Ingezonden door: Hasan Turk
Een van de jongens sprak deze zinnen uit bij onze afscheid in Kosovo. Wat een gemeend en emotioneel afscheid was dat. Ik had nooit gedacht dat één week Kosovo mij zo diep zou raken. Wij waren aangekomen als vreemden, maar vertrokken als broeders.
In het voorjaar van 2010 was mijn eerste kennismaking met Kosovo en de Kosovaren. Dit in het kader van een vrijwilligersproject. Ons doel was om een basisschool op te knappen en een ambulance (vol hulpgoederen) te doneren aan de lokale bevolking. Het was geen spontaan ontstane reis. Maanden hadden wij het project tot in de puntjes voorbereid.
Kosovo was uiteraard niet zomaar een bestemming. Het levensverhaal van een Kosovaarse vriend uit Nederland raakte mijn gevoelens. Hij vertelde over de tragedie tijdens het vluchten en de situatie in Kosovo. Tijdens de oorlog in Joegoslavië heeft het land zwaar geleden. De bevolking heeft een ruwe en vooral pijnlijke noodlot moeten ondergaan. De wond van de oorlog blijkt nog lang niet genezen en is nog altijd terug te zien in het straatbeeld en in de mensen.
Op een gegeven moment wist ik het: ik moest en zou iets doen voor dit land! Met veel tegenslagen kwamen wij steeds een stapje verder. Uiteindelijk zijn wij erin geslaagd een basisschool op te knappen en een ambulance met hulpgoederen ter doneren. Wat was de week in Kosovo snel voorbij gegaan. De vrijwilligers hadden elke dag tot diep in de nacht keihard doorgewerkt om het project af te krijgen.
Tegen het einde van de week kregen wij bezoek van lokale NGO´s. Zij waren enorm tevreden over het resultaat en wilden nog meer hulp. Het ging om de gehandicaptenkliniek Handikos. De kliniek is er slecht aan toe, zit in een oude pand, heeft de nodige huurachterstand en is in het bezit van een kapotte rolstoelbus. De vraag was of wij hen konden helpen aan een rolstoel.
Een rolstoelbus is enorm van belang voor de kliniek. Zonder bus kunnen de gehandicapte kinderen niet opgehaald en teruggebracht worden naar huis. Omdat ouders vaak geen vervoer hebben, blijven deze kinderen thuis. Dat is zonde, want Handikos is de enige mogelijkheid voor dagbesteding. Vanwege het gehandicapten taboe in Kosovo komen deze kinderen nauwelijks buiten. Het wegvallen van vervoer naar de kliniek is daarom een zware tegenvaller voor hen.
Wij konden de kliniek niet langer in de kou laten staan. Samen met diverse verenigingen en organisaties (stichting Together Today, stichting Child Chance Foundation, s.v. Biruni, s.v. Hezarfen, Turkse Student Nederland, stichting Fatih, jongeren comités van meerdere moskeeën zoals Mimar Sinan moskee uit Leiden, Mimar Sinan moskee uit Den Haag, Ulu moskee uit Oss) zetten wij de sponsoring van de rolstoelbus op gang en hopen wij voldoende geld op te halen voor het bekostigen van een rolstoelbus. Het doel is om een bedrag van €10.000,- op te halen en hiermee een 2e hands gehandicapten bus te bekostigen. In het weekend van 11 oktober zal een groep vrijwilligers de rolstoelbus naar Kosovo rijden. Op woensdag 15 oktober wordt met een kleine ceremonie de rolstoelbus overhandigd aan de directeur.
Wij zitten momenteel op één derde van het doelbedrag en hebben uw hulp en steun hard nodig.
Want wij hebben namelijk het volgende beloofd: “Nee broeders en zusters, wij zijn jullie niet vergeten. Wij komen binnenkort weer terug, met hetgeen we hebben afgesproken.”
Help ons en kom in actie; steun de kinderen in Kosovo door te doneren op:
NL22INGB0008064689 t.n.v. Stichting Together Today
NL65INGB0005068555 t.n.v. Stichting Child Chance Foundation
Alvast bedankt.
Eén reactie op "“Jullie komen toch wel weer terug? Vergeet ons niet broeder”"