Voorpagina Maatschappelijk

Eritrese asielzoekers weg uit Oranje

Twee weken verbleef een groep asielzoekers, voornamelijk afkomstig uit Eritrea, in het Drentse dorpje Oranje. Ze werden opgevangen in het vakantiepark dat omgebouwd is tot asielzoekerscentrum. Na veelvuldige klachten van bewoners over onrust in het dorp, heeft burgemeester Broertjes in overleg met het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) echter besloten de vluchtelingen naar een andere locatie over te brengen.

Het blijft iedere keer fascinerend om te zien hoe wanbeleid tot stand kan komen, geïmplementeerd kan worden en vervolgens kan leiden tot onnodige escalaties waarbij verschillende belangen met elkaar conflicteren. Over welke belangen hebben we het? Aan de ene kant hebben we de bewoners van het kleine dorpje Oranje. Dit gehucht telt slechts 200 inwoners. De komst van 400 asielzoekers (ja, je leest het goed; het dubbele van de lokale bevolking) was voor de dorpsbewoners een enorme (cultuur)schok.

Aanvankelijk maakte het COA en de gemeente Midden-Drenthe bekend dat er vluchtelingen uit Syrië zouden komen, veelal gezinnen met kinderen. Vandaar ook waarschijnlijk dat als locatie gekozen is voor het vakantiepark Oranje dat naast de speelstad ligt, het populaire pretpark van het dorp.

Uiteindelijk bleek dit echter toch niet zo’n goede locatie te zijn. In plaats van Syrische gezinnen, werden de eenkennige bewoners opgeschrikt door alleenstaande mannen uit Eritrea. Naast deze wijziging in huidskleur en gezinssamenstelling, wat natuurlijk al heel beangstigend is, kregen de dorpelingen nauwelijks de tijd om zich voor te bereiden op de komst van hun nieuwe tijdelijke buren. Eind september kwam het bericht dat 1400 asielzoekers gefaseerd intrede zouden maken in het vakantiepark. Een week later betrokken de eerste vluchtelingen al de vakantiehuisjes. Waar normaal gesproken blondharige kindjes vrolijk en onschuldig spelen, onder toeziend oog van moeders uiteraard, liepen nu ineens lange, donkere mannen met duistere blikken in het park. Doodeng!

Algauw klaagden de inwoners over de overlast die de Eritreeërs zouden veroorzaken met hun aanwezigheid op straat en in winkels. Zo zouden zij in grote groepen naar de buurtsuper gaan, winkels leegplunderen (lees: shag en telefoonkaarten kopen), lukraak over de weg lopen en de buurtbus inpikken. De bewoners vreesden ontwrichting van de dorpsgemeenschap. Want ja, als er geen plek meer is voor Henk en Ingrid om de bus naar de golfclub te nemen, aangezien deze uitpuilt van de Afrikanen, dan is het tijd om aan de bel te trekken.

Aan de andere kant hebben we dus zoals eerder genoemd de Eritrese asielzoekers. Gevlucht uit een land dat al jaren wordt geteisterd door een dictatoriaal regime, waarbij grove mensenrechtenschendingen aan de lopende band plaatsvinden. Na een lange, risicovolle reis dwars door de woestijn, tussen de levensmiddelen in een overvolle vrachtwagen, of op een gammel bootje over de Middellandse Zee. Eindelijk aangekomen in het ‘vrije’ en ‘tolerante’ Westen, waar zij welkom worden geheten door een ijskoude wind die hen niet in de koude kleren is komen te staan. Na allerlei medische, vaak vernederende, check-ups, is de redding nabij. Noodopvang is geregeld. Oranje is de plaats waar zij de komende tijd met land- en lotgenoten zullen verblijven en hun asielproces in spanning zullen afwachten. Dat de lokale bevolking in het dorp geen andere kleur dan oranje gewend is, wordt echter al gauw duidelijk. De dorpsbewoners doen hun naam eer aan.

Wat mij als bestuurskundige in opleiding dan voornamelijk frappeert, is het beleid dat achter deze uit de hand gelopen situatie schuilt. Zoals eerder vermeld wonen er in het dorp slechts tweehonderd mensen. Ik vraag mij dan werkelijk af hoe men tot het besluit komt om uitgerekend in dit gehucht vierhonderd asielzoekers te plaatsen, met als einddoel zelfs 1400 vluchtelingen een tijdelijk onderkomen te bieden. Een erg ambitieus, maar vooral onrealistisch doel in mijn ogen. Een situatie is gecreëerd waarin asielzoekers zich niet welkom voelen en als indringers bestempeld worden. Het is het zoveelste voorbeeld dat aantoont dat het Nederlandse asielbeleid verre van optimaal is.

Bron afbeelding: Flickr.

Na een bachelor European Studies te hebben afgerond, volgt Yasmina nu een master Bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit. Geboren en getogen in de mooie stad achter de duinen. Haar roots liggen echter ver weg hier vandaan. Als half Eritrese/half Indische noemt Yasmina zichzelf graag een wereldburger. Unity in Diversity, dat is hoe zij graag de wereld zou zien. Haar grootste passie is het schrijven van proza en poëzie. Het is meer dan slechts een hobby; het is haar uitlaatklep, haar uitingsvorm, haar middel om de gevoelens en ideeën die haar bezighouden te delen met iedereen die daar interesse voor heeft. Verder reist, leest en kookt Yasmina graag.

Lees andere stukken van Yasmina