Voorpagina Ingezonden

Israël vanuit Israël gezien

Israël vanuit Israël gezien
Het recht te vergeten

Iedereen heeft het over Günter Grass en de “juiste” kritiek op Israël. Maar hoe zien eigenlijk jonge Israëliërs het verleden en de toekomst van hun land? Een persoonlijk verslag over de situatie door Avi Ben-Chamo.

Naar het Duits vertaald en bewerkt door Sophie Albers. Uit het Duits vertaald door Simone Dekkers.

Bijna acht jaar geleden ben ik vanwege de liefde naar Berlijn verhuisd. Ik kom uit Israël, waar ik ben geboren en ben opgegroeid. Om de band met mijn land en de beheersing van de taal niet te verliezen, surf ik regelmatig op blogs en online-fora van Israëliërs in Berlijn. Veel jonge Israëliërs verhuizen naar deze stad, die voor hun staat voor vrijheid, hen de ruimte geeft zich uit te drukken en een leven biedt dat velen malen goedkoper is. Exacte aantallen van Israëliërs die in Berlijn leven zijn er niet, maar het zouden er tussen de 15.000 en 20.000 moeten zijn. Je zou zoveel hierover kunnen schrijven, over het feit dat jonge mensen Israël verlaten en vervolgens een leven opbouwen in Berlijn, maar ik wil het graag over iets anders hebben: over het recht te vergeten.

Landkaart van de collectieve herinnering

Een wijze man zei ooit: als je meer over iemand te weten wilt komen, moet je zijn verleden bestuderen, zijn jeugd. Mijn jeugd als Israëlische jongen in de jaren zeventig werd – in de vorm van ceremonies, symbolen, gedenktekens en straten die de namen van doden dragen – gekarakteriseerd door het herdenken en de dood. Ikzelf heb – Godzijdank – nooit een naast familielid verloren, maar toch groeide ik op met het constante gevoel alle Joden, die in de Bijbel zijn gestorven, in de Shoah werden vermoord, tijdens Israël’s oorlogen zijn gesneuveld en die naar verluidt binnenkort door een Iraanse bom zullen sterven, op mijn schouders met me mee te dragen.

Vandaag de dag weet ik, dat de eerste minister-president van Israël, David Ben-Gurion, in de jaren vanaf 1940, samen met zijn Mapai-partij, een landkaart heeft ontworpen dat gestoeld is op dit herdenken en geleden verlies; een landkaart van de collectieve herinnering, die de Israëlische identiteit van iedere Israëlische staatsburger heeft gevormd. Tot en met de dag van vandaag zijn de herdenkingen en het geleden verlies bronnen van macht en hoog effectieve werktuigen van de Israëlische regering. En mocht deze collectieve herinnering niet voldoende zijn, dan is er altijd nog die andere optie. De optie onze angst te gebruiken. De angst voor onze vijanden, wiens enige doel het is, ons te vernietigen.

De geheugen-agent

Wij zijn dan ook geheugen-agenten, die als taak hebben de rest van de wereld op ieder gelegen moment – zij het in de vorm van smalltalk, een tafelgesprek, of een grote discussieronde – eraan te herinneren wat de Joden is overkomen; tijdens de holocaust of in de oorlogen, of simpelweg alleen aan het feit dat de hele wereld de Joden haat. Als ze het niet willen weten, ben ik er om hen daaraan te herinneren. En we moeten het ons ook blijven herinneren – dat staat buiten kijf- maar we moeten ook leren te vergeten. We moeten leren kritiek van anderen te verdragen, zonder meteen ervan uit te gaan dat ze ons schade toe willen brengen. We moeten leren mensen zoals Günter Grass te laten spreken, zonder een drama ervan te maken. Want dat drama is soms veel gevaarlijker, dan de woorden an sich. Ook Günter Grass zit gevangen. Ook hij is een geheugen-agent, gevormd door symbolen uit zijn jeugd, zoals ieder ander mens ook. Een functie die ons de mogelijkheid ontneemt met elkaar te praten en elkaar te begrijpen.

Het recht te vergeten

De afgelopen zomer in Israël droeg de belofte van verandering met zich mee. In de straten vonden grote demonstraties plaats. De mensen demonstreerden tegen de hoge levenskosten, de hoge prijzen van de Hüttenkäse en de hoge belastingen. De demonstranten waren vooral jonge mensen, maar ook ouderen, die vermoeid waren geraakt van de wegen die de regering had ingeslagen en de situatie waarin ze het land hadden gebracht. Een moment lang leek het er daadwerkelijk op dat er echt iets zou gaan veranderen. Maar dat moment bleef uit. Bij velen veranderde de depressie in apathie, wat ertoe leidde dat men het nut er niet meer van inzag zich uit te spreken. En dat terwijl onze cultuur van verlies ons juist heeft geleerd je uit te spreken, de herinnering levend te houden en de geheugen-agent te zijn. Overal, in Israël of daarbuiten.

Als een Israëliër Israël verlaat, noemt men hem een verrader die zijn land overlaat aan de vijanden. Als een Israëliër Israël bekritiseert, wordt hij met woorden gestenigd. Het recht te bekritiseren en het recht te vergeten, zijn twee rechten die de Israëlische democratie haar burgers ontneemt.

Wat doet de verre toekomst ertoe?

De blogs en verhalen van andere Israëliërs in Berlijn bezorgden me elke keer opnieuw buikpijn. Ik las over Israëliërs die hun toekomst in Duitsland of een ander land zagen – maar niet in Israël. Ik kon niet begrijpen waarom ze geen verklaring hierover aflegden, zich niet hiervoor verontschuldigden. In plaats daarvan hoorde ik stemmen die voor mij nieuw waren. Stemmen, die om nieuwe symbolen vroegen, om het scheppen van een nieuwe, vrijere identiteit. Een voor mij totaal nieuwe benaderingswijze: het ontbreken van de verklaringsdrang maakte duidelijk dat deze stemmen tot de jonge demonstranten van afgelopen zomer behoorden. Stemmen die open staan voor een nieuwe realiteit die de mogelijkheid biedt een leven te kiezen dat ons niet alleen tot geheugen-agenten maakt.

Een keer heb ik een Israëliër in een blog gevraagd hoe het er over 20, 30 jaar uit zal zien, als alle jonge mensen Israël hebben verlaten en ergens anders leven. Of dan niet de volgende holocaust op ons wacht? De manier waarop hij antwoordde maakte duidelijk dat hij niets gaf om de verre toekomst, omdat hij de meeste tijd doorbrengt in het heden – zittend achter Facebook.

In de val

Ik ga richting de veertig en zie mezelf nog altijd ooit, samen met mijn Duitse verloofde, naar Israël terugkeren. De reden waarom ik dit zeg, is omdat ik in de val zit. Omdat ik nog altijd een Israëlische geheugen-agent ben, die noch het recht heeft kritiek te uiten, noch het recht heeft te vergeten. Ik zou graag willen proberen in andere landen te leven, maar het is alsof ik met een dunne draad aan Israël ben verbonden, ongeacht waar ik ben, ik voel het overal.

Desondanks ziet het ernaar uit, dat de regering in Israël, als zij in de nabije toekomst niets aan dit Israëlische model van collectieve herinnering verandert, er binnenkort alleen voor staat met hun ‘herdenken van.’ Als deze cultuur van overleven niet verandert in een cultuur van leven, als de politiek geen gehoor geeft aan de wens van jonge Israëliërs over een identiteit van vrijheid te beschikken, dan zal mijn land zijn dochters en zonen niet verliezen in oorlogen, maar aan de diaspora.

Simone Dekkers vertaalde het artikel hierboven uit het Duits naar het Nederlands. Zij vertelt hier waarom:

Toen ik met Grass en Fried in het hoofd dit stuk, vorige week donderdag op de website van Stern, las, liet het me niet los. Ik vond dat het ook buiten Duitsland gehoord moest worden, dat de schrijver van het stuk, Avi Ben-Chamo, een Israëliër die bijna acht jaar in Berlijn woont en zich naar aanleiding van het gedicht van Günter Grass openhartig en kritisch uitliet over zijn vaderland, ook in Nederland onder de aandacht moest worden gebracht. Niet alleen omdat dat wat hij schreef, “gezegd moest worden”, maar ook omdat het stuk de ophef rondom Grass in een ander perspectief plaatst en juist laat zien waarom gedichten zoals die van Grass – hoe moeilijk verteerbaar de inhoud ervan voor sommigen ook is – nodig zijn in een wereld als deze…

Wij Blijven Hier werd in 2005 opgericht, omdat ze vonden dat ze er nog niet waren. Inmiddels zijn ze 3000 bijdragen rijker, die vrijwillig door beginnende én gearriveerde verhalenvertellers worden geschreven. Verschillend van columns, persoonlijke ervaringen tot verborgen nieuwsfeitjes. Ze kijken op hun eigen manier tegen de wereld aan, en vertellen zélf het verhaal. Wie zijn ze? Kijk om u heen. Want ze zijn hier. Zij Blijven Hier!

Lees andere stukken van de WBH Redactie