijn uitgevaren kwam het smaldeel van Seyidi Ali Reis in de Arabische in contact met een Portugese vloot bestaande uit 25 schepen. Wat volgde was een zeeslag die een dag duurde waarbij het de Ottomanen ondanks het feit dat ze in de minderheid waren, lukte een Portugees schip tot zinken te brengen maar zelf al hun schepen te behouden. De invallende duisternis maakte een einde aan het gevecht en Seyidi Ali Reis voer naar de dichtstbijzijnde kust om zijn zwaar gehavende vloot te repareren en voorraden in te slaan. Niet lang daarna bereikte de vloot de stad Muscat (Oman) die in handen was van de Portugezen.

Hier volgde een tweede zeeslag met een andere Portugese vloot. Deze keer waren de kansen voor de Ottomanen nog ongunstiger gehavend. Van de vorige zeeslag moesten ze het dit keer opnemen tegen 34 vijandelijke schepen. Beide vloten bevochten elkaar tot het einde van de dag. Ook in deze zeeslag bewees Seyidi Ali Reis zijn kunde als commandant. Zijn vloot verloor 5 schepen maar bracht ook evenveel schepen van de Portugezen tot zinken en er enkelen buit te maken. Alsof twee zeeslagen niet genoeg waren, werd de vloot nadien ook nog eens voor de kust van Jemen getroffen door een tyfoon van zulke proporties dat de zeelui hem de bijnaam olifant gaven.

Door de tyfoon werd de vloot de Indische oceaan opgeblazen om uiteindelijk voor de kust van Gujarat (India) te belanden. Veel schepen waren niet meer zeewaardig en de resterende schepen zo gehavend dat Seyidi Ali Reis en zijn bemanning niets anders restte dan aan land te gaan en beter weer af te wachten. Hier neemt het verhaal een andere wending vol politieke intriges, wederom gevechten met de Portugezen, een lange tocht over land naar Istanbul vol avonturen maar dat mogen jullie zelf lezen in de vertaalde reisbeschrijving van de hand van Seyidi Ali Reis zelf: Mirat ul Memalik (Spiegel van koninkrijken).

THE TRAVELS AND ADVENTURES OF THE TURKISH ADMIRAL SIDI ALI REÏS IN INDIA, AFGHANISTAN, CENTRAL ASIA, AND PERSIA,during the Years 1553-1556.

Mohammed is: Een Man (althans als men dat woord slechts als geslacht opvat), een Moslim (in hart en nieren totaal, echter in daad maar mondjes maat), een Maliki (maar tot zijn schande moet hij bekennen al-Muwatta nog nooit gelezen te hebben), een Afrikaan, een Noord-Afrikaan, een Maghrebijn, een Berber/Amazigh, een Riffijn, een Ayzenay, een Aqarou3, een Arabier (in culturele zin), een Westerling, een Europeaan, een Nederlander, een Hollander, een Zuid-Hollander, een Leidenaar, een Voorschotenaar, een Vlietwijker.

Lees andere stukken van