Voorpagina Gastarbeiders

Een staart van ‘de orkaan Ayaan’

Ceylan Pektas-Weber is gastarbeider bij wijblijvenhier.nl

Op 10 december was ik bij het debat ‘Heeft Ayaan meer kwaad dan goed gedaan?’, van ‘De volkskrant op Zondag’ naar aanleiding van het boek: ‘De orkaan Ayaan Verslag van een politieke carrière.’

Mijn tegenzin tegen een zoveelste middag van eenzijdige geluiden werd duidelijker toen ik voor vertrek ruzie kreeg met mijn hoofddoek, die maar niet goed wilde zitten. Het ding boos in de gewenste vorm geduwd hebbende, ontdekte ik dat mijn kwaadheid alles te maken had met het gevoel dat ik naar een vijandige omgeving ging. In de afgelopen jaren wilde de harde kern Ayaan-fans haar heldinnenstatus zo hardnekkig verdedigen, dat iedere kritiek ongenuanceerd van tafel werd geveegd en dat moslimvrouwen daarbij niet serieus worden genomen.

Toen Pieter Hilhorst het debat opende, hoorde ik uit het publiek inderdaad vooral lof over haar strijd voor het lot van de moslimvrouwen. Daarna begon het debat met Afshin Ellian, Naima Azough, Nahed Selim en Fatima Elatik. Voorspelbaar uitten Ellian en Selim alleen lof, waarbij opviel dat Ellian de tekortkomingen van Ayaan voortdurend relativeerde. Azough en Elatik bevestigden dat Ayaan een bijdrage heeft gegeven aan het agenderen van thema’s als geweld tegen vrouwen, maar hadden ook kritiek.

Azough noemde dat haar generalisering van religie en cultuur het geluid van de vrouwen om wie het gaat lange tijd heeft overstemd. Elatik had veel moeite met het stigmatiserende beeld dat Ayaan opriep. Elatik gaf Ellian goed van repliek, vooral toen hij haar op onbeschofte wijze onderbrak tijdens een persoonlijk verhaal, door haar te vragen of vrouwen in ‘haar cultuur’ worden uitgehuwelijkt en mishandeld. Azough maakte duidelijk dat de politieke daadkracht van Ayaan wel eens tegenviel, zoals bij een motie van GroenLinks om vrouwen die door hun man in Marokko of Turkije werden ‘gedumpt’ het recht tot terugkeer te geven.

Mijn persoonlijke woede en onmacht heeft zich de laatste tijd meer op Nederlanders gericht die maar één verhaal over de islam willen erkennen, het verhaal van degenen die er afstand van hebben genomen. Hetzelfde zie ik na Ayaan namelijk gebeuren bij Ellian, Selim en nu Naema Tahir. Vrouwen die (minstens even sterke) kritiek op praktijken binnen de moslimgemeenschap hebben, maar die hun geloof desondanks niet aan de kapstok hebben gehangen, worden niet serieus genomen. Dat bleek ook toen ik vertelde dat ik vanaf het begin openlijk de analyse van de problemen met Ayaan heb gedeeld maar haar analyse van oorzaken en oplossingen niet, en dat zij nooit is ingegaan op uitnodigingen om daarover te praten.

Direct klonk de stem van een Nederlandse man van middelbare leeftijd, die ik nog nooit had gezien: "Verstandig van haar!" Eerst was ik verbaasd. Maar toen Hilhorst later vroeg welke moslimvrouwen de laatste tijd kritiek hebben geuit, en ik vertelde over bijvoorbeeld mijn lezing bij de presentatie van het Islamitisch Vrouwen Manifest, welde woede in alle heftigheid op, over deze bekrompenheid die ik in de afgelopen vijf jaar zo vaak, zo dom en zo ongenuanceerd ben tegen gekomen. Voordat ik het doorhad, trok ik mijn hoofddoek van mijn hoofd en vroeg of meneer en anderen mij nu wel serieus zouden nemen? Mijn blonde staartje vloog heen en weer terwijl ik mijn verhaal over het strijden voor vrouwenrechten en hersenen met of zonder doek erom afmaakte. In de minuten daarna voelde het als een nederlaag.

De afgelopen vijf jaar heb ik vaak uitgelegd waarom ik ondanks de druk tijdens dialoogbijeenkomsten, mijn hoofddoek niet af deed. Daarmee zou ik een voor mij belangrijke Nederlandse norm die mij als kind is geleerd: dat iedereen in dit land zichzelf mag zijn, teniet doen. Maar het voelde ook als een bevrijding. Heerlijk om die stijfkoppen even de spiegel van hun eigen bekrompenheid voor te houden. Na afloop werd duidelijk dat het iets teweeg had gebracht. En toen een vrouw zei dat ik mij in alles mag kleden, maar niet in een hoofddoek, kon ik eigenlijk alleen nog maar hardop lachen. Het voelde ook als een bevrijding omdat ik soms het gevoel krijg dat ik als voorzitter van Al Nisa met eigenwijze ideeën door moslims meer serieus word genomen, zolang ik een hoofddoek draag. Dat knelt soms ook.

Toch voelde het goed om mijn hoofddoek na het debat weer rustig om te doen, deze keer zonder problemen. Ik voelde rust en trots om na dit – in mijn ogen – noodzakelijk statement, weer bij mezelf en mijn geloof terug te komen!


Ceylan Pektas-Weber had een rooms-katholieke opvoeding. Ze is nu moslima en voorzitter van Al Nisa, een organisatie voor moslimvrouwen. Onlangs verscheen haar boek ‘Moslima’s, emancipatie achter de dijken’.

Wij Blijven Hier werd in 2005 opgericht, omdat ze vonden dat ze er nog niet waren. Inmiddels zijn ze 3000 bijdragen rijker, die vrijwillig door beginnende én gearriveerde verhalenvertellers worden geschreven. Verschillend van columns, persoonlijke ervaringen tot verborgen nieuwsfeitjes. Ze kijken op hun eigen manier tegen de wereld aan, en vertellen zélf het verhaal. Wie zijn ze? Kijk om u heen. Want ze zijn hier. Zij Blijven Hier!

Lees andere stukken van de WBH Redactie