Voorpagina De achtergrond, Media

Een Hoofddoek tegen Kogels

Judith Spiegel woonde er werkte in Jemen als journalist voor onder andere NRC, NOS en de Wereldomroep. Ze kreeg landelijke bekendheid toen ze midden 2013 samen met haar man Boudewijn werd ontvoerd. In december werden ze beide vrijgelaten en keerde ze terug naar Nederland. Nu, slechts enkele weken later, is haar boek gepubliceerd over haar belevenissen over Jemen. Genoeg aanleiding voor een interview in haar tijdelijke woning in Amsterdam.

 

NW: Je hebt het boek geschreven voordat je werd ontvoerd en nu direct uitgebracht zonder er iets over je ontvoering aan toe te voegen. Ik denk: dat is qua marketing een slimme zet.

JS: “Dat klopt wel in grote lijnen. Het boek zou eigenlijk uitgegeven worden in de zomer van 2013, maar toen werd ik ontvoerd. Ik kan ook niet even een hoofdstuk over de ontvoering toevoegen, dat zou een heel ander format hebben. Dat kan een tweede boek worden. Maar ik vond het ook wel een beetje lullig voor de uitgever dat alles door de ontvoering in het honderd liep.”

NW: Opvallend was de uitspraak dat je toch van het land blijft houden. Ik was benieuwd waar die liefde in schuilt, maar tijdens het lezen is me dat niet duidelijk geworden.

JS: “Ik heb geen blinde liefde voor het land, ik ben kritisch. Wat ik wél beschrijf is dat ik van de mensen ben gaan houden. Niet van de regering, het systeem, het onderwijs; dat is gewoon een puinhoop. Trouwens, veel Jemenieten begrijpen dat ik houd van hun land mét mijn kritiek, omdat die kritiek nodig is om het land verder te brengen.”

“Het ‘houden van’ schuilt natuurlijk ook niet in de feiten die ik beschrijf maar in het gevoel dat je hebt ten aanzien van de maatschappij. Ik houd van rommelige maatschappijen waar het allemaal niet zo georganiseerd is. Nou, dát is Jemen. Maar ik zeg niet dat die omstandigheden voor de Jemenieten nu zo prettig zijn. Mijn boek is ook niet bedoeld als pamflet voor het ministerie van toerisme.”

NW: Je beschrijft een land waar jarenlang een dictator aan de macht was, corruptie alom en veel mensen die qat kauwen (een soort drugs). Toch stel je dat de ontwikkeling in het land wordt tegengehouden door de Islam. Waarom?

JS: “Ik heb het niet over ‘dé islam’. Ik heb het specifiek over de manier waarop het in Jemen wordt beoefend. Ik zie verschillen tussen hoe het in Jemen gaat en bijna alle andere landen. Natuurlijk helpen de corruptie en het kauwen van qat niet mee en ik zie dat je een welvarende maatschappij kan hebben mét Islam, maar hoe het in Jemen wordt uitgelegd staat ontwikkeling écht in de weg.”

“Een voorbeeld is dat vrouwen nauwelijks mogen werken, terwijl zij juist worden gezien als de beste werknemers. Ze kauwen géén qat en ze zijn niet corrupt. Het zou een groot verschil maken als zij wél mogen werken. Ook is er heel beperkt onderwijs voor vrouwen.”

“Ik ken mensen die graag bij een bank zouden willen werken maar dat niet doen omdat dat volgens hun familie haram is. Ook daarvan zal ongetwijfeld gelden dat die visie helemaal niet klopt, maar zij hebben die visie wél. Die visie wordt ook onderwezen op school. Het helpt niet om vierjarigen te leren dat vrouwen niet naar school hoeven, want uiteindelijk moeten ze toch in huis zitten en kinderen baren. Dat houdt wat mij betreft de ontwikkeling tegen.”

“Ik stel het misschien wat zwart/wit, maar doe dit expres omdat het mij opvalt dat zoveel ontwikkelingsorganisaties om de hete brei heen draaien. Al veertig jaar zijn ze in het land actief met waterprojecten, vrouwenprojecten, geboortebeperkingsprojecten. Toch durven ze deze discussie niet aan.”

“Ik zeg niet dat het land moet ont-islamiseren om vooruit te komen; helemaal niet. Maar er zou wel wat moderner en wat opener tegen bepaalde zaken aangekeken moeten worden.”

NW: Je was in Jemen toen imam Anwar al-Awlaki en later zijn 16-jarige zoontje gedood werden door Amerikaanse drone-aanvallen. Ik had verwacht ook in je boek te lezen over de Amerikaanse bombardementen. Het woord ‘drones’ komt echter maar één keer voor in het boek. Een bewuste keuze?

JS: “Ja. De hele discussie over drones, de ‘extrajudicial killings’, de slachtoffers… ik kan daar niet veel zinnigs over zeggen. Je moet dan echt ingevoerd zijn in al-Qaida en de regio’s waar het plaatsvindt. Ik kwam daar nooit, of misschien een keertje een halve dag.”

“Ik vind de discussie over de drones interessant, ook vanuit juridisch oogpunt. De uitgever wilde liever iets met al-Qaida in de titel omdat dat zo goed verkoopt, maar ja, daar staat niets over in het boek want ik had vanuit mijn ervaring met wonen en leven in Jemen daar ook niet mee te maken.”

NW: Ik bezoek je nu in je tijdelijke woning; ga je weer terug?

JS: “Hoezeer ik ook van Jemen houd, ik kan er na wat er nu is gebeurd niet meer naar terug.”

NW: Toch heb je vrij snel weer je cursus Arabisch opgepakt. Dat duidt er niet op dat het volgende land naar keuze Noorwegen zal zijn.

JS: “Dat klopt”.
_____________________________

“Een hoofddoek tegen kogels”
320 pagina’s
ISBN13: 9789462320130
Uitgeverij Link B.V.
€ 18,95

Nourdeen Wildeman is een Nederlander van christelijke komaf die op 24 jarige leeftijd moslim is geworden. Nourdeen is oprichter en voorzitter van Stichting as-Salaamah wal'Adaalah.

Lees andere stukken van