Voorpagina Afghanistan, Buitenland, Politiek

Afghanistan een arena voor proxy-oorlogen* en strijdperk voor strategische belangen

Wat wij in de afgelopen weken in Afghanistan zagen en nog steeds zien, is het resultaat van een decennialange bemoeienis door buitenlandse machten. In de afgelopen 40 jaar misbruikten de grootmachten en de regionale machten verschillende groeperingen in Afghanistan als hun pionnen om proxy-oorlogen te voeren. Ze hebben van Afghanistan een arena gemaakt waarin gestreden wordt voor hun strategische belangen.

Waarom is het territorium van dit land zo aantrekkelijk voor de grootmachten?

Afghanistan grenst aan Tadzjikistan en Oezbekistan (dat Rusland als zijn achtertuin beschouwt), aan China, Pakistan en Iran. Een stukje verder ligt India, de aartsvijand van Pakistan, en aan de andere kant ligt iets verder weg Saudi-Arabië, de aartsvijand van Iran. Als we daarbij Amerika voegen, dat ondanks de grote fysieke afstand toch overal zijn eigen strategische belangen heeft en zich overal mee bemoeit, dan is mijn vaderland de beste plek om proxy-oorlogen te voeren.

In 1979 zijn Sovjettroepen, onder het mom van internationale solidariteit en plicht, Afghanistan binnengevallen om hun strategische belangen veilig te stellen. Vervolgens hebben Amerika en andere westerse landen de moedjahedien** bewapend en getraind om een proxy-oorlog tegen de Sovjettroepen te voeren met als doel hun grote vijand te verzwakken. De Amerikanen hebben hiermee een monster gecreëerd, namelijk een moederorganisatie voor terroristische en fundamentalistische organisaties in de regio.

Onder het mom van wraak voor 9/11 en het opsporen van Osama Bin Laden, maar vooral om hun strategische doelen veilig te stellen, zijn de Amerikanen in 2001 mijn vaderland binnengevallen. Het cynische feit doet zich voor dat de door de Amerikanen gezochte Osama Bin Laden waarschijnlijk al ruim vóór 2001 in Pakistan zat. Ja, dat Pakistan, dat zichzelf een belangrijke bondgenoot van Amerika noemde. Ja, dat Pakistan dat – achter de rug van de Amerikanen om – de taliban steunde.

Na het bezetten van Afghanistan en het verjagen van de taliban hebben de Amerikanen in 2001, samen met hun NAVO-bondgenoten, krijgsheren en fundamentalisten aan de macht gebracht, die vaak bloed aan hun handen hadden en die je met grote zekerheid oorlogsmisdadigers kunt noemen. Dus eigenlijk hebben de Amerikanen de ene schurk ingeruild tegen de andere.

De afgelopen 20 jaar heeft het marionettenregime in Kaboel de kans niet gepakt om met hulp van het Westen het land weer op te bouwen. In plaats daarvan waren ze de hele tijd verwikkeld in een onderlinge machtsstrijd. Een groot deel van de internationale hulp belandde in de zakken van corrupte ambtenaren en politici. De democratie was slechts een show voor de belastingbetalers van de NAVO-landen om te laten lijken alsof het land erop is vooruitgegaan. In feite is er niets opgelost en is het allemaal veel erger geworden.

The Washington Post publiceerde bijvoorbeeld delen uit geheime interviews met 400 personen. Een onafhankelijk overheidsinstituut stelt dat het Amerikaanse volk constant is voorgelogen. Dat geldt niet alleen voor het Amerikaanse volk, maar ook voor alle landen die meededen aan de oorlog, waaronder Nederland. Kortom, de oorlog in Afghanistan werd veel te rooskleurig voorgesteld. De taliban zou verjaagd zijn…

Begin vorig jaar heeft de Amerikaanse overheid een vredesakkoord met de taliban gesloten, die zelfde taliban die kort daarvoor nog als terroristische organisatie werd bestempeld. Dit akkoord hebben de Amerikanen gesloten zonder deelname of instemming van de Afghaanse regering: de feitelijke bondgenoot van Amerika. Dat was een opmerkelijk signaal voor het regime in Kaboel. Waarschijnlijk hebben de Amerikanen toen besloten om hun strategisch spel met een nieuwe pion voort te zetten.

Opmerkelijk is dat niet alle details van deze overeenkomst bekend zijn. De inhoud gaat alleen over de belangen van Amerika en die van de taliban. Paradoxaal bij deze overeenkomst is dat, voor zover bekend, de belangen van het Afghaanse volk op geen enkel punt worden behartigd, zoals vrouwenrechten of de rechten van minderheden.

Snel oprukken van de taliban

Veel factoren uit de afgelopen 20 jaar hebben meegespeeld bij de recente machtsovername van de taliban, die binnen enkele weken heeft kunnen plaatsvinden. 20 jaar machtsstrijd tussen krijgsheren en de corrupte politici van het marionettenregime hebben tot het bederf van het regime geleid. Legercommandanten waren verdeeld in voor- en tegenstanders van verschillende krijgsheren die in 2001 door toedoen van de NAVO-landen aan de macht kwamen. Deze krijgsheren en hun achterbannen vormen niet een gezamenlijke natie. Het zijn nationaliteiten op zichzelf. Ze zijn vergelijkbaar met graven en hertogen uit de lang vervlogen Europese geschiedenis, die ieder een eigen grondgebied met eigen wetten en een eigen leger hebben.

Het lage moreel van het leger en hun wantrouwen ten opzichte van corrupte Afghaanse leiders en hun Amerikaanse bondgenoten speelden een cruciale rol in de laatste dagen. Weinig soldaten geloofden nog in de komst van passende hulp van Amerikaanse bondgenoten. Op sociale media kwamen filmpjes voorbij waarin soldaten vertelden dat ze wel weerstand tegen de Taliban hadden geboden, maar niet de gevraagde steun van Kaboel of van hun legerbasis hadden gekregen. Daardoor daalde het moreel van het leger met de dag.

En nu is de taliban weer aan de macht gekomen. Dat is helaas slechts weer een nieuwe bladzijde van het langdurige, grote, politieke en strategische spel tussen grootmachten en regionale machten in Afghanistan.

Mijn vaderland is heel rijk aan diverse grondstoffen zoals goud, ijzer, kobalt, lithium die door de diverse oorlogen bijna onaangeraakt in de bodem zijn blijven zitten.

Alleen al vanwege deze grondstoffen denk ik dat zowel de grootmachten als de regionale machten hun belangen in Afghanistan niet zullen opgeven. Sterker, ze zullen elkaar bestrijden. Het arme Afghaanse volk zal als gedupeerde van dit oneerlijke spel achterblijven.

Het resultaat, van de decennialange bemoeienis en de proxy-oorlogen van buitenlandse machten in Afghanistan, is dat meer dan 5 miljoen Afghanen gevlucht zijn. Het exacte aantal burgerslachtoffers is onbekend. Het moeten er honderdduizenden zijn.

* Oorlog met volmacht; het land dat de oorlog voert, doet dat in opdracht van een grootmacht c.q. een economisch machtig land.

** Enkele jaren voor de Russische invasie heeft The New York Times een vernietigend artikel geschreven over de moedjahedien als een regelrechte bedreiging voor de Afghaanse rechtsstaat en gewezen op het risico om eeuwen in de tijd te worden teruggeworpen. De moedjahedien werden neergezet als een regelrechte bedreiging voor de islamitische wereld en in het verlengde daarvan een bedreiging voor de hele wereld. Enkele dagen na de Russische invasie verscheen in dezelfde krant een artikel waarin het patriottisme van de moedjahedien de hemel werd in geprezen en de moedjahedien werd neergezet als bondgenoot van het vrije Westen en een bevrijdingsorganisatie die de moderne normen en waarden van het vrije Westen zal verdedigen tegen het communistische gevaar (vrij naar Alfred W. McCoy’s in 1980 herziene versie van ‘The Politics of Heroin in Southeast Asia’).

Dawud Pirzad Komt uit Afghanistan. Heeft geschiedenis gestudeerd. In het jaar 2000 vluchtte hij naar Nederland. Schreef de roman De Laatste Prins van Kafiristan in 2012 over de politieke intriges van de grootmachten in Afghanistan. Het schrijven is altijd zijn politieke middel geweest.

Lees andere stukken van Dawud