Voorpagina Ervaringen

Kebab met een biertje bij de halal Chinees

Moslims in China? Halal en bier? Cultuur en religie? Putri schrijft over de plaats van cultuur en religie voor moslims in China.

Het is een opvallend groot, wit gebouw met Islamitische accenten, bekroond met een halve maan op de groene koepel op het dak. Twee mannen staan voor de ingang, kijkend over een leeg parkeerplein, te roken en te druk in gesprek om mijn bescheiden groet op te merken. Ik loop nieuwsgierig de lege ontvangsthal in –al zoekend naar verwijzingen die leiden tot de vrouwengebedsruimte, maar zie vervolgens de menukaart uitgestald op een houten standaard. Ik lach in mezelf terwijl een jonge vrouw op mij afloopt.


"Als antropoloog meen ik dat cultuur te allen tijde, in kleine of grote mate en graag of niet, de overhand heeft op religie."



‘Moslim buurt’ in China

“Assalamu alaikum!” spreek ik tot haar. Ze kijkt me aan alsof ik Chinees praat, of, Arabisch in dit geval. Ik probeer het nog een keer, maar dan lang-za-mer. Ze schudt onbegrijpelijk haar hoofd. Natuurlijk snapt zij me niet. Ik bevind me in de hoofdstad van China waar men geen woord Engels spreekt of er ook maar een beetje moeite voor doet. Ze bekommeren zich niet om een lost soul als ik te helpen de weg te vinden. En nu blijkt dat zelfs een medemoslima mijn vredige groet niet beantwoordt.

De Koe straatmoskee

Wat is dat toch met Islam in China? Het is ‘anders’, zo heb ik mogen veronderstellen van mijn vriendin die in hartje Xuanwu woont: het moslim district van Beijing. Herkenbaar aan de enkele Islamitisch georiënteerde gebouwen, maar die, behalve een imam school, verder geen religeuze functie hebben. Ik ontmoet haar voor de oudste lokale Nuijie moskee (letterlijk Koestraatmoskee), oorspronkelijk gebouwd in 996 en waar haar man toevallig als imam fungeert. De moskee is uiteraard ontworpen naar smaak van de lokale cultuur. De prachtig gerenoveerde moskee bestaat uit meerdere gebouwtjes in tempelvorm, omringd door een dikke muur. Binnen het moskeecomplex staan ook twee tombes waarin schijnbaar neven van de profeet Mohammad (vzmh) zijn begraven. Tegenover deze tombes staat een robuust altaar van ruim anderhalve meter waarin rode wierookstokjes afbranden. Lokaler kan dus niet.

De Islamitische school

Ik volg mijn vriendin die haar kinderwagen richting de Hui Min Elementary School schuin tegenover de moskee duwt om haar tienjarige zoon op te halen. Als een ‘minderheid Chinees’ mag zij namelijk wel meer dan één kind. Hui Min betekent Moslim, maar er zitten ook niet-moslim leerlingen en leraren op. De school is zwaar beveiligd met hoge muren en bewapende bewakers. Niet per sé omdat dit de enige Islamitische school in Beijing is, maar omdat dit de veiligheidsmaatstaf is binnen steden in het land van het één-kind-beleid. Het hek opent zich en een stoet van kinderen in wit-blauwe uniformen en gele petjes (geen hoofddoekjes), geëscorteerd door hun leraressen, vloeit zeer systematisch op volgorde van klassen naar buiten.


Kinderen worden naar buiten geëscorteerd

De halal Chinees

Samen met haar vrolijke zoon Osma en snoezige dochtertje Hayatih gaan we naar een restaurant om de hoek. Hun Islamitische namen dienen voor specifieke kringen thuis en onder moslims, want ze hebben ook gewoon Chinese namen waaronder zij beter bekend staan in de maatschappij. Op het bord boven de entree herken ik de woorden: ‘Ik getuig dat er geen God is dan Allah (en) dat Mohammad Zijn Profeet is’ in Arabische karakters in een sierlijk Chinese stijl.

Leuk, een ‘halal Chinees’ denk ik. Totdat ik binnenloop en vermoed dat ik het bord toch verkeerd geïnterpreteerd heb. In het restaurant wordt er genoten van de honderd soorten rijstebrij, original noodles, bladerdeeg pannenkoeken met vleesvulling, sesambrood, pasta flakes, gegrilde kebab op spies (shashliks)… Kortom, alles behalve de nummers 1 tot en met 150 die wij van de Chinese menukaart kennen in Nederland, maar wel vergezeld met een groen flesje dat ruikt naar bier! Wellicht zijn dit de niet-moslim Chinezen, of is het 0% alcohol bier – dat ook zo populair is in Indonesië. Maar dan merk ik de grote donkerhouten kast achter de kassa op, die onbescheiden flessen alcohol en likeuren in alle kleuren en geuren etaleert.


Halal Chinees restaurant…


… met de nodige uitgestalde likeur

De Chinese Moslims

“Chinezen hier in Beijing weten niet zo goed wat Islam is.” reageert mijn vriendin op mijn verbijstering. “Halal betekent: geen varkensvlees, moslim zijn betekent: geen varkensvlees eten. Dat was het.” Ze vertelt me dat de absentie van varkensvlees ook het enige ‘Islamitische’ is aan haar zoons Hui Min school. Er zijn geen Islamitische teksten te herkennen en Islamitische lessen zijn ver te zoeken in een land waar het Communistische regime alle vormen van religieuze leer verbannen heeft uit de schoolbanken.

Hoofddoekjes dragen de moslima’s van Beijing bijna niet. De Indiase sjaal die ik als adeptatietechniek om mijn hoofd heb gewrappeerd, doet mij dus alleen maar meer opvallen als buitenlander, zelfs in Xuanwu. Mijn vriendin draagt wel een hoofddoek, maar niet het zwarte met rozen bedrukte model (typerend voor West-China) en ook niet het hoofddeksel dat normaliter door moslimmannen wordt gedragen en waar in Beijing ook sommige vrouwen er stijlvol mee rond lopen. Mijn vriendin heeft in Maleisië gestudeerd en draagt als uitzondering, maar met trots, een zwarte hoofddoek in Zuidoost Aziatische stijl.

Cultuur versus Religie

Mijn antropologische hart is verrukt van de inzichten op de Islamitische levenswijze in het meest bevolkte land en snelst groeiende economie ter wereld en begoten met vragen over de dynamiek tussen cultuur en religie. Als antropoloog meen ik dat cultuur te allen tijde, in kleine of grote mate en graag of niet, de overhand heeft op religie. Vooral in een beschaving zo oeroud als die van China en ondanks de eerste Islamitische invloeden die al in zevende eeuw plaatsvonden. Dit levert prachtige moskeeën in Chinese architectuur op, maar in dit geval dus ook alcohol consumptie dat, net als wierook stokjes, nou eenmaal niet uit de cultuur weg te denken is.

Het is inmiddels donker en ik dank mijn vriendin voor haar uitzonderlijke gastvrijheid. Haar kinderen zwaaien uitbundig als ik op het punt sta de bus in te stappen terwijl zij naar mij glimlacht en groet: “Selan!”. De vredige groet op z’n Chinees.

Afgestudeerd in kinderrechten, de van huis uit antropologe en gedreven tekenaarster uit hartje Mokum met wortels in het Grootste Archipel, is heden genesteld in London maar reist de wereld rond met haar man als politiek activiste: zij is Putri Gayatri Pertiwi, freelance columniste voor Wijblijvenhier.nl

Lees andere stukken van