Voorpagina Algemeen, Politiek

Herstelwerkzaamheden Joodse Begraafplaats: Civiel of Politiek?

In Amsterdam trekken de komende weken Marokkaanse en Joodse jongeren met elkaar op om de verwaarloosde Joodse Begraafplaats Zeeburg op te knappen. Het gaat hier om een project dat door enkele vertegenwoordigers van het Joods Marokkaans Netwerk Amsterdam (JMNA) in het leven is geroepen. Althans, dat is de versie van JMNA zelf; op de website van het NIK (Nederlands Israëlitisch Kerkgenootschap) staat dat het een initiatief is van hun Werkgroep Eerherstel.

De persberichten over dit event geven aan dat er twee doelstellingen moeten worden behaald. Enerzijds moeten de civiele verhoudingen tussen Marokkanen (lees: moslims) en Joden worden verbeterd. En anderzijds probeert men een publieke, op de media gerichte doelstelling te verwezenlijken: “De buitenwereld moet namelijk een ‘keer’ zien dat joden en Marokkanen in het dagelijkse leven heus wel met elkaar overweg kunnen.”

Dat deze twee doelstellingen tegenstrijdig aan elkaar zijn, kan snel worden opgemerkt. Als Marokkanen en Joden goed met elkaar overweg kunnen, waarom moeten zij dan op projectbasis werken aan de onderlinge verstandhouding? Als de onderlinge betrekkingen normaal zijn, waarom moeten Joodse en Marokkaanse jongeren volgens vertegenwoordigers van de JMNA dan dichter naar elkaar toe groeien? Wat wordt er eigenlijk bedoeld met het ‘dichter naar elkaar toe groeien’? Wat probeert rabbijn Evers te zeggen als hij voor de camera’s van AT5 spreekt over een gebroederlijke eenheid, die de verwaarloosde begraafplaats probeert te onderhouden? En als het opknapproject in een civiel daglicht geplaatst moet worden, hoe moeten zionistische representanten als de Israëlische ambassadeur Haim Divon op de onderhoudsdag worden geïnterpreteerd? Divon is toch een politieke vertegenwoordiger?

Normaliseren

Voor de beantwoording van deze vragen, maak ik gebruik van het begrip normaliseren. Normaliseren betekent dat iets door een bepaalde groep mensen tot een norm wordt verheven. In het geval van de Joodse begraafplaats betekent het dat de onderlinge verhoudingen tussen Marokkanen en Joden verbeterd moeten worden. Hier probeert men de verbetering van de onderlinge betrekkingen als moreel uitgangspunt te nemen. Er is dus een norm vastgesteld waar men naartoe wil werken.

Het probleem van dit uitgangspunt is echter dat het opknapproject ook een op de mediagerichte doelstelling in zich herbergt: de menigte moet volgens initiatiefnemer, Saïd Bensellam (Amsterdammer van het jaar 2006), namelijk weten dat antisemitische uitlatingen van Marokkaanse jongeren op een overtrokken manier worden belicht. Met dit statement geeft hij eigenlijk impliciet aan dat de onderlinge verstandhoudingen tussen Marokkanen en Joden over het algemeen normaal zijn. Aan de ene kant wordt dus beweerd dat de onderlinge verhoudingen genormaliseerd moeten worden, en aan de andere kant wordt vermeld dat zij al normaal zijn. Er is hier dan ook sprake van een niet te missen paradox: het begrip normaal wordt gebruikt in twee betekenisvormen, die niet met elkaar zijn te rijmen.

Politiek en symboliek

Waar het opknapproject kennelijk begon als een civiele aangelegenheid, krijgt het door de aanwezigheid van onder andere de Israëlische ambassadeur Divon en rabbijn Evers, die bekend staan om hun steun voor het zionistische staatsbestel, een politieke wending. Zij zijn expliciet pro-Israël in publieke optredens. Zo staat rabbijn Evers bekend om uitspraken als: “Joden kunnen niet bezetten wat van hen is” en: “Wij staan als één man achter Israël”. Dat Divon pro-Israël is, behoeft natuurlijk geen uitleg.

Waar deze lieden de mogelijkheid krijgen om steun te betuigen aan het zionistische staatsapparaat, doen zij dit. Dus ook op een Joodse begraafplaats waar Marokkaanse jongeren aan het werk zijn. Op de website van het Nieuw Israëlitisch Weekblad van 6 november staat een quote: “…ambassadeur Chaim Divon van Israël stelt dat deze dag goed is voor ‘het aanzien’ van zijn land”. Zelfs als dit minder expliciet wordt geuit, zegt hun aanwezigheid genoeg. De vraag is of de Marokkaanse jongeren die deelnemen aan het schoonmaken van de Joodse begraafplaats er ook zo over denken. Waarschijnlijk proberen zij slechts de negatieve beeldvorming rondom Marokkaanse jongeren in Nederland tegen te gaan.

Door de aanwezigheid van Evers en de Israëlische ambassadeur wordt het eerder verkondigde uitgangspunt van het project bemoeilijkt. Op basis van de civiele actie wordt namelijk impliciet een politiek statement gemaakt. Evers en Divon staan voor de illegale Israëlische nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever, de dodelijke bombardementen op Gaza, de militaire blokkade van Gaza, de Israëlische Apartheidsmuur en dodelijke aanvallen van hulpboten die onderweg zijn naar Gaza. Dat waar zij voor staan, dragen zij uit op die begraafplaats. Fatima Elatik (PvdA), bestuurslid van JMNA van Marokkaanse afkomst en bovendien stadsdeelvoorzitter Zeeburg staat met deze vertegenwoordigers van het Israëlische regime op de foto. Is zij het eens met datgene waar zij voor staan? Of wil zij simpelweg dat Marokkaanse jongeren in Nederland eens in een beter daglicht worden geplaatst?

Beschouwing

Wanneer vertegenwoordigers en ondersteuners van het zionistische staatsbestel de ruimte krijgen om het gezicht te bepalen van een civiele aangelegenheid, is het voor hen eenvoudig om op een bevestigende manier hun standaard politieke zienswijze verder te verspreiden en daarmee te normaliseren. Ze hoeven in het geval van de Joodse begraafplaats namelijk alleen maar te wijzen naar de Marokkaanse jongeren, die toenadering tot hen hebben gezocht. Als het symboolplaatje zo wordt vorm gegeven, dat Marokkaanse jongeren een hand toereiken aan Israëlische vertegenwoordigers, bevestigen zij het zionistische normaliseringsproces. Dit geldt evenzo voor Elatik. Met als gevolg dat het er eigenlijk niet meer toe doet wat het werkelijke politieke normbesef van deze jongeren en ‘misschien’ van Elatik is. Zodra een onevenwichtig beeld aan de mensenmassa wordt gepresenteerd, kun je al je civiele doelstellingen wel vergeten: civiliteit kan namelijk niet worden geuit als het in beginsel wordt gekaapt voor politieke doeleinden.

Vertegenwoordigers van het JMNA hebben de doelstellingen van hun civiele project niet sluitend weten te krijgen. Elatik bemoeilijkt haar eigen positie hierin ook, als stadsdeelvoorzitter, bestuurslid van JMNA en als mens. Zowel het JMNA, de deelnemende jongeren en Elatik laten zich dan ook vangen door het indirect normaliseren van de Israëlische staat door aanwezige zionistische vertegenwoordigers. Zoals ik het zie, is dit de voornaamste reden waarom het opknapproject is opgenomen in een politiek perspectief. En dat door mensen met meer dan schadelijke ideeën over hetgeen wat normaal en daarmee menselijk en rechtvaardig moet zijn inzake de Palestina-kwestie.

Bronnen: Pauw en Witteman, NIW en NIK.

Rachid Eznaden schrijft sinds 2011 voor Wijblijvenhier. Hij is eindredacteur met als speciale aandachtsgebieden integratiebeleid, buitenlandse politiek, literatuur en islamitische geschiedenis van Europa. Verder staat Rachid bekend als boekenwurm. Voor de meeste WBH-ers belichaamt hij de Wijblijvenhier-bibliotheek. Heeft een schrijver achtergrondinformatie nodig voor zijn stukken, dan tovert Rachid binnen no time een aantal titels tevoorschijn. Tot slot: Rachid recenseert graag. Waar deze interesse vandaan komt, Joost mag het weten. Misschien is het wel zijn tegendraadse houding: waar over het algemeen steeds minder wordt gelezen, gaat hij juist meer lezen.

Lees andere stukken van