Voorpagina Ervaringen

Stemmen help!

Vandaag stemmen. Ik was het eerlijk gezegd helemaal vergeten. Totdat ik ’s ochtends het nieuws keek en bij mezelf dacht: ‘O ja, dat moet ook nog gebeuren.’ Samen met mij gaan vandaag ongeveer 35-40% van de stemgerechtigden stemmen. Een bijzonder lage opkomst natuurlijk. Ik weet alleen echt niet wat ik moet stemmen. Ik twijfel heel erg. Dan maar de stemwijzer raadplegen.


Stemmen in Staphorst, met hoofddoek op

Aangezien ik helemaal niets weet over zaken die de provincies aangaan, heb ik minstens vijf keer ‘weet ik niet’ ingevuld. Hoe kan ik nou ergens mee eens of oneens zijn als ik de voor- of nadelen ervan niet weet? Deze stelling vond ik het grappigst:  De provincie moet elk huishouden in Brabant een gratis spaarlamp geven. Gratish ish goed!!! Mee eens! Na veel gezucht, kwelling en hopend dat de partij die ik in gedachte heb bovenaan komt, moet ik het doen met deze uitslag:

1. PvdA
2. SP
3. Groenlinks
4. D66
5. Partij voor de Dieren (???)

Partijen met weinig overeenstemming:

1. Christenunie/SGP
2. CDA
3. VVD

Hoe kon het ook anders, de drie linkse partijen staan bovenaan en de VVD helemaal onderaan. De partij die ik in gedachte had staat derde. De stemwijzer is voornamelijk gericht op provinciale standpunten en zoals veel Nederlanders hecht ik er (hoe slecht het ook is) weinig waarde aan. Het gaat mij meer om de samenstelling van de Eerste Kamer. Indirect ga ik dit kabinet of juist de oppositie steunen. En daarom twijfel ik de hele tijd. PvdA of Groenlinks? Ik heb de laatste jaren veel kritiek gehad op de aanpak van de PvdA, maar ik ben het vaak ook met ze eens. De manier waarop ze volharden over de dubbele nationaliteit van de twee staatssecretarissen is mooi, maar het onderzoek naar de Nederlandse militairen komt niet. 

Het regent nog steeds pijpenstelen (wanneer houdt het nou eens op?) en blijkbaar beïnvloed regen ook de verkiezingsuitslag. Maf toch dat mensen denken: ‘Nou het zonnetje schijnt, laat ik maar even gaan stemmen!’ of ‘He bah het regent, nee dan maar niet stemmen.’ Regen of geen regen mijn stem telt mee, dus die laat ik ook horen. Hoe meer ik erover nadenk, des te meer ik ga twijfelen. Ik ga er niet meer over nadenken. Ik pak mijn stemkaart, loop naar het stemlokaal en beslis pas in het hokje wat ik ga doen. De oppositie of het kabinet steunen?