Voorpagina Bekeringsverhaal, Cultuur, Ervaringen, Interviews, Maatschappelijk, Media, Persoonlijk, Racisme, Vrijheid van meningsuiting

Daar moet de rechter wat aan doen

“Zijn er weleens reacties geweest waarbij jij dacht ‘damn, daar moet de rechter echt wel wat aan doen’.” “Ja” zei ik. Ik werd overvallen door mezelf en mijn snelle antwoord. Ik bedacht me op dat moment dat ik me nog nooit publiekelijk in de media heb uitgelaten over wat mij in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen in 2014 is overkomen.

“Ja” zei ik. “Ik kreeg naar mijn hoofd geslingerd dat mijn nek zo mooi onder de galg staat, dat ik een kogel door mijn kop moet krijgen of dat ik misschien maar naar Syrië moet gaan.” Het is slechts een fractie van de honderden verwensingen aan mijn adres.

In het voorjaar van 2014 ontstond het beeld van een jodenhatende-radicale-moslimextremiste. Wanneer het beeld dat mensen van jou vormen gebaseerd is op uit-de-context-gerukte uitspraken, op laster en op smaad, dan is het te begrijpen dat dit vragen en reacties oproept. Tot daar gaat mijn begrip. En niet verder.

Beeldvorming is hardnekkig. Ik heb dan ook geleerd dat wanneer je niet jouw eigen verhaal verteld, anderen dat voor jou doen. Het is moeilijk te begrijpen maar kennelijk zijn er mensen die er belang bij hebben om jou als persoon te beschadigen en te intimideren. Mensen hebben me niet zelden gevraagd of ik daadwerkelijk een sympathisant van IS ben, maar ik ben gestopt met deze vraag inhoudelijk te beantwoorden en mezelf te verdedigen. Mensen zijn niet geïnteresseerd in mijn kant van het verhaal maar willen enkel en alleen hun eigen beeldvorming bevestigd zien.

Mensen die mij nog steeds betichten van antisemitisme adviseer ik om mijn stukken te lezen – in plaats van zich te beroepen op stukken die over mij zijn geschreven – en de vraag dan zelf te beantwoorden. (lees bijvoorbeeld mijn stukken op Wij Blijven Hier!) Legitieme kritiek op Israël is geen antisemitisme. Net als dat het begrijpen van de voedingsbodem voor radicalisering je geen extremist maakt.

Niet zelden vragen mensen of ik spijt heb. Die vraag kan ik volmondig met “nee” beantwoorden. Ik neem mijn verantwoordelijkheid voor de uitspraken die ik heb gedaan en daar mag je me inhoudelijk op bekritiseren. Ik zal me echter nooit verontschuldigen voor uitspraken die niet van mij zijn maar door anderen óver mij zijn gedaan.

Er is iets dat ik mezelf wel kwalijk neem. En dat is het feit dat ik tot op de dag van vandaag geen aangifte heb gedaan van de vele bedreigingen en verwensingen die aan mij als persoon zijn gericht. Ik heb er spijt van dat ik me heb laten onderdrukken door loyaliteit, langer dan dat goed voor me was.

Het leven is een leerschool en ondanks dat ik niet van de voornemens ben, heb ik er toch één voor het nieuwe jaar; aangifte doen en – indien het zover komt – vertrouwen op het oordeel van de rechter.

Natasha Huiberts probeert bij te dragen aan een eerlijke en rechtvaardige wereld. Dat doet ze door maatschappelijke organisaties te ondersteunen bij de ontwikkeling en uitvoering van projecten en campagnes. In haar werk zijn oorlog, mensenrechten en de strijd voor rechtvaardigheid terugkerende thema's

Lees andere stukken van Natasha