Voorpagina Ervaringen, Gastarbeiders

Blauw/wit feest

Naeeda Aurangzeb is gastarbeider vanuit Israël bij wijblijvenhier.nl

Om elf uur ‘s ochtends stond ineens alles stil. Auto’s stonden stil midden op de weg, de passagiers en bestuurders stapten uit. Het leek op een van die films waarin, dankzij een Hollywood wonder, de tijd stil staat. (Mijn favoriet is de serie met de drie heksen,  een van hen kan de tijd freezen). 

Ik was op weg naar een afspraak, toen de sirene begon te loeien. Stil staan, doodstil.. ja waar denk je dan aan op zo’n moment? Ik moest aan de dodenherdenking in Nederland denken. Twee minuten stilte, om acht uur. Ik meen me te herinneren, dat de herdenking in Nederland de afgelopen jaren steeds meer een ‘algemenere’ herdenking is geworden. We denken aan alle slachtoffers van oorlogen en geweld overal ter wereld. Stappen we in Nederland ook uit de auto, gaat er een sirene? Gek genoeg kan ik het me niet meer herinneren.

Hier stapt iedereen uit en denkt men niet aan doden, die geen Israëliërs en/of joden zijn. Deze houding vind ik moeilijk te verteren. Dit wil niet zeggen dat de Israëlische verhalen van verdriet mij niet raken. Een joods Russische immigrante, die haar zoon is kwijtgeraakt in de West Bank, vertelde dat ze soms spijt heeft dat ze naar Israël is geëmigreerd. ‘Als ik niet was gekomen, had hij nog geleefd.’ Twee andere moeders raakten opnieuw zwanger, na de dood van hun zonen. Een nieuw leven, om het verdriet iets te verzachten.


Het strand van Tel Aviv

Gelukkig is er ook een ‘alternatieve’ herdenking. In Jeruzalem is er een bijeenkomst van een paar honderd mensen, die durven het ‘volledige’ verhaal te vertellen. Een jonge ex-legerofficier vertelt dat zijn zus is omgekomen tijdens een van de zelfmoordaanslagen in een bus. Deze dienstweigeraar maakt een statement die niet veel Israëliërs durven te maken: ‘mijn zus is omgekomen, omdat er een bezetting is’.


Namen van Palestijnen die in het dorp Deir Yassin, tijdens een nachtelijke massamoord in 1948, de prijs voor de Israëlische onafhankelijkheid betaalden.

Israëlische geluiden die duidelijk maken, dat er niets ‘heldhaftigs’ is aan de dood van Israëlische soldaten. Is niet iedere dood een zinloze dood, als die komt ten gevolge van een bezitting die je in stand houdt? Ik vraag me ook af (en gelukkig zijn er ook Israëliërs die deze vraag hardop durven te stellen) wat er valt te vieren als je je ‘onafhankelijkheid’ hebt verkregen door bloed te vergieten, door eigen te maken wat van een ander is..


Een van de overgbleven nazaten van Deir Yassin

Wat de ‘onafhankelijkheid’, de ‘schepping’ van het thuisland voor de een is; is de catastrofe, het verlies van leven, land, huis en haard voor de ander. Gebeurd is gebeurd.. je kunt de dingen niet veranderen.. je moet vooruit kijken..etc… Ja, allemaal waar, maar je kunt wel berouw tonen, erkennen en werken aan verandering.


Achter de bussen bevond zich tot 1948 een Palestijnse dorp, Deir Yassin. Nu is het een inrichting voor Israëlische geestelijke zieken… 

Slechts een paar honderd mensen steken geen vuurwerk af, zingen geen liedjes ter verheerlijking van de staat Israël en hangen niet de Israëlische vlag aan hun auto. Een paar honderd mensen staan, gelukkig, wel stil bij de zwarte kant van dat wat de ‘Israëlische onafhankelijkheidsdag’ is geworden.

Vlaggen, volksliederen, oorlogshelden, ik heb er altijd al van gehuiverd. De grens tussen moreel en immoreel is gemakkelijk overschreden, als je maar luid genoeg zingt en hard wappert.


Alternatieve herdenking Jeruzalem


Naeeda Aurangzeb is journaliste. Sinds een half jaar woont zij in Tel Aviv, Israël. Zij werkte en woonde eerder in Jeruzalem en de Verenigde Staten. In Nederland werkte zij o.a voor TV West, de NMO en de NCRV en schreef het boek ‘Verdreven Palestijnen’.