Voorpagina Cultuur, Ervaringen

Hollanda, het beloofde knollenland

Nederland, de Lage Landen, Holland. Het land van tulpen en Rembrandt, van de Wallen en (helaas ook) Wilders.  Van ‘tolerantie’ en ‘rijkdom’. Maar ook het land dat mede door mijn ouders is opgebouwd. Dit land wordt door menigeen als ‘Het beloofde land’ gezien.

Ken je het gevoel, dat je weet dat je wordt aangestaard? Op een paar meter afstand staat een jongedame van een jaar of 20. Ze is zomers gekleed en draagt een hoofddoek met dezelfde zomerse kleuren.  Ze kijkt me met een onbevangen en onschuldige blik aan en vraagt of ik Riffijnse ben. Ik beantwoord de vraag met een volmondig ‘jieh’ (ja). En dat is het begin van een gesprek dat ik in eerste instantie eigenlijk niet wil voeren.

Ze vraagt waar ik woon. Ik vertel dat ik niet van hier ben, maar van ‘Hollanda’. Voor haar een uitnodiging om bij me te komen zitten. We zitten op een terrasje in een licht briesje. Het uitzicht is prachtig. Ik zie de groenblauwe zee en de grote rotsen. Aan de overkant van het water zie ik land, Temsamane. Naast ons, haar zus met diens nieuwbakken echtgenoot en de ober is er niemand. Haar zus zit samen met haar echtgenoot iets verderop. Ze zijn op papier getrouwd en zullen aankomende zomer dit geluk met een trouwfeest bezegelen. Khadija, zo heet het meisje, geeft hen wat privacy. Dit is een van de weinige momenten dat de tortelduifjes met elkaar kunnen zijn.

Het meisje feliciteert me met het feit, dat ik in Nederland woon. ‘Ik hoop dat ik de volgende ben!’ Ik heb mezelf altijd afgevraagd waarom mensen van Marokko zo graag naar Europa willen. Voor de mannen kan ik het antwoord nog wel zelf invullen: geld. Maar hoe zit het met de lieve, naïeve meisjes van het Rifgebergte? Wat denken zij in landen als Nederland en Frankrijk te zien, doen en ervaren? Dit is mijn kans om dit soort vragen te stellen.

‘Waarom wil je naar Hollanda, Khadija?’ Ze vertelt vurig over haar vriendin en hun ‘Dutch’ dream. Sinds jongs af aan willen de meisjes naar Europa. Het vriendinnetje zal haar dromen in de zomer waarmaken. Ze trouwt met een jongen uit Frankrijk en –een niet onbelangrijk detail- ze is ook nog eens verliefd op hem! Naar het beloofde land gaan, is natuurlijk geweldig, maar dan ook nog eens met een man op wie je hoteldebotel bent, dat is het neusje van de zalm. Khadija weet dat je voor het goede leven naar Nederland moet gaan. Spanje is een verlengstuk van Marokko. Er is geen werk en dus geen geld. In Frankrijk is het ook moeilijk leven, want daar mogen moslimvrouwen geen hoofddoek dragen. Nederland is het land van vrijheid en welvaart. Voor een meisje uit Imzouren (dorpje naast Alhoceima) weet ze verdomd goed wat ze wil.

‘En jij, Khadija, met wie ga jij trouwen?’ ‘Ik heb nog niemand. Ik wacht tot mijn 25ste. Als ik dan nog niemand heb, ga ik maar met iemand van hier trouwen.’ Khadija zit op school, in het laatste jaar van de baccalaureat. Ze is al eerder blijven zitten en vorig jaar gezakt. Ze heeft er geen zin meer in. De leraren bij haar op school stimuleren haar ook niet. Ze vertellen haar dat het geen zin heeft om te studeren, want ze zal toch gaan trouwen. Ze gelooft dit zelf ook. Ik probeer haar te overtuigen, dat ze zich moet concentreren op haar studie. Kennis is macht. Toch? Nee! Bij ieder gebed vraagt zij Allah, haar op een dag met haar prins in de auto met geel kenteken te huwen. Voor haar de kans om Marokko achter zich te laten en vrij te kunnen leven in Hollanda…