Voorpagina Cultuur, De achtergrond, Media

Mijn vader, de expat: zonder enige twijfel een ‘must-see’

Dit artikel verscheen eerder op de website van Doc Jazz

Het is niet de gewoonte op deze site om aandacht te besteden aan films. Je kunt je immers niet overal tegelijk mee bezighouden. Toch wordt er bij deze voor Abdelkarim El-Fassi’s documentaire “Mijn Vader, De Expat” een uitzondering gemaakt. Waarom, zal hopelijk blijken uit de rest van deze recensie.

Deze film maakt indruk, ondanks het eenvoudige concept waar hij op gebaseerd is. Wat de kijker in 50 minuten vooral te zien krijgt, is een gesprek tussen filmmaker Abdelkarim El-Fassi en zijn vader, Hajj Ali El-Fassi. Al bestaat de achtergrond uit prachtige beelden van het bij tijd en wijle adembenemende Marokkaanse landschap, toch blijft de aandacht gevestigd op de hoofdpersoon, Hajj Ali. Met een gele Renault 4 rijden hij en zijn zoon naar de rotskust, waar ze in de buitenlucht Marokkaanse muntthee brouwen en een gesprek voeren. Ook dochter Asma komt in Marokko op bezoek, en drinkt samen met haar vader helder water, rechtstreeks uit een beekje. Heel veel meer gebeurt er niet, en toch blijft deze unieke film van de eerste tot de laatste seconde boeien, ontroeren, en entertainen.

Ik verkeerde in de gelukkige positie dat ik de premiere van ‘Mijn Vader, De Expat’, op 16 februari in Cinerama in Rotterdam, mocht bijwonen. Wat mij altijd zal bijblijven, is hoe deze bijzondere film erin slaagde het publiek in continue vervoering te houden. Op vele momenten schaterden de bezoekers van het lachen, op andere momenten kon je ze bijna de brok in de keel weg horen slikken. Op geen enkel moment verslapte de aandacht van de aanwezigen, ook de mijne niet. Met de hierboven beschreven samenvatting van de verhaallijn in het achterhoofd is dit misschien moeilijk voor te stellen, maar toch is het een feit, en bovendien verklaarbaar.

Een van de belangrijkste factoren die aan het ingrijpende effect van de documentaire ten grondslag liggen, is de innemende, charismatische en humoristische persoonlijkheid van de hoofdpersoon, Hajj Ali El-Fassi. Hij vertelt over zijn vertrek uit Marokko, vele tientallen jaren geleden, naar Nederland. Hij beschrijft de omstandigheden en gevoelens van destijds, zijn dromen, verwachtingen en ervaringen, en doet dit in zijn moederstaal, de Riffijnse versie van het Tmazight (beter bekend onder de politiek incorrecte naam ‘Berbers’). Door de ondertiteling is zijn relaas voor iedereen moeiteloos te volgen. Hij reageert met humor, wijsheid en gevatheid op de vragen en opmerkingen van Abdelkarim en Asma. Terwijl de kijkers Hajj Ali leren kennen, verandert hij in hun beleving in hun eigen vader, oom, of grootvader, of wekt associaties op met deze dierbare familieleden.

Een andere belangrijke bijdrage wordt geleverd door opbouw, cinematografie, en kleursetting van de film. In de regie en techniek wordt Abdelkarim El-Fassi bijgestaan door Sjoerd Schipper, en dat deze samenwerking zoete vruchten afwerpt is te zien, te horen, en te voelen. Alles is op een natuurlijke wijze gefilmd, zonder hierbij te vervallen in bibberige of slordige ‘reality’, maar juist met gevoel voor stijl en esthetiek. Mede hierdoor wordt de kijker dicht bij de personen gebracht, op een prettige wijze die niet afleidt van waar het om draait.

De reden waarom deze film zo een impact heeft, overstijgt echter deze persoonlijke en technische aspecten, maar berust juist op het ogenschijnlijk meest eenvoudige: het concept ervan. Zelden werd het onderwerp migratie op een zo onschuldige, pretentieloze, normale en menselijke wijze belicht. Het komt dicht bij de aloude traditie van de verhalenverteller, waardoor er een beroep wordt gedaan op de fantasie en het inlevingsvermogen van het publiek. Dat dit zeer goed werkte bij een publiek dat in de meerderheid bestond uit de kinderen van migranten zoals Hajj Ali zelf, is begrijpelijk. Ongetwijfeld was het voor velen van hen de herkenning van het eigen migratieverhaal waardoor de film een zo gevoelige snaar wist te raken.

De grote waarde van deze docu wordt duidelijk als men in ogenschouw neemt dat er zelden films over migranten worden gemaakt die niet gaan over misstanden, sociale problematiek, of geweld. Uiteraard is er ook voor dergelijke onderwerpen een belangrijke plaats weggelegd, maar voor een tweede generatie migranten die in hun dagelijkse leven in Europa continu blootgesteld worden aan negatieve berichtgeving over hun identiteit en afkomst, is een film zoals deze ongetwijfeld een zeer grote verademing. ‘Mijn Vader, De Expat’ geeft deze mensen de mogelijkheid om hun afkomst zonder voorbehoud te omarmen en te koesteren, via de aimabele verhalenverteller Hajj Ali. Deze film laat zien dat de tweede generatie gerust trots mag zijn op de eerste generatie, en dat de familiale lijn in het nieuwe vaderland kan worden voortgezet zonder een overvloed aan negatieve gevoelens die het zelfbeeld zouden kunnen teisteren.

Met ‘Mijn Vader, De Expat’ schenkt Abdelkarim El-Fassi een kado, niet alleen aan zijn eigen liefhebbende vader en aan zijn eigen toekomstige nakomelingen, maar aan twee hele generaties van migranten. Ook als je zelf niet van Marokkaanse achtergrond bent, is er een goede basis voor herkenning, zelfs als je geen familiegeschiedenis van migratie hebt. De film draait immers in hoofdzaak om de familiale band, de liefde, de verbondenheid, en het wederzijdse respect tussen generaties die aan verschillende tijdgeesten en levensomstandigheden zijn blootgesteld. Dit universele gegeven maakt dit uitzonderlijke werk van deze zeer getalenteerde filmmaker toegankelijk en boeiend voor jong en oud, ongeacht afkomst of culturele identiteit.

Abdelkarim El-Fassi heeft meerdere films gemaakt van hoge kwaliteit, maar met ‘Mijn Vader, De Expat’ heeft hij zichzelf overtroffen, ongetwijfeld op weg naar nieuwe hoogten. Een dergelijke waardevolle bijdrage aan het collectieve culturele erfgoed kon dan ook niet anders dan gehonoreerd worden. Van de Musical Intifada ontving hij daarom een onderscheiding, de enige in zijn soort, die inmiddels trots op zijn boekenplank prijkt. Uiteraard verdienen ook alle anderen die deze film tot stand hebben gebracht, alle lof. Een fantastisch geslaagde productie, die staat als een huis, en bovendien voor velen aanvoelt als thuis.

Deze film is zonder enige twijfel een ‘must-see’. Op 8 maart draait hij in Borgerhout bij Antwerpen, aanvangstijd 20.30. Of je in Nederland woont of in Belgie, het is bereisbaar en alleszins de moeite waard. Wie ‘Mijn Vader, De Expat’ niet gezien heeft, heeft werkelijk iets bijzonders en unieks gemist, dus laat je dat niet overkomen!

Klik hier voor meer informatie over de aankomende voorstelling in Belgie

Tariq Shadid bleef niet hier. Hij vertrok naar de Emiraten waar hij hoofd is van een chirurgische afdeling in een middelgroot ziekenhuis. Ondanks deze drukke baan blijven zijn twee andere passies intact: zijn land Palestina, en muziek. Bij een indrukwekkend aantal aanhangers op Facebook staat hij met zijn muzikale intifada beter bekend als Doc Jazz, met songs die vooral over Palestina gaan.

Lees andere stukken van