Voorpagina Algemeen

De vergeten bijdrage van moslims aan de Wereldoorlogen

Laatst was ik in de gelukkige omstandigheid om de première bij te wonen van de fantastische film Enemy of the Reich, over de jonge moslima Noor Inayat Khan en haar bijdrage aan de Tweede Wereldoorlog.

Het is een geweldig verhaal dat vele toeschouwers in tranen achterliet en ik moet toegeven dat ik het zelf ook niet droog hield. Wat me echt raakte, waren echter de woorden die de regisseur uitsprak voordat de film begon. Hij legde uit dat je in de meeste films over de Tweede Wereldoorlog geen bruin gezicht ziet, en al helemaal niet het gezicht  van een moslim, ondanks Winston Churchills bekentenis dat Groot-Brittannië de oorlog niet had kunnen winnen zonder het Indiase leger.

Op de een of andere manier is het feit dat miljoenen moslims ervoor kozen om mee te vechten tegen de nazi’s over het hoofd gezien. Op dezelfde manier, hoor je bijzonder weinig over die moslims die over de hele wereld schuilplaatsen boden aan joden.

Het verhaal van Noor Inayat Khan zorgt ervoor dat deze ongelijkheid tot op een grote hoogte wordt gecorrigeerd.

Khan was een kinderpsychologe en auteur van kinderboeken die haar opleiding genoot aan de Sorbonne. Zij werd gerekruteerd voor een van de gevaarlijkste posities in de spionagewereld als Churchills  geheime ‘Special Operations Executive’. Khan bezat een diepe spiritualiteit – beïnvloed door haar vader, een soefieleider – waardoor zij geloofde in een dienstbaarheid aan het algemeen belang en waardoor zij niet zomaar kon toekijken hoe Hitler zijn gruweldaden beging.

Zij hielp het Franse verzet en voorkwam vier maanden lang dat ze gevangen genomen kon worden door telkens van locatie te veranderen. Ondertussen probeerde de Duitsers haar verblijfplaats te vinden. Gedurende die tijd hielp ze om Joodse levens te redden, maar ook die van Britse en Amerikaanse piloten die waren neergestort. Ze werd uiteindelijk in oktober 1943 gevangen genomen en een jaar later geëxecuteerd.

Het is dan ook geen verrassing dat ze de hoogste eer ontving van zowel Frankrijk als Groot-Brittannië voor haar burgerdienst in oorlogstijd. Onlangs prees  (Britse Premier) David Cameron haar nog voor haar ‘inspirerende zelfopoffering’ en haar ‘onverzettelijke moed’.

Hoe bijzonder Noor Inayat Khans verhaal ook is, het blijft slechts één verhaal. Er zijn nog zoveel andere verhalen te vertellen, en zoveel verhalen die over het hoofd worden gezien. Hollywood heeft nog steeds moeite met het afbeelden van moslims, zodat er vaak wordt teruggevallen op stereotypering – zelfs wanneer de ‘rollen’ in het echte leven opoffering, moed en loyaliteit bevatten. De bijdrage van moslims aan onze oorlogssuccessen worden ook overgeslagen in onze klaslokalen en in veel geschiedenisboeken.

Zoals Michael Wolfe, uitvoerend producent van de film, vertelde aan The Huffington Post: “Er lijkt een tendens te zijn om te vergeten dat honderdduizenden vrijwilligers uit India zich aansloten bij de Britse strijdkrachten. Velen van hen waren moslim die werden geëerd met medailles en zij stierven in grote aantallen. Er lijkt ook een tendens te zijn om de Algerijnen en de andere Noord-Afrikanen uit het verhaal weg te laten. Allen waren moslim en vochten met tienduizenden aan de kant van de Fransen. In beide gevallen waren dit burgers van landen onder koloniale druk van de landen die ze besloten te dienen. Het was een morele en ethische keuze [van hen] om voorbij hun eigen lijden te kijken om een hoger doel te dienen.”

Moslim Lifestyle tijdschrift Emel.com maakt duidelijk dat meer dan 161.000 Indiase soldaten overleden in beide wereldoorlogen, volgens de Commonwealth War Graves Commission. “Forgotten Heroes – The Muslim Contribution,” uitgave 62 van Emel.com, memoreert:

“Terwijl Groot-Brittannië zich van de Eerste naar de Tweede Wereldoorlog vocht, werd het land in toenemende mate afhankelijk van het Indiase leger: dit was het grootste vrijwilligersleger in beide  wereldoorlogen, aangezien de mannen zichzelf opgaven om te vechten en niet werden opgeroepen.”

Tot 40 % van het Indiase leger was moslim, zelfs al maakten moslims slechts 25% uit van de totale bevolking (noot vertaler: dit is vóór de stichting van Pakistan).

Winston Churchill vatte de bijdrage van moslims samen in zijn brief aan Franklin Roosevelt, president van de Verenigde Staten. Hij schreef: “We moeten op geen enkele manier de banden met de moslems [sic]  verbreken, want zij vertegenwoordigen 100 miljoen mensen en vormen daarmee de belangrijkste elementen van het leger waarop wij moeten vertrouwen voor het directe gevecht.”

Het is verdrietig dat ons nabije erfgoed in recente tijden verwaarloosd wordt. Iedereen die vocht voor vrijheid in die donkere dagen, verdient het om herinnerd te worden, ongeacht hun religie. En door dit te doen, zouden we zomaar hedendaagse vooroordelen tegen kunnen gaan.

Dr Azeem Ibrahim is onderzoeksprofessor bij het Strategic Studies Institute US Army War College en lector Internationale Veiligheid aan de Universiteit van Chicago. Volg hem op Twitter.

Dit stuk verscheen eerder op Huffington Post, vertaald door Noureddine Steenvoorden.

Wij Blijven Hier werd in 2005 opgericht, omdat ze vonden dat ze er nog niet waren. Inmiddels zijn ze 3000 bijdragen rijker, die vrijwillig door beginnende én gearriveerde verhalenvertellers worden geschreven. Verschillend van columns, persoonlijke ervaringen tot verborgen nieuwsfeitjes. Ze kijken op hun eigen manier tegen de wereld aan, en vertellen zélf het verhaal. Wie zijn ze? Kijk om u heen. Want ze zijn hier. Zij Blijven Hier!

Lees andere stukken van de WBH Redactie