Voorpagina Algemeen, Samenleving

‘Integratie’ als een gedeelde fantasie!

Als kind had ik wellicht een rare manier van spelen met speelgoed. Per type speelgoed creëerde ik verschillende werelden, verhalen en karakters. Wat ik vervolgens deed was meer kijken dan er daadwerkelijk mee ‘spelen’. Kijkend naar de verschillende actiehelden, verzon ik verhalen en karakters. Zo was de spelbezetting van de ‘bad guys’ en de ‘good guys’ altijd hetzelfde en veranderde een karakter enkel als het in mijn verhaal een aanleiding had om van binnenuit te veranderen (meestal als ik er een slechterik bij kreeg). Hoewel sommige karakters vanzelfsprekend ‘bad guys’ waren vanwege hun enge gezichtsuitdrukkingen, plaatste ik soms ook de ‘normale’ poppen onder de noemer: slechterik. Waarom deed ik dit? Omdat het zo in me opkwam waarschijnlijk.

Ik werd met mijn fantasie geconfronteerd, wanneer andere kinderen bij mij kwamen spelen. Ze pakten mijn speelgoed en gingen er onzorgvuldig mee om. Naast het feit dat mijn speelgoed beschadigd raakte of zelfs kapot ging, ergerde ik me ook aan iets anders: de andere kinderen hadden namelijk andere verhalen bij mijn speelgoed! Ik kon me er geweldig aan storen wanneer een ‘good guy’ ineens een slechterik werd en zijn behulpzaamheid plaats maakte voor kwade intenties. Ik ruimde mijn speelgoed dan op en ging later verder met spelen, maar dan vanuit mijn eigen fantasie. Soms kreeg ik echter zo een dreun, dat ik mijn oude fantasie niet meer kon oppakken. Iemand had me immers getoond om naar een ‘good guy’ te kijken als een ‘bad guy’. Wat ik ook deed, deze ideeën bleven me achtervolgen en het beeld in mijn hoofd begon te veranderen.

Wanneer ik kijk naar de huidige debatten op de televisie, die direct of indirect over integratie gaan, zie ik vele gelijkenissen met mijn speelgoedfantasie. Er is immers een ‘good guy’ gecreëerd wat wij ‘de Nederlandse samenleving’ noemen en slechteriken die zich hiertegen verzetten. Deze ‘good guy’ hebben we weliswaar zelf gedefinieerd, maar de invulling ontbrak altijd. Waarom deden ‘we’ dit? Omdat het zo in ‘ons’ opkwam waarschijnlijk. Een tijdje ging dit ook goed. Laagopgeleide, slecht Nederlands sprekende buitenstaanders moesten zich omhoog werken en kunnen meedraaien met de (perfecte) Nederlandse samenleving. Vervolgens bloeide deze welbespraakte, hoogopgeleide groep op, die nog steeds ‘anders’ waren, maar wel mee wilden spelen met ons speelgoed. Ze waren mondig, hadden een eigen mening, durfden kritiek te uiten en het ergste van allemaal: ze verzonnen een eigen verhaal voor ‘ons’ speelgoed! Voor velen was dit een grove schending, aangezien de eigen fantasie een dreun kreeg. Sommigen pakten daarom hun speelgoed terug en gingen er, net als ik, verder mee spelen in het eigen wereldje. Voor anderen was de dreun echter zo hard dat ze nooit meer op dezelfde manier hebben kunnen kijken naar hun speelgoed.

Ik denk dat het langzamerhand tijd begint te worden dat we met zijn allen eens anders gaan kijken naar het speelgoed genaamd integratie. De hardste dreun kreeg immers onze fantasie te verduren en dit was de fantasie over een perfecte Nederlanderschap. In plaats van constant te hameren op hoe ‘anderen’ zich moeten aanpassen, dienen we te bespreken waaraan wij ons met zijn allen dienen aan te passen. Om het nog concreter te maken: wat is Nederlander zijn? Als wij onszelf in dit onderwerp begeven, zullen vele andere fantasieën een dreun krijgen wat soms nodig is zodat we leren delen. Het delen van speelgoed is al moeilijk, maar het delen van een fantasie is nog moeilijker!

Enige wat we met zekerheid over hem kunnen zeggen is dat hij Ferhat heet. Volgens hem heeft de mens allerlei mentale hokjes in het hoofd, en laat elke persoon in paar van die hokjes passen. In feite is elke vorm van definiëring derhalve een mentale, maar ook een taalkundige inkapseling van een complex wezen, genaamd ‘de mens’. Simpel gezegd: Ferhat wilt jullie denkwerk niet voor jullie doen. Creëer maar een nieuw hokje in je hoofd en noem het ‘Ferhat’.

Lees andere stukken van Ferhat