Voorpagina Buitenland, Ervaringen, Palestina

Pinokkio en het Beroofde Land

“Ze hebben papa en mama afgepakt”

“Ze hebben papa en mama afgepakt. Papa lag onder het huis. Ik ben nog maar klein en ik schreeuwde dat ik papa en mama wilde. Oma wilde dat ook. Ze hebben papa en mama onder het huis gestopt. Bij oma kwam bloed uit haar ogen, uit haar neus en uit haar mond. Ik heb het gezien.” Met opgetrokken benen zit de kleine Janan (4) op een stoel in de krappe en volle kamer. Haar treurige stem komt niet overeen met haar gezichtsuitdrukking, die is levenloos. Ze heeft die bewuste dag keer op keer opnieuw beleefd, in haar nachtmerries, tegen hulpverleners, tegen haar gebroken oma. Samen met collega’s van de stichting Kifaia* en onze Palestijnse zusterorganisatie PMSR, zitten we om haar heen. Haar woorden schrijf ik nauwkeurig op en ondanks dat ik uit alle macht probeer mezelf groot te houden, stromen de tranen over mijn wangen. Janan kijkt vol medelijden naar mij en dan naar mijn notitieboekje. Dan staat ze op om mijn notitieboekje wat beter te bekijken, met een blik van: wat voor verschrikkelijke dingen staan daarin dat die vrouw zo moet huilen? Het besef dat het haar tragedie is wat ons hart zo breek, is er nog niet. Het meisje is pas vier lentes jong. Ze tekent een mooi bloemetje en een hartje in mijn boekje.

Als hamsters in een kooi

De lange gang tussen Pinokkio en Gaza heeft wat weg van een hamsterkooi. Wij lopen er doorheen. Als hamsters. Links van ons staat een hoge grijze muur met parate sluipschutters. Camera’s houden elke beweging die we maken in de gaten. Rechts van ons vangen we een eerste glimp op van Gaza. ‘Ze willen helemaal geen vrede’, ‘Er is voor beide kanten wel wat te zeggen’, ‘De waarheid ligt ergens in het midden’, ‘Als ze dat geld voor die raketten nu eens voor het onderwijs zouden gebruiken’, ‘Het zijn allemaal jodenhaters, die moslims’, ‘Ja maar, die van Hamas zijn allemaal terroristen’. Anja, Christine, Lydia en ik gaan de clichés sarcastisch af. Bij het naderen van ’s werelds grootste openlucht gevangenis is de logica van deze drogredeneringen ver te zoeken.

 

Hier maar niet bombarderen

Als ik heel eerlijk ben, had ik mij Gaza anders voorgesteld. Ik dacht dat ik overal puin zou treffen, kapotte huizen. Je weet wel, zoals op de foto’s. Dat beeld klopte niet helemaal. Sómmige wijken zijn bespaard gebleven. Vanuit onze flat in Gazastad kijk ik uit op het VN paleis met een grote blauwe hier-maar-niet-bombarderen-vlag. Dat werkt, want bij de VN werken nogal wat buitenlanders en dode buitenlanders brengen internationaal gedoe met zich mee. Door deze wijk zie ik wat Gaza was, wat het is en wat het zou kunnen zijn. Het is geen ontwikkelingsland. Geografisch gezien zouden er geen tekorten hoeven zijn. Er is een haven, een zee, vruchtbare grond, veel universiteiten en een hoog opgeleide bevolking. Aan Palestijnse ingenieurs en dokters geen tekort, maar daar wordt kunstmatig verandering in gebracht. Elektriciteit hebben mensen nog maar een paar uur, soms zes, maar vaak vier uur per dag. In de overige uren moeten mensen het doen zonder koelkast, wasmachine, licht, wifi en in de zomer de grootste ergernis: zonder ventilator. De kinderen die zich voorbereiden op tentamens kunnen zich in de stikhete klaslokalen niet concentreren. Wij douchen in het donker. Dat douchen gaat met zout water uit een waterton. Het water wordt uit de grond gehaald, maar omdat het beschikbare water ontoereikend is, wordt het aangevuld met zeewater. Dat water kan niet behoorlijk gezuiverd worden omdat er geen materiaal wordt toegelaten. Er wordt evenmin materiaal toegelaten voor een fatsoenlijk rioleersysteem, met als gevolg dat het vervuilde water de zee in gaat. In die vervuilde zee, de trots van Gaza, zwemmen geen mensen meer. Vissen zwemmen er nog wel. Het levert een hele kleine boterham op voor de vissers die er ’s nachts op uit trekken. Een gevaarlijke baan omdat er nog wel eens grotere boten van Pinokkio langs varen die het de vissers erg moeilijk maken. Vorige week zijn er tien vissers meegenomen en dagenlang vastgehouden en ondervraagd. Toen Pinokkio klaar met ze was, werden ze bij de grens gedropt waar ze ook nog eens door de lokale autoriteiten stevig ondervraagd zijn: ‘Wat hebben jullie Pinokkio verteld?’. De blokkade gaat verder. We zijn in Bayt Hanun, één van de zwaarst getroffen gebieden van Gaza, waar de muren geperforeerd zijn door kogels. Ik verbaas me over de grootte van de gaten. Meer dan tien centimeter doorsnede.

Ramen in huizen ontbreken. Muren ontbreken. Op de lege plekken ontbreken hele huizen. Hoewel het puin geruimd is, kun je duidelijk zien waar ooit een huis stond totdat het met de grond gelijk werd gemaakt. Een gelijke situatie treffen we aan in Khan Younis, een andere zwaar getroffen wijk. We zijn bij Ruba, een zeventienjarig meisje dat in 2014 haar gehoor verloor en ernstig getraumatiseerd is geraakt door wat ze meemaakte. Ze was er getuige van hoe haar geliefde tante vermoord werd en ze bleef het zichzelf kwalijk nemen dat ze haar niet had kunnen redden. Dat ze er zelf nog staat is een wonder. Ze verloor haar gehoor na een knal. Toen ze verstijfd en in shock naast het lichaam van haar tante bleef staan, kon ze haar roepende familie niet horen. Die waarschuwde haar dat ze moest schuilen. Haar huis grenst aan de bufferzone. Het is onbekend hoe groot die bufferzone precies is, maar een uitkijktoren van Pinokkio staat op 200 meter afstand. Een tweetal tanks van Pinokkio’s leger stopt de eeuwige dreiging niet onder stoelen of banken. “We weten dat er weer een aanval dreigt, het kan elk moment weer gebeuren. Een paar weken terug waren er bombardementen. We dachten dat het weer was begonnen. Kinderen vragen of we deze Ramadan opnieuw gebombardeerd worden. Dat is nu de associatie die ze hebben met de Ramadan: de ellende van de aanval.” Elke Palestijn die we in Gaza spreken vertelt hetzelfde verhaal. De constante dreiging is niet om uit te houden, het vorige trauma is nog niet hersteld, gewonden zijn nog niet gerevalideerd, de nachtmerries tonen zich nog elke nacht en de huizen zijn nog niet herbouwd. Dat laatste komt doordat er geen beton wordt toegelaten. In Bayt Hanun bezoeken we een vrouw die elk moment kan bevallen. Ze woont met haar resterende familie – want veel families hebben leden verloren – in een ‘karavan’, een ijzeren container waarbinnen het ongelooflijk heet wordt. De waterton staat bij gebrek aan een andere optie, op het dak. Het water is zo heet dat het bijna kokend uit de ton komt. “Ik weet niet hoe ik mijn baby hier in leven moet houden in deze hitte. We hebben niets om ons mee af te koelen. Er is geen elektriciteit, geen koud water, niks. We willen gewoon een normaal huis, net als jullie. Ik had een flat, we hadden het goed. Nu is alles afgepakt. Er is een project dat gefinancierd wordt door Koeweit, daarmee zou onze woning bekostigd worden, maar er wordt al sinds tijden geen cement meer toegelaten.” Terwijl ik dit schrijf is ze waarschijnlijk al bevallen.

Hoe zou de bevalling zijn gegaan, redt haar baby het in die snikhete container? Elke mama en papa weet hoe eng een bevalling en de zorg voor een newborn is, er kan zo veel mis gaan. Dat geldt al in normale omstandigheden, laat staan op een plek waar er alles aan wordt gedaan om een bevolking te laten creperen. Want dat is waar al die restricties om gaan: het volk laten creperen op de meest creatieve en agressieve manier. En het lukt. De aanvallen die duizenden doden en gewonden met zich meebrengen, de kapot gemaakte economie met armoede en hoge werkeloosheid tot gevolg, het gebrek aan voedsel, water, elektriciteit, riolering, het gebruik van chemische wapens zoals de witte fosfor die dwars door het dak van de VN-school ging dat als schuilplaats gebruikt werd door kinderen, papa’s en mama’s. Het aantal gevallen van kanker stijgt constant. En dan is er nog de potdichte grens tussen Pinokkio en Gaza en de grens tussen Egypte en Gaza die heel, heel soms open gaat. De Palestijnen zitten gevangen op hun vervuilde en verwoeste stukje land. De aanvallen en restricties van buitenaf zijn het grootste probleem, maar daarnaast is ook de onderdrukking door de lokale autoriteiten, Hamas, een doorn in het oog. Iedereen met een afwijkende mening kan serieuze problemen krijgen. Van buitenaf en van binnenuit gemarteld worden, dat kan geen mens verdragen. Ze willen weg, maar dat kan niet. Dat is de situatie in Gaza, een ellende die niet te verbloemen is.

“It always seems impossible until it’s done”

We hebben wel prachtige bloemen gezien in Gaza. In de tuin van Jaber, hoofd van de Palestinian Center for Human Rights en bij uitstek de enige optimist die ik heb mogen ontmoeten. Samen met zijn vrouw Amna, een onlangs gepensioneerde VN-arts hebben ze een toevluchtsoord gemaakt waar de ziel tot rust kan komen en het intellect de ruimte krijgt om na te denken. Uniek op een plek waar overleven van dag tot dag de norm is. Olijfbomen, granaatappelbomen, citrusbomen, vrolijke roze planten, oh en een kitsch tuinhuisje voor de kleinkinderen. Op deze fijne plek luisteren we naar een uitzonderlijk intelligente man terwijl we ons tegoed doen aan een heerlijke ma’louba, een soort tarte tatin maar dan van rijst, kip en groenten. “Het heeft driehonderd jaar geduurd voordat de internationale gemeenschap wakker werd en zelf wat ging doen”, refereert hij naar Zuid Afrika. Inderdaad, het internationale bewustzijn, de protesten en de boycot oefenden druk uit op het apartheidsregime in Zuid Afrika. De vergelijking is terecht, in Jeruzalem zag ik wat ik alleen uit de boeken van Nelson Mandela ken. Het pasjessysteem, de verschillende behandelingen, enfin, you name it, they got it. Heel naar, zacht gezegd. “Either marriage or divorce. Marriage means equal rights and equal duties”, gaat Jaber verder. Binnen een huwelijk is iedereen gelijk, anders werkt het niet. Als er iemand binnen het huwelijk onderdrukt wordt, is het geen gelukkig huwelijk. Daarom moet het principe van ‘one man, one vote’ gelden. Joden, moslims, christenen, we hebben eerder in goed harmonie samengeleefd. Waarom zou dat niet weer kunnen? Maar de voorwaarde is gelijkheid. Iedereen moet gelijk zijn. One man, one vote, dat is het eindstation van dit conflict. Aangezien alles hier is als het up-side-down gerecht, hij refereert lachend naar de ma’louba die nog op tafel staat, hebben wij eerst de echtscheiding gehad en moeten we werken naar een huwelijk.” Ik kijk in zijn ogen die al veel hebben gezien, zijn wijze uitstraling en manier van spreken doen mij denken aan mijn vader. Mijn gevoel spreekt zijn optimisme tegen na wat ik die dag in de verwoeste wijken gezien heb, maar ik besef dat het niet aan mij is om pessimistisch te zijn. “It always seems impossible until it’s done”, zei Nelson Mandela.

 Pinokkio en het Beroofde land

Het is een truc uit de oude doos: kritiek op het zionisme wegzetten als antisemitisme. Erg makkelijk, want zo kan iedere poging tot het creëeren van bewustzijn op eenvoudige en ongefundeerde wijze weggewuifd worden. Maar het is vooral heel kwalijk, want door elke kritiek op het zionisme antisemitisch te noemen, wordt er getracht het daadwerkelijke probleem onbespreekbaar te laten doordat er een taboe gefabriceerd wordt. Het punt is dat je het onrecht jegens Palestijnen niet kunt benoemen zonder de rol van Israel daarin te erkennen. En dus vallen we in onwaarheden: moslims haten joden, doet men je graag geloven. De waarheid is dat moslims in deze tijd heel dicht bij de joden van 1938 staan. De waarheid is dat heel dit conflict weinig te maken heeft met religie. Het heeft veel meer te maken met menselijkheid en onmenselijkheid en dat kan niet onderscheiden worden door een apartheidssysteem. Op een dag, een mooie dag, is het gedaan met het oude sprookje waarin kritiek op het brute systeem van het zionisme wordt afgedaan als antisemitisch en is het gedaan met selectieve vrijheid van meningsuiting. Dat weet ik omdat dat de les is die we uit de geschiedenis halen. Over een paar jaar kijken we terug naar deze tijd en vragen we ons af hoe het kan dat er zoveel mensen en vooral regeringen waren die niks deden tegen de etnische zuivering van Palestijnen. Elk verhaal heeft twee kanten. De apartheid van Zuid Afrika, het koloniale ‘verleden’ van Europa, de jodenvervolging, het uitroeien van de ‘indianen’ in Amerika en ook het uitmoorden en onderdrukken van Palestijnen kent twee kanten. Achteraf is het altijd duidelijk wat de goede kant was. The rule of history. Er komt een moment waarop we in alle eerlijkheid de problemen kunnen benoemen zoals ze zijn, het beestje bij de naam.  Maar tot die dag wil ik het best over de groeiende neus van Pinokkio blijven hebben, als iemand zich daar prettiger bij voelt.  

*Stichting Kifaia is een organisatie die al twintig jaar in Gaza werkzaam is. Onze voornaamste doelen zijn het bereiken van bewustzijn en het inzamelen van geld. Kifaia werkt samen met een Palestijnse medische organisatie die medische (fysieke en psychische) hulp biedt aan mensen die het niet kunnen veroorloven zelf medische zorg in te kopen. Het is cliché maar waar, donaties zijn hard nodig.

Met dank aan Anja Meulenbelt voor de foto’s.

 

Als kind was Nadia al gefascineerd door het recht. Haar studiekeuze was dan ook snel gemaakt. Ze zet zich in voor mensenrechten en sociale rechtvaardigheid. Ook schreef ze het boek Liefdeswetten, over Nederlands en Marokkaans huwelijksrecht.

Lees andere stukken van Nadia