Voorpagina Gastarbeiders, Maatschappelijk

De moslim die ik ben

Mohamed Ajouaou is gastarbeider bij wijblijvenhier.nl.

De redactie van Wijblijvenhier.nl vroeg mij om een artikel te schrijven over de achtergronden van mijn onlangs verschenen boek ‘De moslim die ik ben, notities over een rekkelijk geloof’. Ik had de neiging om als antwoord mijn eigen boek te recenseren, maar dat bleek moeilijk te zijn. Ik ga in dit stuk inzoomen op een van de belangrijkste gedachten die in dit boek naar voren komt. Ik doe dat in de vorm van een stelling, die ik zo scherp mogelijk zal formuleren en analyseren. De stelling luidt:

Het Westen biedt de islam ruimte om in alle vrijheid beleden te worden. Wij moslims zouden hier gebruik van kunnen maken.

Ik snij deze stelling in stukken en leg uit wat ik daarmee bedoel. De kernbegrippen in deze stelling zijn: het Westen, ruimte, vrijheid en beleden worden.

Met het Westen doel ik op de seculiere omgeving met zijn hele politieke, sociale en economische systemen. De democratische rechtsorde en de scheiding van kerk en staat zijn hierbij de uitgangspunten. Deze beginselen maken het mogelijk dat geen enkele religie de kans krijgt om haar opvattingen op te leggen. Verschillende morele systemen concurreren met elkaar om de samenleving in te richten. Zowel religieuze als niet religieuze systemen kunnen daarin bedingen.

Als we spreken van ‘ruimte’, dan is erkenning van de mogelijkheden van deze seculiere omgeving en het beseffen van de ongekende mogelijkheden van de democratische rechtstaat zijn belangrijke voorwaarden om die ruimte te benutten. Als wij moslims ons juist bedreigd voelen door de seculiere uitgangspunten, als we de seculiere omgeving als gevolg van dit gevoel als bederfelijk gaan beschouwen, als we de essentie van de scheiding van kerk en staat niet inzien, dan ontstaat er geen ruimte, maar benauwdheid. Dat vereist dat wij ons grondig moeten verdiepen in deze omgeving. Wij klagen dat de samenleving weinig weet van de islam. Her en der ontstaan talloze offensieve initiatieven om de islam meer bekendheid te geven, met soms de verborgen agenda mensen te bekeren. Maar veel urgenter is een tegenbeweging: zich verdiepen in de kenmerken van de westerse samenleving, niet alleen in de moderne tijd, maar ook terug in de geschiedenis.

Dat het Westen ruimte aan de islam biedt, betekent overigens niet dat deze ruimte de moslims altijd wordt gegund, noch dat moslims die ruimte altijd weten te benutten. Maar die ruimte is er wel. Vaak geen kant en klaar product, maar (waar nodig) over gesproken moet worden. Godsdienstvrijheid betekent niet, om maar een voorbeeld te noemen, dat moslimarbeiders zomaar een gebedsruimte kunnen eisen en daarna ook nog een paar keer het werk terloops onderbreken om te gaan bidden. Dat is voor de werkgever en de collega’s een ingrijpend iets. Daarom is overleg hierover, geduld en onderhandelen van groot belang. Er zijn natuurlijk soms ook duidelijke grenzen. Een moslimvrouw die verpleegster wil worden kan niet op basis van haar beleving van de islam ruimte claimen om niet zieke-, bejaarde- en demente mannen te hoeven wassen. Dat is discriminatie. In dit geval is de keuze voor een ander beroep de beste oplossing.

Vrijheid heeft direct te maken met de ruimte die er is. Wij weten inmiddels dat moslims in de meeste islamitische landen jaloers zijn op de vrijheid die westerse moslims hebben om hun geloof te belijden. Allereerst kunnen hier uiteenlopende islamitische stromingen naast elkaar vredig leven. Dat is in menig islamitisch land wel anders. Daarnaast is de individuele vrijheid van moslims, om naar eigen voorkeuren de islam te beleven, van zeer orthodox tot zeer vrijzinnig. Op maatschappelijk vlak zien we de groei van islamitische scholen, moskeeën, islamitische organisaties, hoofddoeken, islamitische begraafplaatsen, gebedsruimtes in openbare instellingen, enz… Ook het grote aantal maatschappelijke projecten dat door de islamitische organisaties wordt geïnitieerd en door de overheid namens de belastingbetaler wordt bekostigd moet niet vergeten worden. Ik ken hier veel voorbeelden van.

Dan het belijden van de islam. Daarmee doel ik niet alleen op het klassiek ‘praktiseren’ van de islam door middel van de gebeden, vasten en geloofsuitingen. Het is niet alleen het soort belijden waarmee de moslim probeert te overleven door zich ‘islamitisch’ te uiten. Ik benadruk hier het belang van ‘maatschappelijk belijden’ van de islam. Dat wil zeggen een daadwerkelijke inbreng aan de samenleving door te werken aan de maatschappelijke problemen die er zijn. Over de opbouw van de samenleving en de specifieke rol die de islam als religie hierin heeft deze samenleving vorm te geven. In ‘De moslim die ik ben’ ga ik hier uitgebreid op in en geef ik concrete voorbeelden hoe dit kan.

Zo moet de bovengenoemde stelling begrepen worden. De kern van mijn boodschap is dat de islam vanuit een onspannen, niet-conflictueuze houding in de samenleving geïntegreerd kan worden. Dat gaat uiteraard niet vanzelf. Het vereist van de kant van de moslims enorme inspanningen die herleid kunnen worden tot twee hoofdpunten:

1. Een existentiële inspanning. In een eerder gepubliceerd essay getiteld de ‘perfecte allochtoon’ (Trouw 6 september 2003) heb ik uiteengezet wat deze inspanning inhoudt. De kern daarvan is een metamorfose die de moslim moet ondergaan om te aanvaarden dat het nieuwe vaderland op nummer 1 komt als het gaat om loyaliteit. Immers, ‘Wij hebben u geen twee harten geschonken’ meldt de Koran nadrukkelijk.

2. Een theologische onderbouwing. En daar heb ik in mijn boek ‘De moslims die ik’ ben een aanzet voor gegeven. Het trefwoord in deze onderbouwing is ‘rekkelijkheid’. Vandaar de ondertitel ‘notities over een rekkelijk geloof’.

Is dat niet een eenzijdige benadering hoor ik menig lezer zeggen? Veel aandacht en waardering voor de ruimte die een seculiere staat in principe biedt voor gelovigen en andersgelovigen, maar tegelijkertijd de negatieve kanten van de situatie van moslims in dit westen minimaliseren. Zoals de slechte leefomstandigheden van veel moslims, discriminatie en racisme enzovoort. Nee daar sluit ik mijn ogen niet voor. Maar dit zijn serieuze problemen die naar mijn mening via een ander spoor aangepakt moeten worden. Wat ik in mijn boek doe, is het onderbouwen van het recht om hier te blijven.nl.


Mohamed Ajouaou (37) is theoloog en publicist. Onlangs verscheen zijn nieuwe boek ‘De moslim die ik ben’. Hierin kaart hij onderwerpen aan als het gebed, de bedevaart, Ramadan en hoofddoekjes. Maar ook meer omstreden onderwerpen belicht hij hier, zoals: homoseksualiteit en orgaandonatie. Zijn boek is hier te bestellen.

Mr Ajouaou is universitair docent theologie aan de Vrije Universiteit van Amsterdam.

Lees andere stukken van