Voorpagina Ervaringen, Persoonlijk

Wat weerhoudt me ervan een hoofddoek te dragen?

Meer dan eens word ik overweldigd door de schoonheid van gesluierde vrouwen. Een serene uitstraling die moeilijk naar woorden te vertalen is. Ja, fysieke bescheidenheid kan vormen van schoonheid aannemen die ons dwingen het idee van vrouwelijke esthetiek te herdenken. Zou ik, voorlopig sluierloos, ook diezelfde aura kunnen bereiken? Wat houdt me tegen om het te proberen?

Heel wat vrouwen zullen zichzelf herkennen als ik zeg dat het verlangen naar een sluier je op een bijna banaal, soms onverwacht, moment kan overvallen. In mijn geval was de ontmoeting met mijn nieuwe collega uit Iran de trigger. Haar sluier hangt steeds losjes om haar hoofd, hals en schouders, enkele plukjes haar zijn zichtbaar. Soms glijdt haar sluier een beetje naar achteren, en dan schuift ze hem rustig weer op zijn plaats. De simpele en toegankelijke stijl gaven me een geruststellend en warm gevoel vanbinnen. Voor het eerst wilde ik niets liever dan mijn sjaal een paar centimeter hoger aanbrengen. Wat houdt me tegen?

De eerste keer dat ik het effectief probeerde, was op het moment dat ik in een jury zetelde. We zouden op basis van een mondelinge test een delegatie studenten selecteren, die de universiteit zou vertegenwoordigen op een internationale Harvard-simulatie van de VN in New York. Wanneer islam vermeld wordt in vragen over hedendaagse internationale politiek, is dit vaak in een negatieve context. Het stoorde me. Is dit het enige beeld van de islam dat deze jongeren krijgen? Ik weet niet zo goed wat ik wilde bewijzen, maar voor ik het wist was mijn sjaal niet langer gewoon mijn sjaal, maar mijn sluier. Ik keek in de spiegel. Ik vond het prachtig. Het voelde prachtig, en toch zakte de stof naarmate de avond viel. Wat houdt me tegen?

Ik kom er al snel achter dat ik me, tegen mijn wil in, te sterk focus op ‘wat anderen zullen denken’. Nee, ik heb het dan niet over mijn autochtone omgeving. Het was voor mij ook een verrassing om te beseffen dat de groepsdruk die ik voelde, vooral vanuit mijn eigen moslimgemeenschap kwam. Wat zullen ze over me vertellen, als ik mijn sluier op dezelfde manier als mijn collega zou dragen? Ik stel mezelf gerust met de gedachte dat ik vaak Marokkaanse vrouwen zie die verschillende Midden-Oosterse stijlen hebben overgenomen. Of zou de nonchalante Iraanse stijl uit den boze zijn? Wat als ik soms in de ene stijl en soms in een andere mijn sluier wil dragen, omdat ik die culturele diversiteit binnen islam prachtig vind? Heeft Allah swt ons niet in verschillende volken en stammen geschapen, opdat wij van elkaar zouden leren? Wat als ik mijn sluier soms wel en soms niet draag, tot ik het overtuigd gevoel heb dat ik hem altijd en voor altijd wil dragen? Wat als ze het zullen interpreteren als een wanhopige poging om een huwelijkspartner te vinden? Of nog erger: als een teken dat ik al liefde heb gevonden, en deze me dwingt om een sluier te dragen?

Is het niet ongelofelijk jammer dat ik liever op veilig speel en helemaal geen sluier draag? Ik geloof in een islam die vrijheid, verdraagzaamheid, vrede, liefde, rust en inclusie predikt. Nog sterker geloof ik in een islam van de inhoud, niet in een islam van de vorm. Ben ik minder moslim wanneer ik mijn sluier draag op een manier die niet identiek is aan de jouwe? Geef ik mijn moslimidentiteit op als ik op een dag mijn sluier zou afdoen op het werk om mijn talenten voor de maatschappij in te zetten, en het inkomen voor mijn gezin te behouden? Stel je mij ooit diezelfde vraag, dan zou ik je antwoorden: “Nee, lieve zuster, dat zou betekenen dat ik islam en jouw ‘moslim-zijn’ reduceer tot jouw sluier, en dat zou beledigend zijn. Islam is veel meer dan dat. En boven alles: ik mag niet oordelen.”

Ik ben klaar om de eerste stap te zetten in een proces waarin ik ongetwijfeld kan en zal groeien, maar iets houdt me tegen. Altijd heb ik passioneel het standpunt verdedigd dat een vrouw autonoom beslist wanneer en hoe ze een sluier zal dragen. Was ik verkeerd?

Warda is 25, Belg van Marokkaanse origine, idealist en houdt van literatuur. Ze heeft een MA Taal en Letterkunde: Engels-Duits en MA Europese Studies. Ze liep stage bij de Verenigde Naties in Brussel en is als onderzoeker verbonden aan de Universiteit Gent waar ze werkt aan een proefschrift over islam in hedendaagse Duitse literatuur. Sinds kort is zij verkozen als Vlaamse VN Jongerenvertegenwoordiger.

Lees andere stukken van Warda