De stormachtige crisis zou al bijna voorbij zijn. Maar blijkbaar waait er nog een strenge wind. Een wind die met vijandige stoten in staat is om de SNS bank om te laten vallen. De Tweede Kamer, de Kamer waar niet zo lang werd gepraat over de 24–uurs luier voor ouderen: die Kamer heeft in uw naam besloten om de bank van de ondergang te redden.
Onvermijdelijk, zeggen deskundigen.
En toch is het vreemd dat de onmetelijkheid van het financiële probleem een feit is. Het is groter dan ons denkvermogen aankan: we hebben onze menselijke nietigheid geaccepteerd.
Terwijl we weten dat het allemaal niet klopt, en het zwart op wit staat wie ervan profiteren hebben we afgesproken dat het debacle zich niet in een hokje laat vangen. De financiële crisis is voorbij wanneer het voorbij is. Wanneer weten we niet, het gaat ons gewoon overkomen, zoals een vallende ster raast, en verdwaalt in de donkere oneindigheid van het universum; zo is het ook met de crisis. Het overmeestert en maakt zich meester van de verwarring. Het is onbegrijpelijk, en ongrijpbaar. De crisis overstijgt.
Maar we gaan van machteloos complex, naar haalbaar simpel. In duiden blinken we uit, we willen in het alledaagse leven op microniveau weten wat ons overkomt. Of het gevaar nou van links of van rechts komt; en welk geslacht, kleur en leeftijd hét heeft: we willen het verklaren, van ons afschuiven.
Gij zult duiden.
Zo liep de 13-jarige Anass Aouragh afgelopen woensdag zijn krantenwijk. Het werd zijn laatste, want zijn levenloze lichaam werd een dag later gevonden in de bossen van Wassenaar. Via social media gingen er gelijk verdachtmakingen rond over de vermeende afkomst van de dader, want die hebben volgens afzenders toch meestal een bepaalde kleur. Later bleek dat hij waarschijnlijk uit het leven zou zijn gestapt omdat hij hevig werd gepest vanwege zijn ‘anders zijn’. Los van het feit dat het belachelijk was om in dat stadium uitspraken te doen over de dader en slachtoffer, vroeg ik me het volgende af:
Hoe verknipt moet je maatschappijbeeld zijn om structureel bij alle misstanden in de wereld in etnische, religieuze en culturele hokjes te denken? Niet stil te staan bij het onrecht, maar bij de vermeende daders? En dat misbruiken om de eigen agenda mee te voeden, om je eigen wereldbeeld mee te laten bevestigen. Als stok om te slaan.
Waar is het misgegaan?
Het begint eigenlijk bij de mensen die dit land informeren en leiden. Media die achter elkaar aanlopen en alle ethische richtlijnen aan de laars lappen. Doe dat jaren consequent en het wordt gemeengoed. Het niet doen, wordt bestempeld als wegkijken. Maar ook dit kabinet legitimeert het hokjesdenken door in te stemmen met Kamerdebatten over de correlatie criminaliteit en etniciteit. Daar zijn ze alleen niet heel erg consequent in, want wat betreft het financiële probleem, met een oververtegenwoordiging van de man, de witte man, de oude witte man, laten we het categorische duiden maar al te graag achterwege.
Maar laten we nu vooral stilstaan bij Anass en zijn nabestaanden. Hij liep slechts zijn krantenwijk. Hij was een ster die voorbij raasde, te snel voor deze wereld, onbegrijpelijk, en ongrijpbaar.
Hij is nu op een plek die ons denkvermogen overstijgt.
Eén reactie op "Waarom een Kamerdebat over het oude-witte-mannenprobleem er nooit zal komen"
Goed punt. Hier mogen ze ook wel over debatteren.