DAMASCUS – De aanhoudende onrust in Syrië, het toenemende sektarische geweld in Egypte en de onthutsende rellen bij de Israëlische grenzen. Het is slechts een kleine greep uit de berichtgeving van de laatste weken over het Midden-Oosten, waarbij een constante factor is dat al deze ontwikkelingen plaatshadden in het westelijk gedeelte van de Arabische wereld.
De gevaarlijkste gebeurtenissen speelden zich de afgelopen weken echter af in het oostelijk gedeelte van de islamitische wereld en bleven veelal onbelicht in de westerse media.
Op 16 mei werd in de Pakistaanse stad Karachi de Saudische diplomaat Hassan al-Qahtani doodgeschoten. Enkele dagen eerder was het Saudische consulaat in Karachi al doelwit geweest van een aanslag. De Pakistaanse taliban zouden later voor beide incidenten de verantwoordelijkheid opeisen. Dit is opmerkelijk omdat Saudi-Arabië de afgelopen decennia de belangrijkste financier is geweest van de taliban, waarmee het Saudische koninkrijk zich ideologisch verwant voelt. Saudi-Arabië beschuldigde meteen de Iraanse Republikeinse Garde van betrokkenheid bij de incidenten in Karachi. Terwijl de Verenigde Staten zich opmaken voor hun gefaseerde terugtrekking uit Afghanistan lijkt er sprake te zijn van een groeiende Iraanse invloed in zowel Afghanistan als Pakistan. Een ontwikkeling die de soennitische Arabische golfstaten zeer verontrust.
Op diezelfde maandag 16 mei echter had er nog een ander opmerkelijk incident plaats dat zich concentreerde rondom het kleine vorstendom Bahrein. In Bahrein voelt de regerende soennitische al-Khalifadynastie zich steeds meer in het nauw gedreven door de overwegend sjiitische oppositie. Saudi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten besloten reeds in een eerder stadium om een militaire interventiemacht naar Bahrein te sturen om de belaagde al-Khalifafamilie militair bij te staan bij het onderdrukken van de volksopstand in Bahrein.
Volg ons op social media