Voorpagina Ervaringen, Islam

Menselijk, maar nooit te menselijk

Religie bestaat niet zonder de mens, maar Gods dienst bestaat ook niet zonder God – of je Hem nu Allah, Yahweh, Jezus of Haile Selassie noemt – tenzij je atheïst bent. Of ietsist, of alleen-geloof-in-zichzelf-hebbende, hedonistische postmodernist (uiteraard niet te verwarren met de zowel islamitische als feministische post-postmodernist), want dan denk je God helemaal niet nodig te hebben. (Sorry, vandaag moet alles gelabeld worden. Het is geloof ik labeldag.)

Zelf ben ik opgevoed met bovenriviers katholicisme . Hierin was een prominente plek ingeruimd voor het doopsel, de eerste communie en het vormsel, en tussentijds kregen we als kinderen behoorlijk wat verhalen mee over de verschillende profeten.

Ik raakte al snel de tijdslijn kwijt in wat tegenwoordig het Oude Testament heet, maar genoot wel van die verhalen – zoals ze voor kinderen zijn herschreven. Ik had twee favorieten onder de profeten: Abraham en Jozef, alhoewel ik Jezus  (vrede zij met hen allen) ook een fijne vent vond. Abraham en Jozef maakten indruk op mij vanwege hun menselijkheid: zij waren kwetsbaar maar ook krachtig.

Jezus vond ik complexer – er hing een zweem van onwerkelijkheid over zijn leven heen. Misschien kwam dat wel door de tegenstrijdigheden in de vier evangelieboeken uit het Nieuwe Testament. Mogelijk kwam het ook door de cartooneske afschildering die mijn leraren en meneer de pastoren van hem gaven. Desalniettemin vond ik hem stoer.

Toch nam ik afscheid van het katholicisme terwijl ik mezelf door de puberteit heen rommelde en piekerde. God bleef een rol spelen in mijn leven, maar slechts op de achtergrond. Jezus verdween helemaal als leidend figuur.

Ik leek hem nog wel een keer tegen te komen in het boek Quarantine (1997), van Jim Crace. Daarin was een bijfiguur – de Galilleeër –  die overlijdt na 30 dagen vasten en bidden in een grot, om vervolgens door een cynische vrouwenmishandelaar tot Profeet en wundermacher te worden gepromoot. Het is een bijzonder hallucinatoir boek.

Ondanks dat het een verhaal van fantasie en verbeelding is, heb ik er ook nut van gehad bij mijn latere kennismaking met de islam. Het leerde me een perspectief van menselijkheid: feilbaarheid, kwetsbaarheid, redelijkheid, empathie en van zulks nog meer. Dat heb je nodig ook, want geen religie is zonder haar menselijke onhebbelijkheden.

Ik kan nog zo oprecht geloven in de perfectie van de Qur’an – dat maakt mijn of wiens interpretatie ervan dan ook, niet goddelijker. Ik kan nog zo geloven in de barmhartigheid en rechtvaardigheid van de Profeet Mohammed (vrede zij met hem), maar als dit mij wordt opgedragen door een tiran of machtswellusteling dan zullen er bij mij toch meerdere rinkelende alarmbellen dienen af te gaan.

Daarnaast hebben moslims soms de neiging om de profeet Mohammed (vzmh) te deïficeren, alsof we (nog steeds) niets geleerd hebben van onze Christenbroeders en -zusters voor ons. Wat dat betreft hebben onze Joodse broeders en zusters het beter begrepen – alhoewel je ook te ver kunt gaan in het afwenden van je boodschapper.

Het is de kunst om de grimmige realiteit niet te laten zegevieren boven het potentieel van het ideaal – ik zocht niet maar vond wel een religie die bij mij paste en die mijns inziens de meest waarschijnlijke is, de islam.

En toch, en toch kleeft er altijd wel wat van die Ur-atheïst aan me. Over hem stond ooit op een muur in Berlijn een omdraaiing van zijn eigen bekende uitspraak: ‘Nietzsche ist tod. Abs. Gott.’ Toch maar een flansje Nietzsche dus, met een van de weinig aforismen die ik van hem ken (en begrijp): ‘Elke partij kent het lid, dat met zijn al te devote verklaring van de partijbeginselen, anderen tot afvalligheid aanzet.’

Laat mij niet dat lid zijn, maar je wel vertellen dat de islam een mooi voorbeeld voor de mensheid bevat in de profeet Mohammed (vzmh) – zijn puurheid, rechtvaardigheid, empathie en mensenkennis, en ook zijn opofferingsgezindheid stimuleren mij dagelijks. Maar de islam pakt ook meteen Jezus, Mozes en Abraham mee, en alle andere wonderschone mensen met die simpele goddelijke boodschap: leef goed, leef rechtvaardig, en vergeet Mij niet.

Wat de mensen je ook zullen vertellen, al het andere is bijzaak.


In het jaar dat Elvis stierf, werd Noureddine geboren. Op zijn negende kreeg hij een skateboard. Op zijn 20ste werd hij in Schotland verliefd op boeken. Op zijn 27ste werd hij moslim en vond hij zijn draai. Hij werkt in de gehandicaptenzorg en denkt soms dat hij bijna Arabisch kan lezen maar vraagt dan toch om een klinker. Hij jat de beste grappen van de missus, steun en toeverlaat sinds 2006. Af en toe vertaalt hij wat poëzie omdat het leven dan gewoon beter is.

Lees andere stukken van