Voorpagina Islam

Nobele vrije mensen

"Ik wil Hem niet vereren uit angst en ook niet vanwege een beloning maar uit liefde.” – Rabia Al-‘Adawiyya

De ramadan is voorbij, en de meeste moslims hebben zich keurig en gedisciplineerd aan de regeltjes gehouden. Een gezegende ‘ied groet is daarom op zijn plaats: Ied mubarak! Het vasten in de ramadan is een religieuze daad, een vorm van aanbidding die zich onderscheidt van andere religieuze daden.

Vasten is een passieve daad in tegenstelling tot actieve daden. Vasten betekent iets niet doen, namelijk overdag niet eten, niet drinken, geen seksuele gemeenschap hebben en het beheersen van negatieve emoties. Dat iemand aan het vasten is, is daarom niet direct zichtbaar en daarom is het (mits met zuivere intenties) iets zuivers tussen God en Zijn dienaar. Ten tweede herinnert het vasten ons eraan dat de eerste levensbehoeften geen vanzelfsprekendheden zijn en ze stimuleert ons om solidair te zijn met de door velen vergeten behoeftige bewoners van dit uitgestrekte universum in het melkwegstelsel, in het zonnestelsel op de derde planeet vanaf de zon.

Alle wereldreligies kennen het gebruik van het vasten en het is bekend dat ook veel Griekse filosofen zich van deze techniek bedienden om hun geestelijk bewustzijn te verruimen. Het bijzondere aan het islamitische vasten is dat dit ritueel niet voorbehouden is aan een religieuze kaste of elite. Er bestaat überhaupt geen priesterschap in de islam. Met de ramadan ontstaat een sfeer waarin iedereen op een ontspannen en mooie manier de religieuze vruchten van dit gebruik kan plukken. De persoonlijk motivaties om aan het vasten mee te doen lopen wel uitéén van persoon tot persoon, ook bij diep religieuze mensen. Onderstaande overlevering (uit een shi’itische bron: Nahj ul Balagha.206) van Ali ibn Abi Talib(ra) legt met een voortreffelijke metafoor een spiritueel inzicht uit over de motivatie voor aanbidding bij verschillende soorten mensen.

“Er zijn mensen die Allah aanbidden om zijn gunsten te verdienen, dit is de aanbidding van handelaren, terwijl er sommigen zijn die Hem aanbidden om zich vrij te houden van Zijn Woede, dit is de aanbidding van slaven; enkelen gehoorzamen Hem vanuit hun gevoel van dankbaarheid en verplichting, dit is de aanbidding van vrije en nobele mensen.”

Rabia Al- ‘Adawiyya, de bekende ascetische dichteres uit het Irak van de 10e eeuw die in slavernij geboren was (maar wier eigenaar zo onder de indruk was van haar vroomheid dat hij haar de vrijheid schonk) verwoordde hetzelfde idee als volgt:

“De hel wil ik blussen en de hemel wil ik in brand steken. Ze verhinderen me allebei om tot God te komen. Ik wil Hem niet vereren uit angst en ook niet vanwege een beloning, maar uit liefde.”

Je zou het ook met een ‘moderne’ metafoor over studenten op een universiteit kunnen uitleggen: Er zijn studenten die op een egocentrische manier positief gemotiveerd zijn. Dat zijn bijvoorbeeld studenten die studeren zodat ze na hun studie in een dikke vette Beste Marokkaanse Wagen (B.M.W) kunnen karren of zodat ze later een positie met aanzien kunnen veroveren in de maatschappij. Dat zijn de handelaren die hun goed doen zuiver als een investering zien. Ze verwachten wat terug in de toekomst.

Anderen studeren vanuit een negatieve egocentrische motivatie: om een negatief gevolg van het niet studeren te voorkomen. Bijvoorbeeld een toekomst zonder werk of de straf van zitten blijven. Dit zijn in de metafoor de slaven.

De derde categorie studenten studeert omdat ze dankbaar is voor hun bevoorrechte positie en de kans die ze hebben gekregen om hun intellectuele potenties te ontplooien. Ze zien het als een verplichting om deze te benutten en later in dienst van de maatschappij te stellen.

De nobele studenten zijn zich bewust van een principe dat de Duitse filosoof Kant de categorische imperatief noemde. Dat is de plicht vanuit hun geweten om het goede te doen, omdat het goede geen (handels-) middel is maar een doel op zich.

Het mag duidelijk zijn dat de laatste categorie in God’s ogen het strevenwaardigste is. Het goed doen en aanbidden van God uit liefde en dankbaarheid omdat het simpelweg goed is, zonder daar loon voor te verwachten, ..ook al krijg je die wel.

Maar mensen zijn verschillend en voor de één werkt een andere motivatie dan voor een ander. Zo worden ook kinderen opgevoed met het straf- en beloningssysteem, totdat ze op een gegeven moment oud en wijs genoeg zijn om te weten dat sommige dingen goed of slecht zijn, los van de straf en beloning. Idealiter zou bij ieder mens het spirituele groeiproces van slaaf naar handelaar naar vrij en nobel mens moeten lopen,

Een nobel en vrij mens vervult de Koranische rollen van ‘abd (dienaar) en khalifa (God’s vertegenwoordiger op aarde). Hij of zij is nederig en ambitieus, een toonbeeld van bescheidenheid en verantwoordelijkheid. Dat is het ideaal, maar er zijn met God’s wil en genade meerdere wegen naar Mekka…

Kamel Essabane is het stilste jongetje van de klas dat toch begon te praten en zijn klasgenoten soms hard aan het lachen wist te maken. Hij overwon zijn angsten en maakte van praten voor groepen zijn beroep. Doordeweeks loopt hij met de pet op van docent islamitische godsdienst rond op een hogeschool en voorziet hij tevens diverse scholen van advies als onderwijsbegeleider identiteit en levensbeschouwing. Ook vertelt hij soms filosofische verhalen aan het Fahm Instituut. Af en toe plaatst hij vanachter zijn laptop in alle stilte een ernstige tekst op het net. Misschien dat iemand het leest.

Lees andere stukken van Kamel