Voorpagina Maatschappelijk

Turkse en Marokkaanse onderneemsters

Een stuk van Kahliya Ronde over ondernemende Turkse en Marokkaanse vrouwen, het is een trend die zeker niet onderschat moet worden…

Een echte ondernemer is man, blank en tussen de 40 en 60 jaar. Dat is het bestaande beeld van ondernemers. Caroline Essers, bedrijfswetenschapper aan de Radboud Universiteit Nijmegen, bekritiseert dit stereotype beeld van succesvolle ondernemers. Zij promoveert op 8 januari op onderzoek naar Turkse en Marokkaanse onderneemsters in Nederland. Zij blijken om te moeten gaan met een breed scala aan vooroordelen en verwachtingen.

Nederland telt 11.000 Turkse en 4.200 Marokkaanse ondernemers. Respectievelijk 17 en 12 procent daarvan is vrouw. Dat lijkt misschien niet veel. Het percentage autochtone vrouwen in de ondernemerswereld is immers hoger (33 procent), net als het aantal Surinaamse en Antilliaanse vrouwen met een eigen zaak. Toch is het volgens Essers een aantal om rekening mee te houden. Het nuanceert in ieder geval het beeld van de slecht geïntegreerde, ongeëmancipeerde moslima die vooral thuis achter het aanrecht staat.

Turkse rijschoolhoudsters en Marokkaanse zyanas
Caroline Essers verzamelde twintig levensverhalen van Turkse en Marokkaanse onderneemsters in Nederland. Eigenaresses van kapsalons, groentehandels, poolcentra en milieuadviesbureaus passeren de revue. Essers onderzocht hoe de vrouwen zelf over hun identiteit als vrouw, etnische minderheid en ondernemer denken. Turkse en Marokkaanse onderneemsters blijken zich te moeten bewegen in een omgeving vol vooroordelen, stigma’s en verwachtingen. Van Nederlanders én van de eigen gemeenschap. Zij bewegen zich tussen twee culturen.

Toch kan dit ook een voordeel hebben. Essers: ‘Uit het onderzoek blijkt dat deze vrouwen regelmatig juíst gebruikmaken van hun achterstandspositie en vrouwelijke etniciteit waardoor zij vernieuwende producten op de markt weten te brengen.’ Het gaat dan bijvoorbeeld om Turkse rijschoolhoudsters die zich speciaal richten op allochtone vrouwen die zich meer op hun gemak voelen bij een vrouwelijke rij-instructeur. ‘Of om Marokkaanse zyanas, professionele weddingplanners, die voornamelijk in de randstad op de vraag van Marokkaanse bruidsparen inspelen om deze vaak grootschalige bruiloften van top tot teen te verzorgen,’ aldus de bedrijfswetenschapper.

Tussen de vooroordelen door
‘Het is lastig voor deze groep vrouwen om simpelweg te zeggen: Kijk, dit ben ik: ik ben vrouw, Marokkaanse of Turkse én ondernemer,’ zegt Caroline Essers. ‘Dit wordt namelijk door anderen niet altijd even makkelijk geaccepteerd.’ Als Turkse of Marokkaanse vrouw worden ze in de ondernemerswereld moeilijk voor vol aangezien en als onderneemster voelen ze weerstand vanuit de eigen gemeenschap. Marokkaanse en Turkse onderneemsters laveren door een mijnenveld van normen, verwachtingen en vooroordelen.

Ze moeten bijvoorbeeld opboksen tegen het stereotype beeld van de succesvolle ondernemer (de blanke man van rond de vijftig). ‘Zo werd een deelneemster aan een zakenbeurs bijna de deur uitgezet omdat de bewakingsdienst zich vanwege haar hoofddoek niet kon voorstellen dat zij onderneemster was,’ schrijft Essers. Ook worden Marokkaanse en Turkse vrouwen een stuk minder serieus genomen als zij bij de bank een lening proberen los te krijgen. Dit geldt natuurlijk voor meer (migranten)vrouwen. ‘Maar’, stelt Caroline Essers, ‘Marokkaanse en Turkse onderneemsters moeten daarnaast ook nog eens leren omgaan met de vooroordelen van Nederlanders over hun culturele en islamitische achtergrond.’ Een Surinaamse vrouw met een eigen winkel is nog altijd meer geaccepteerd dan een Turkse die een groot schoonmaakbedrijf runt. Veel Nederlanders associëren een Turkse vrouw immers vooral met boodschappentas en kinderwagen.

Niet alleen de Nederlandse samenleving heeft allerlei verwachtingen over hoe een Turkse of Marokkaanse vrouw zich zou moeten gedragen. Ook binnen de eigen gemeenschap heersen er normen over wat een vrouw kan en mag. Deze hebben vaak te maken met ideeën over eer en schande. ‘Ik weet dat sommige wetenschappers er niet van houden om over het belang van eer en schande binnen Marokkaanse en Turkse gemeenschappen te spreken, want dat is allemaal zo stereotype en culturalistisch’, zegt Essers. ‘Maar tóch, mijn interviews zijn doorspekt met woorden als eer, respect, schaamteloos gedrag enzovoorts. Dus blijkbaar lopen de Turkse en Marokkaanse vrouwen die ik heb gesproken als ondernemer toch het risico om binnen hun eigen gemeenschap als minder eervol gezien te worden.’

Het ondernemerschap is ook binnen de Turkse en Marokkaanse gemeenschap dus vooral een geaccepteerde carrière voor mannen. ‘En dan moeten vrouwen, meer dan mannen, extra opletten op hoe ze zich gedragen.’

De vrouw van de profeet als onderneemsterTurkse en Marokkaanse onderneemsters gebruiken verschillende strategieën om om te gaan met al deze normen en vooroordelen.‘Deze vrouwen doen aan creatief identiteitswerk,’ aldus de onderzoeker. Afhankelijk van de context kunnen ze hun vrouwelijkheid tentoonstellen (bijvoorbeeld als schoonheidsspecialiste) of hun afkomst commercialiseren (bijvoorbeeld als planner van ‘traditionele’ Marokkaanse bruiloften). Andere keren willen ze laten zien dat ze geen schaamteloze, oneervolle vrouwen zijn. Essers: ‘Bij sommige vrouwen zie je dat ze zich extra bescheiden en heel voorzichtig opstellen. Zij letten er op hoe en met wie ze spreken. Of ze zetten hun vrouwelijkheid aan de kant omdat ze er niet van beschuldigd willen worden hun vrouwelijkheid te gebruiken om iets gedaan te krijgen voor hun onderneming.’

Ook de islam kan uitkomst bieden. Volgens Essers vullen de onderneemsters de islam op eigen wijze in. Zij interpreteren de islam op zo’n manier dat hun ondernemerschap gelegitimeerd wordt. ‘Zoals een geïnterviewde onderneemster het zo mooi formuleerde: De vrouw van de profeet was zelf onderneemster, dus wie kan mij dan vertellen dat ik niet buitenshuis kan werken? Deze vrouwen gaan met andere woorden eerder pragmatisch dan dogmatisch met hun geloof om,’ schrijft Essers.

Onderzoeker onder de loep
De onderneemsters weten slim om te gaan met verschillende identiteiten. Zij weten hoe ze zich op bepaalde momenten moeten presenteren. Geldt dit dan ook als ze geïnterviewd worden door een wetenschapper? Ja, meent Caroline Essers. ‘Ik interpreteer natuurlijk een verhaal op een bepaalde wijze. Maar daar zit nog een stap voor. Het verhaal dat de vrouwen mij vertellen wordt misschien al op een manier verteld die anders is dan wanneer ik een man of migrant zou zijn. Het is heel belangrijk om daar rekenschap van te geven.’ Een onderzoeker kan volgens Essers bij dit soort onderzoek niet verwachten een objectieve waarheid weer te geven. De achtergrond van de onderzoeker zelf speelt immers een belangrijke rol. ‘Dat is ook helemaal niet erg, zolang je maar reflecteert op de invloed die dit kan hebben op het verzamelen, interpreteren en beschrijven van het materiaal.’ Soms kreeg Essers bijvoorbeeld het idee dat ze werd gebruikt om vooroordelen binnen de Nederlandse samenleving weg te nemen. ‘Het kan zijn dat sommige geïnterviewde vrouwen juist via mij hebben geprobeerd om stereotypen over hen te ontkrachten, wetende dat ik er over zal schrijven en praten met journalisten.’ Maar dat maakt het onderzoek juist ook interessant, aldus Essers.

Eerder verschenen op Kennislink.

De oprichter. Geboren, getogen en woonachtig in die mooie stad achter de duinen. Altijd klaar voor een revolutie of gewoon een kopje thee. Typisch Faisal...

Lees andere stukken van Faisal