Voorpagina Cultuur

Iris, Wenen en Boeken

Van de week kreeg ik een kaartje in de bus:
Iris
Geburtsdatum: 24 april 2007
Gewicht: 3200 g
Grösse: 49 cm
Ort: Wien

Ernaast een foto van een mooi moppie van een kindje met warmroze wangetjes en een kapotklein kinnetje. Hoewel de kaart minstens een half jaar later arriveerde en het nieuws mij toch al bekend was, kreeg ik toch een heerlijk warm gevoel van binnen: mijn ex-vriendin Karin en haar vriend Reinhardt hebben een dondersteen van een kind gekregen, alhamdulillah. Het bericht bracht me terug in koude dagen in Graz, waar Karin en haar zus Bloem een appartement deelden. Naar de tijd dat we samen luisterden naar Suzanne Vega’s World Before Columbus en schaamteloos in onze verliefdheid wentelden. En later, toen we al uit elkaar waren maar goed bevriend bleven, naar warme zomers in Wenen, waar de wind altijd waait, maar waar je heerlijk je boeken kunt lezen in de parken.

Karin en ik deelden (en delen nog steeds) een sterke liefde voor cultuur en vooral voor boeken. Ze hebben hun kind zelfs vernoemd naar een van haar favoriete schrijvers: Iris Murdoch. Iedere keer dat ik hen zou bezoeken (in Wenen waar ze nu woont of Graz waar Bloem nu woont of Mureck bij de Sloveense grens waar haar ouders nog wonen) zou een waar feest aan boeken, museabezoek en allerhande andere evenementen vormen. En nu dus ook een kinderfeestje, want Karin is niet de enige moeder. Haar zusje Bloem heeft een zoontje van twee en zal insha’Allah binnen nu en een paar weken er een kindje bij krijgen. Ik heb natuurlijk ook zeven van die donderstenen rondrollen (dwz: op mijn werk op het kinderdagcentrum). Verder zijn er weinig dingen veranderd, behalve de frequentie waarmee we elkaar spreken. Nog steeds raden we elkaar van alles en nog wat aan, passt ze mij een mixtape, hoekt ze me op met het adres van de Shakespeare & Co-boekhandel in het Judenviertel van Wenen of die Duitse A.L. Kennedyvertaling. En zo af en toe raad ik haar boeken aan.

Zo heb ik de afgelopen tijd tussen studieboeken en theologische werken nog een drietal romans gelezen die enigszins de moeite waard waren. Mohsin Hamids "De val van een fundamentalist" kwam plots op de shortlist van de Bookerprize werd per abuis gestuurd naar de Engelse boekhandel waar ik vroeger werkte. In het Nederlands. Dus mijn collega dacht: ‘Hela, jouw baard wordt lang, misschien vind je dit wel een goed verhaal!’ Helaas ging het verhaal over een ander soort fundamentalisme, namelijk dat van de emigrant die autochtoner dan de autochtoon wordt en zich verliest in een kapitalistische zeepbel. Hoofdpersoon is Changez, Pakistaan van geboorte en afkomstig van een familie die rijk was in vroegere tijden, maar nu langzaam haar vermogen ziet wegebben. Changez scoort hoog in de studie en belandt bij een bedrijf dat hem in dienst neemt om andere bedrijven te taxeren. Hij krijgt een relatie met een New Yorkse societydame met vrij heftige emotionele bagage en ondertussen vliegen een stel idioten een paar vliegtuigen wat torens in.

Het effect dat de aanslagen hebben op Changez is echter indirect: opeens wordt hij nergens meer voor vol aangezien, opeens lijken de spelregels veranderd en zijn huidskleur van belang te zijn geworden. Hij besluit naar Pakistan terug te keren temidden van een Amerikaans offensief in Afghanistan en een politieke verkramping in zijn thuisland.

Een boek dat ik hiernaast aan het lezen was, had al geruime tijd mijn aandacht, omdat de hele Amsterdamse stad met haar publiciteitsposters beplakt waren: "De Egyptische roman die de wereld stormenderhand verovert!" had de uitgever vrij letterlijk vertaald, waarschijnlijk van een Engelse slogan. Alaa al Aswani’s "Het Yacoubian" is een soort van raamvertelling waarbij het raam een gebouw in Caïro is, het Yacoubian, waar mensen van allerlei pluimage naast en bij elkaar wonen en met elkaar te maken hebben. Ik schrijf raamvertelling, maar eigenlijk is het meer een soort van soap waarbij alle karakters het oorspronkelijk wel goed bedoelen, maar waar omstandigheden hun dwingen voor zichzelf te kiezen. Iedereen is dan ook aanvankelijk sympathiek, maar eindigt corrupt, crimineel, onaardig en hetzij aan de dope, in een cel, dood of onderweg om zichzelf te verkopen als hoer. Behalve dan op de laatste twee pagina’s waar een jonge would-be-prostitué en een ouwe viezerik toch nog aardig blijken. Wat ik zei: een mooie soap, die je dan ook in een vloek en een zucht naar het einde rolt. Echter, mocht je er waarheidsgehalte aan toekennen dan is Egypte geen fijn land.

Als laatste zou ik Karin een klassiekertje aanraden, dat de mazen van ons cultuurnet al geruime tijd ontsnapt was. Een tijd terug rolde ik tegen een tip aan van onze veelschrijver Mo Booby aan: Emile Habiby’s "The Secret Life of Saeed the Pessoptimist". Een geniaal en gekmakend kort boekje over Saeed, een soort van collaborerend Uitvretertje in Jeruzalem en omgeving, die de meest krankjorum gedachtekronkels heeft om zijn eigen daden te relativeren en goed te praten. Het is een boekje dat zichzelf specialiseert in een soort van Orwelliaanse doublespeak: niets betekent iets enkelvoudigs, alles is dubbel en dwars, niet én wel waar. Zo leeft Saeed een tijdje in een gedeelte van Jeruzalem dat niet bezet is. Op dat moment wordt het andere deel van Jeruzalem gemaand tot overgave (ik meen dat dit op dat moment in Jordaans bezit is). Saeed hoort het gebod tot overgave en hangt een wit shirt uit zijn raam ten teken dat hij zich ook overgeeft, in een soort van sycofantische neiging tot über-overgave. Vervolgens wordt hij opgepakt, omdat de bezetter zijn daad beschouwt als een politieke daad met een sterk ironisch gehalte. En uiteraard krijgt hij er een flink pak slaag bij. Krachting in al zijn verwarring is dit het boek dat mij het meest beviel van de drie.

In het jaar dat Elvis stierf, werd Noureddine geboren. Op zijn negende kreeg hij een skateboard. Op zijn 20ste werd hij in Schotland verliefd op boeken. Op zijn 27ste werd hij moslim en vond hij zijn draai. Hij werkt in de gehandicaptenzorg en denkt soms dat hij bijna Arabisch kan lezen maar vraagt dan toch om een klinker. Hij jat de beste grappen van de missus, steun en toeverlaat sinds 2006. Af en toe vertaalt hij wat poëzie omdat het leven dan gewoon beter is.

Lees andere stukken van