‘Pas op, als je van het balkon valt, dan kun je dood gaan. En dan wordt iedereen verdrietig.’ Mijn kleine broertje werd in klare taal gewaarschuwd, maar hij leek niet onder de indruk; vrolijk probeerde hij toch op het balkon te komen. Ik moest er een beetje om lachen, maar ik was ook wel gefascineerd. De dood is bij uitstek een begrip dat door te leven betekenis krijgt, maar wat betekent het eigenlijk voor de allerjongsten? ‘Lief inoe, wat betekent dood gaan?’ ‘Dan komt de dokter.’ ‘Ok, maar wat gebeurt er dan?’ ‘Dan gebeurt er néhiks.’ En weg was hij. Lekker gaan spelen, mij met een glimlach achterlatend. Als je dood gaat, dan gebeurt er inderdaad niks meer. Alleen op het eerste gezicht tenminste, maar dat is wat ik geloof. Anderen, hoe jong ook, kunnen daar weer anders tegenaan kijken.
Niet alleen ik blijk benieuwd te zijn naar de perceptie van kinderen op de dood. Ineke Wienese, gezondheidszorgpsycholoog en orthopedagoog, stelde het boek ‘Kun je internetten in de hemel’ samen en spraak daarover met jongeren die wat ouder dan mijn broertje waren. Haar vraag: hoe kijken kinderen en jongeren uit verschillende culturen eigenlijk tegen de dood aan? Juist zij, die in de bloei van hun leven staan?
In ‘Kun je internetten in de hemel’ komen dan ook kinderen en jongeren van verschillende afkomsten en religies aan het woord. Ze vertellen over de gedachten, gevoelens en beelden die zij hebben bij de dood, en over wat daarna volgens hen gebeurt. Het boek is duidelijk vanuit het perspectief van de kinderen geschreven, en dat komt ook in de opmaak terug: tekeningen, gedichten en verhalen wisselen elkaar af. Een kleurrijk mozaïek rondom een thema waar kinderen het niet vaak uit zichzelf over hebben. Vaak komen de hemel en hel aan bod, maar het boek biedt ruimte voor de vele verschillende nuances die de kinderen bij het beeld van de dood ervaren; leven na de dood, reïncarnatie, of juist helemaal niets. Sommige van deze perspectieven vond ik ontroerend. Zo schrijft Furkan uit groep 8:
In de hemel hoef je niet te bidden, het mag wel. Je krijgt wat je wilt hebben. Ik zou graag een Playstation willen hebben. Het liefst zou ik daar in een Lambruci willen rijden (…). Ik zou ook heel graag de profeet willen zien. En mijn ouders en familie. Ik denk dat de hemel wit is met groen, en dat het er niet regent.
Jamaya uit groep 6 gelooft ook in de hemel, alleen ziet de hare er iets anders uit:
Ik denk dat de hemel omgeven is door wolken en gouden hekken. Toch wou ik dat mijn opa levend was. Opa, mijn tante en mijn oom zijn nog steeds levend in mijn hart.
Dit boek is onder andere door en voor kinderen geschreven, en spreekt deze ook direct aan met onder andere denkopdrachtjes waar ze mee aan de slag kunnen. Het boek kan dan ook als lesmethode gebruikt worden, maar is zonder begeleiding ook prima leesbaar voor de jeugdigen. Ook voor ouderen biedt dit boek een interessante kijk op de dood, en misschien zetten ze je wel aan het denken, de woorden recht uit het jonge en levenslustige hart. Graag sluit ik af met rake woorden van Amin uit groep 8:
Het woord ‘dood’ klinkt kil en hard. ‘Weggaan’ vind ik beter. Je komt toch weer terug bij diegene die er niet meer is. Je voelt je verdrietig, maar uiteindelijk moet je het leven weer oppakken.
Uiteindelijk moeten we bij het overdragen van geliefden aan de dood, hoe pijnlijk ook, het leven weer oppakken. Sterven hebben de anderen dan al gedaan.
Moge God ons de kracht daarvoor geven.
‘Kun je internetten in de hemel’ kost € 22,50 en is te verkrijgen via uitgeverij De Graaf.
Volg ons op social media