“Wandel eender welke boekenhandel binnen en de kans is groter dat je een boek vindt over een zombie dan over een zwart meisje.” De zwarte Britse bekroonde kinderauteur Malorie Blackman omschrijft in een interview treffend de pijnpunten in de kinder- en jeugdliteratuur. De situatie in Vlaanderen is even of zelfs meer bedroevend; ook hier is de kinderliteratuur doordesemd van witte personages.
Personages met de naam Evi of Thomas komen vaak in een verpakking van porseleinwitte huidjes, roze blozende kaakjes, fonkelende blauwe oogjes en lang blond haar. Het aantal kinderen met een andere kleur neemt nochtans niet af. In onze grootsteden is de helft van de kinderen van niet-Vlaamse origine. En toch is, op enkele uitzonderingen na, het literair landschap bezaaid met pennenvruchten die nagenoeg hetzelfde smaken. De leveranciers van kinderverhalen hebben vaak ook hetzelfde profiel.
Onlangs ontstond nog ophef over een Nederlands kinderverhaal: “Wij komen fan Marokko. Dat is ook fer land”, zegt ze. “Wat praat jij raar”, roept Tommy. “Wij spreek in Marokko andere taal. Ik moet jouw taal nog leer.” Deze pijnlijke dialoog haal ik niet uit een kinderboek uit de jaren zestig. Eind 2014 verscheen ze in een verhalenbundel, aan de hand van een Nederlandse uitgeverij. Goedbedoelde intenties van de uitgeverij – het ingaan tegen racisme – stranden in het bevestigen van een vooroordeel. Stereotypes versterken een vooroordeel in ons hoofd.
Deze uitgeverij wil misschien wel een aantal problemen aankaarten en bestrijden. Helaas zal vooral het beeld blijven hangen van een Marokkaans personage met een geringe woordenschat. Werken met stereotypes benadrukt het wij-zijdenken: twee groepen die tegenover elkaar staan: de ‘allochtoon’ versus de ‘autochtoon’, een gevaarlijke tweedeling die intussen mainstream is geworden (maar waarop men her en der gelukkig ook terugkomt). Impliciet is er sprake van een hiërarchische tegenstelling en krijgen stereotype boodschappen een racistische bijsmaak.
Het kinderboekenproject Sesam toon gelukkig hoe het ook anders kan. In de Roma in Antwerpen werd het SESAM-festival gevierd, het feest voor het superdiverse kinderboek. Net voor de jeugdboekenweek (14 tot 29 maart), worden daar tien superdiverse kinderboeken gelanceerd die werden geschreven en geïllustreerd door divers talent.
Voorafgaand werd er bij meer dan honderd ouders en kinderen gepeild naar het (voor)leesgedrag. Wat bleek? Alle ouders vinden het belangrijk dat hun kinderen af en toe lezen. Niet-Vlaamse ouders lazen zelfs meer voor om hun kinderen het Nederlands bij te brengen. Naast het belang van de taal mag ook het maatschappelijk belang van een kleurrijk letterland niet onderschat worden. Want ontstaan de kiemen van ons zelfbeeld en wereldbeeld niet in onze kinderjaren? Kinderen met een andere origine herkennen zich nu amper in kinderboeken. Herkenbaarheid kan nochtans het zelfbeeld positief stimuleren, dus kinderboeken horen er dan ook voor alle kinderen te zijn. Tegelijkertijd verruim je met diverse verhalen het blikveld van alle kinderen. Niemand wordt geboren met een bepaald beeld over de wereld, dat wordt onder meer door kinderboeken gevormd. Verhaaltjes vervoeren kinderen naar andere werelden en laten hen kennismaken met de magie van de diverse samenleving waarin we vertoeven.
Amper 2 procent van alle kinderverhalen uit 2013 ging over gekleurde kindjes, al groeien die hier nu al ongeveer vier generaties op. De boekensector hinkt achterop. De overheid zou bovendien een draagvlak kunnen creëren voor meer en betere diversiteit in de literatuur. Ze kan naast de instellingen ook de commerciële boekensector aanzetten tot een diverser beleid.
Er liggen heel wat verhalen om ontgonnen te worden. We zouden gek zijn als we die rijkdom lieten liggen. Laten we investeren in boeken die aansluiten op de maatschappelijke realiteit van diversiteit en verstedelijking. Geen verhalen voor bruine of witte kindjes. Geen usual suspects zoals muntthee, couscous en de brave allochtoon; producten die geschreven zijn door en voor Vlamingen. Maar goede en spannende verhalen waarin alle kinderen zich herkennen. De return on investment? Meer leesplezier, kinderboeken met boeiende verhalen en meer wederzijds respect en begrip voor elkaar. Zodat we allen early adopters van deze superdiverse samenleving worden. Want jong geleerd is oud gedaan, toch?
Asma Ould Aissa is stuurgroeplid van het project Sesam en auteur van Safia en de droombellen, één van de tien diverse kinderboeken van Studio Sesam.
Dit stuk verscheen eerder op Knack.be.
5 Reacties op "‘Kinderliteratuur is doordesemd van witte personages’"
AlhamduliLlah, goed dat dit hier geagendeerd wordt. Naast het niet-Germaanse perspectief is het volgende in feite religieus/ islamitische perspectief wellicht een interessante aanvulling: http://islamopedia.co.uk/2015/03/06/their-name-is-today-reclaiming-childhood-in-a-hostile-world/ .
In die context zou ik vanuit ontwikkelingen in de onderbouw van het basisonderwijs (de voor moslims bekende “eerste zeven jaar van het leven van een kind”) de aandacht willen vestigen op de zaak waar de academica Prof. dr. Sieneke Goorhuis-Brouwer voor staat.
De jeugd is de toekomst, en de kiem daarvan wordt nu gelegd.
Maar zo werkt het natuurlijk niet… want boeken worden gewoon geschreven door auteurs die iets schrijven en daarbij niet eerst een etnisch divers hoofdpersonenbestand gaan aanleggen dat overeenkomt met de lokale distributie van huidskleurtjes. Je kan dit soort zaken niet afdwingen in een paar jaartjes…
De claim “kinderen met een andere origine herkennen zich nu amper in kinderboeken” dient bovendien onderbouwd te worden hier want dit is een zeer generaliserende en bijna discriminatoire opmerking in zichzelf; en daarnaast rijmt hij niet met andere stellingen uit het artikel.. Ik vraag mij dan af wat die niet-vlaamse ouders uit het artikel bijvoorbeeld voorlezen om hun kroost geboeid te houden.. die 2% gekleurde kinderboekjes? En waar komt dat getal uberhaupt vandaan? Om welke boeken gaat het? En alsof een gekleurd kind zich niet in een (impliciet, want er staan toch geen plaatjes in) niet-gekleurd kind zou kunnen inleven? En als je alle ‘cliches’ zou moeten vermijden hoe zou een niet-cliché gekleurd kind in een kinderboek dan verschillen van een niet-gekleurd kind?
Ik kan daar niet bij persoonlijk; ik kan toch ook prima boeken lezen over Afghanen, Afro-amerikanen, etc. en mij daarmee identificeren…? Moet Abdelkader Benali ook maar wat meer blanken in zijn boeken doen omdat ze niet het percentage blanken afspiegelen in de NL samenleving? Nee natuurlijk niet…
Dat je denkt dat zoiets onmogelijk is is nu juist uitgaan van stereotypen… Want je zegt hiermee ook dat blanke kinderen zich niet kunnen inleven in zwarte personages in boeken en dan kan je zo onderhand in de bibliotheek wel 2 afdelingen gaan maken één voor zwarte kindjes en één voor blanke kindjes want elkaars boeken lezen ze toch niet!
Het Nederlands Jeugdintituut heeft een uitgebreide serie interculturele prentenboeken. In diverse talen. Voorlezen in de sterkste taal in het gezin. Deze boeken zijn vrij verkrijgbaar maar ook onderdeel van het ouder-kindprogramma VVE Thuis, dat recent in België is ingevoerd onder de naam Instapje-plus.
En hoeveel allochtonen ouders lezen voor aan hun kinderen? Of hoeveel allochtonen kinderen worden thuis gestimuleerd om te lezen.
? Ze hebben een iPad voor dat ze kunnen lopen. Zie je uberhaupt boeken bij allochtonen? Iets wat ik ook heel weinig zie is allochtonen op de fiets. Er onstaan zo’n oppervlakkige cultuur die niks te maken heeft met het land van herkomst noch met Nederland. Een macDonaldscultuur het leven wordt bepaald door reclames en merken. Ik vind het zeer verontrustend dat moslims KFC zien als normaal eten het ook overal opzoeken waar ze zijn. Of het nou Marokko is of Mekka. “kom naar Syrië ze hebben hier ook Nutella’ Dat is pas armoede.
Hier ligt dus een taak voor alle Marokkaanse, Turkse, Surinaamse etc. schrijfsters, schrijvers en illustrators om kinderboeken uit te brengen.
Goed idee hoor.