Voorpagina Cultuur

Writers Unlimited: Verbeelding

Op donderdag 20 januari begon het literair festival dat bekend stond onder de naam Winternachten, maar inmiddels is gedoopt tot Writers Unlimited. Het doet me altijd deugd om te weten dat schrijvers en daarmee ook de verbeelding niet aan banden gelegd kan worden. Niet door de politiek, niet door terreur, niet door de publieke opinie.

Tijdens een lezing met de titel Verbeelde Vaders vertelden drie heel verschillende schrijvers over het verlies van een vader door de politiek en hoe dat tot literatuur kan leiden. Alle drie hadden ze een boek over hun vader geschreven. De Colombiaanse schrijver Hector Abad had zijn leed in de vorm van een autobiografische roman gegoten. Tijdens het voorlezen van een passage uit zijn boek ontroerden niet alleen zijn woorden maar ook zijn geëmotioneerd voorlezen, nog steeds aangedaan door het thema van zijn boek. De politiek had zijn vader gestolen.

De Uruguayaanse Carolina Trujillo had voor de vorm van fictie gekozen met elementen van non-fictie om haar verhaal op te schrijven. Ze had een hele mooie bevrijdende uitspraak: “Je kunt een man gevangen zetten maar dat betekent niet ook dat zijn geest gevangen zit.” Als laatste kwam Hisham Matar, een Libiër, die bewust voor de fictie heeft gekozen. Het hoofdpersonage is niet hijzelf, maar een gecreëerd personage. Hij vertelde over personen met macht. Macht doet iets met mensen. We zijn er nooit immuun voor. Mensen met macht hebben een vreemd soort energie en aparte uitstraling om zich heen hangen. Dit geldt ook voor dictators. Er is de onbegrijpelijke menselijke reactie om deze mensen met macht te plezieren. Het komt zo vaak voor dat velen het erover eens zijn dat een bepaalde publieke figuur met macht walgelijk is en walgelijke ideeën verkondigt, maar als diegene dan een kamer binnentreedt, dan heeft die persoon de aandacht van iedereen en wil iedereen ook aandacht van hem. Dat verschijnsel kennen we in Nederland ook.

De drie bovengenoemde schrijvers hebben hun verbeelding laten spreken en zich naar de literatuur gewend. Volgens de filosoof en hoogleraar Damian Denys is de verbeelding een entree tot de werkelijkheid. Samen met P.F. Thomèse was hij ook te gast op het festival. Hij sprak over de verbeelding en het brein. Verbeelding is grenzeloos maar ontbeert de werkelijkheid. We moeten de werkelijkheid zelf scheppen en daarmee zelf kiezen. Politici proberen dit ook te doen. Hun ideeën en visie proberen zij in de werkelijkheid te gieten en vorm te geven. Daar hebben politici ook verbeelding bij nodig. Naar gelang de verbeelding politici hebben, slagen ze daarin. Er werd de vraag gesteld of het huidige kabinet verbeelding had, maar dat bleek een retorische vraag.

Het antwoord op die vraag hoef ik zelf ook niet schuldig te blijven. Ik hoef alleen maar te denken aan premier Rutte die vroeger staatssecretaris van Onderwijs was geweest maar die, getuige zijn reactie op de studentendemonstraties van 21 januari, zich dat niet eens meer leek te kunnen inbeelden. Dat hoeft niet heel erg te zijn want gelukkig kun je, volgens Thomèse, nog wel datgene “terugvinden wat je nog nooit verloren had.” Er is nog hoop, lijkt mij.